Escolar Documentos
Profissional Documentos
Cultura Documentos
LEERGANG PENSIOENRECHT
NIEUWSBRIEF
Nr.
INHOUDSTAFEL
1. Europees Hof van Justitie: Afwijzing verzoek langer in dienst te blijven ..................................................... 2
2. Europees Hof voor de Rechten van de Mens: Schending recht op eerlijk proces en eigendomsrecht ........... 2
3. Grondwettelijk Hof: Herstelpensioenen oorlogsslachtoffers en gelijkheidsbeginsel...................................... 3
4. Lagere rechtspraak ................................................................................................................................ 4
4.1. Gemengde loopbaan en toepassing eenheid van loopbaan ............................................................... 4
4.2. Vordering in tussenkomst en vrijwaring .......................................................................................... 4
5. Belgische rechtsleer ............................................................................................................................... 5
5.1. Uitkering van levensverzekering na eerdere verzekeringsgift: Nieuw standpunt ............................... 5
5.2. Pensioenbijdragen aan Voorzorgskas apothekers zijn aftrekbare beroepskosten ................................ 5
5.3. Pensioen werknemers: wijzigingen vanaf 2016 ................................................................................ 5
5.4. Themanummer TORB: het pensioendebat ....................................................................................... 5
5.5. Wat te verwachten van de rechtmatige (pensioen)verwachting? ....................................................... 5
5.6. La porte de linformation prcontractuelle en assurance vie: prcisions de la CJUE........................... 6
5.7. Vlabel viseert nu ook levensverzekering ter kanalisering beding van terugkeer .................................. 6
5.8. Heffingsbevoegdheid en belastbaarheid in Belgi van Nederlandse AOW-uitkering............................. 6
6. Buitenlandse rechtspraak: Toekomstige effecten en niet-retroactiviteit in het Engels recht ......................... 6
7. Buitenlandse rechtsleer .......................................................................................................................... 7
7.1. Frankrijk ....................................................................................................................................... 7
7.2. Duitsland ...................................................................................................................................... 7
8. Nieuwe Life and Benefits ........................................................................................................................ 7
9. FSMA mededelingen .............................................................................................................................. 7
10. International Update ............................................................................................................................ 8
10.1. Russia ......................................................................................................................................... 8
10.2. New Zealand ............................................................................................................................... 8
10.3. Thailand ...................................................................................................................................... 9
10.4. Poland ........................................................................................................................................ 9
11. Gelezen in het Staatsblad ................................................................................................................... 10
11.1. Afschaffing grensbedrag bij cumulatie werknemerspensioen met een overlevingspensioen ............. 10
11.2. Aanpassing uitvoeringsbesluit aan verhoging pensioenleeftijd ....................................................... 10
11.3. Pensioen operationeel kader gentegreerde politie ....................................................................... 10
11.4. Herwaarderingscofficint VAPZ-bijdragen .................................................................................. 10
11.5. Vermindering basispensioenbijdragevoet ..................................................................................... 10
11.6. Flexi-jobs horeca pensioenbepalingen ...................................................................................... 11
11.7. IAO-verdrag nr. 128 aangenomen door Franse gemeenschapscomissie ......................................... 11
11.8. Sectorpensioenen ...................................................................................................................... 11
Ombudsman: Garantiemaatregelen werknemersstelsel in ambtenarenstelsel ................................... 13
DIENST TE BLIJVEN
pensioen
Cour
des
comptes
tegen
de
stilzwijgende
oordelen,
Het
middel
mist
in
de
nieuwe
met
houdend
juridische
dienst
rekening
tussenkomen
nieuwe
in
van
jaar
basis
65
op
het
aangevraagd
blijven,
bestaat.
Het
Hof
geval
van
een
een
kan
ruime
enkel
het arrest. Het CGE stelde dat het niet verplicht kan
manifeste
gewijsde
heeft
gekregen,
ter
vermijding
van
Staat
kan
immers
nadien
een
eventueel
voeren.
vergewissen
van
de
verbondenheid
van
de
3. GRONDWETTELIJK HOF:
HERSTELPENSIOENEN
Het