Você está na página 1de 3

Franse gastronomie ligt op sterven Franse gastronomie ligt op sterven

Woorden tekst 1: 1.189

Sinds de jaren zestig spreken we meer over eten dan dat we het proeven, stelt SEBASTIEN LAPAQUE vast. Het geheugen van de smaak is verloren gegaan. Hoog tijd om terug te slaan. De Franse gastronomische maaltijd staat nu op de lijst van het *immaterieel *werelderfgoed van de mensheid. De lang verwachte onderscheiding werd bekendgemaakt op dinsdag 16 november 2010 in Nairobi, op een bijeenkomst van de Unesco. Die organisatie is in 2003 opgericht om culturele tradities en uitingen te beschermen die wij erven van onze voorouders en doorgeven aan ons nageslacht'. In Parijs verheugden de ministers van Cultuur en Landbouw zich in het nieuws. Ze beloofden dat ze zouden samenwerken om de voedingsproducten en de culinaire knowhow te *valoriseren, het gastronomisch toerisme in ons land aan te moedigen. Bijtend Heel het gedoe had Philippe Muray tot een grappige en bijtende tekst kunnen inspireren: Homo festivus gaat aan tafel'. Terwijl een jachtig leven ons alsmaar minder tijd geeft om te lunchen, street food in de mode is, met voedingssupplementen opgepepte managers trots verklaren dat ze geen tijd aan tafel verliezen, 30 procent van de kinderen over de schoolmaaltijden klaagt, pesticiden, *additieven en plastic ons eten vergiftigen en drie miljoen ondervoede Fransen van voedselhulp leven, heeft men de Franse gastronomie dus uitgeroepen tot een museumstuk. Het is *grotesk en misschien zelfs *obsceen. Om nog te zwijgen over de *connotaties met het warrige debat over de nationale identiteit. De Franse gastronomische maaltijd kreeg in Nairobi gezelschap van peperkoek uit NoordKroati, de Springprocessie van Echternach in Luxemburg, de traditionele tapijtweefkunst van Fars in Iran, de Scharendans in Peru, de Giong-feesten van de tempels van Phu Dong en Soc in Vietnam en een aantal andere beminnelijke en broze voorouderlijke tradities dat door de mondiale commercialisering worden bedreigd. Om het helemaal goed te doen en het burleske effect compleet te maken, hadden de Franse diplomaten die verantwoordelijk waren voor de kandidatuur de inschrijving moeten vragen op de lijst van het immaterieel erfgoed dat dringend aan redding toe is.' De gastronomische lunches waaraan de hyperklasse zich in Parijse luxerestaurants te goed doet, met een snobisme dat duur boven lekker verkiest, de sterrenkoks op de televisie, heel het arsenaal van oesters, tarbot, kreeft, truffels, ganzenlever, duifjes, kaviaar, kazen en de fijnste wijnen: niets van dat alles kan beletten dat de Franse gastronomie op sterven ligt. De Fransen hebben voortdurend minder tijd en geld voor lange viergangenmenu's met voorgerecht, hoofdgerecht, kaas en dessert. Het valt op dat de regering, waarvan sommige leden voor de heiligverklaring van de gastronomische maaltijd hebben geijverd, de wet op de verplichte zondagsrust heeft afgeschaft. Die wet stamt niet uit de gelukkige tijd van de Bevrijding of van het Front Populaire, maar uit de Belle Epoque. Haar afschaffing bewijst hoe sterk het Franse sociale weefsel uitgerafeld is.

Franse gastronomie ligt op sterven


Biefstukken

Woorden tekst 1: 1.189

In deze context mogen we ons niet in slaap laten wiegen door mooie woorden, over de gezelligheidswaarde van de Franse gastronomische maaltijd of over haar vermogen om de sociale banden te versterken. Er wordt slecht gegeten in de scholen, in de bedrijven en in de ziekenhuizen. En povere week van de smaak' op tweenvijftig weken van sojabiefstukken in plaats van magere koeien, verandert daar niets aan. De multinationals van de grootkeuken serveren gerechten vol *fosfaten en verzadigde vetzuren. Het verhakkelde tijdsgebruik en de flexibele werkuren maken het onmogelijk om nog samen te eten. En op de zondagse maaltijd met de familie, de buren of de vrienden dreigt voortaan altijd wel iemand te ontbreken, de ongelukkige die in een toeristische zone of een ander vrijgesteld domein werkt. De Franse maaltijd is gevierd, bejubeld en onder een stolp gezet. Hij is nu een herinnering. Zo mooi als Babettes feest (Deense film van Gabriel Axel uit 1987), maar niet van aard om onze honger te stillen. We zullen er veel over praten, maar minder vaak aan tafel gaan. Kijk naar het verschil tussen de gerechten die Marc Veyrat, Guy Savoy en Jol Robuchon bereidden voor het menu dat op donderdag 16 oktober 2008 ter gelegenheid van de Franse kandidatuur voor de werelderfgoedlijst van Unesco in de Assemblee Nationale werd geserveerd (emulsie van ganzenlever met lavas in een potje yoghurt, aardappelschuim met chocolade', oesters in ijsnat', tulband van langoustines met spaghetti') en de lievelingskost die de Fransen in opiniepeilingen opgeven. In volgorde: kalfsblanket, koeskoes en mosselen met frites. Zonder demagogisch te willen zijn: de uitmuntendheid van een gesofisticeerde wedstrijdkeuken zal ons niet troosten voor de langzame verdwijning van de Franse volkskeuken. Grande bouffe Jean-Paul Aron, de historicus van de festijnen van de grande bouffe van de XIXde eeuw', merkte al vijfentwintig jaar geleden op dat de mythe van de triomf van de fijnproeverij in Frankrijk tot bloei kwam op het ogenblik dat ons land afscheid nam van de gastronomie. De bliksemsnelle opgang van de voedingsindustrie, de intensieve kweek van legkippen, het succes van de eerste hamburgers in de drugstores, twintig jaar voor de boom van de McDonalds, de verpakking van producten in cellofaan, die samenviel met de opkomst van de supermarkten en die de sensualiteit offerde op het altaar van de hygine, de introductie en later, in de jaren 1970, de triomf van de diepvriesproducten, het overwicht van de keuken' als rationele, geconditioneerde, esthetische ruimte op de steeds *banalere keuken die men er eet terwijl men televisie kijkt, het in ongebruik raken van de eetkamer, de ontwaarding van de liefde voor lekker eten ten voordele van een zwak voor reizen, kleren en recreatie, tonen een ommekeer van de traditionele waarden. Sinds de jaren zestig spreken we meer over eten dan dat we het proeven.' Realiteit is voorstelling geworden. Kookprogramma's Waar komt de wildgroei van de gastronomische kronieken in de kranten vandaan, de vloed van kookprogramma's op de televisie en van kookboeken in de boekhandel? En waarom is de Franse gastronomische maaltijd opgenomen op de lijst van het immaterieel werelderfgoed?

Franse gastronomie ligt op sterven

Woorden tekst 1: 1.189

Het gekke is niet het adjectief gastronomisch', want dat duidt op zich geen onderscheid tussen de professionele en de huiselijke keuken. Er bestaat een volkse gastronomie van ragouts en stoofschotels, terwijl de professionele keuken die van de bedrijfskantines niet altijd de naam gastronomie verdient. Het adjectief immaterieel' stoort evenmin, want we hebben hier duidelijk te maken met een vorm van levenskunst. George Steiner zei ooit dat er spraakkunsten van de schepping' bestaan. Er zijn ook spraakkunsten van de fijnproeverij' die o ns vertellen waar, wanneer, hoe en waarom we aan tafel gaan. Maar de kwadratering van alles door de commercialisering heeft de samenstelling van de maaltijden, hun tijdstippen en de aard van het eten ontwricht en alles overhoop gehaald, zodat zelfs het geheugen van de smaak' verloren is gegaan. De Franse gastronomische maaltijd hoort zowel thuis in het ecologische als in het sociale domein. We mogen ze niet afstaan aan de vijand. We moeten terugslaan, want anders verdwijnt ze in het museum van de folklore. Dan wordt ze het voorrecht van de rijken van deze wereld, verwend met groentjes van de chef maar ironisch als het over biologische landbouw gaat, onwetend over wijn maar dol op etiketten, bewogen door het milieu maar onverschillig voor voedselrampen. Bron: internet, De Standaard, http://www.standaard.be/artikel/detail.aspx?artikelid=0I3E0ODA Datum: 13 augustus 2011 Verklarende woordenlijst (zie * in tekst) Immaterieel Werelderfgoed Niet materiaal, geestelijk Is cultureel en natuurlijk erfgoed dat wordt beschouwd als onvervangbaar, uniek en eigendom van de hele wereld, en waarvan het van groot belang wordt geacht om te behouden. Waarden valideren, tot maatschappelijke waarden brengen. Stoffen die worden toegevoegd aan voedingsproducten. Bijvoorbeeld om de smaak te versterken of om bederf tegen te gaan. Lachwekkend, bespottelijk Vies, goor Gevoelswaarde Is een stof die wordt toegevoegd aan levensmiddelen, cosmetica en andere bederfelijke producten om ze te conserveren, dat wil zeggen, de houdbaarheid te verlengen. Een conserveermiddel dient om de groei van bacterin, schimmels en gisten tegen te gaan Afgezaagde, zo gewoon dat het vervelend is.

Valoriseren Additieven

Grotesk Obsceen Connotatie Fosfaten

Banalere

Você também pode gostar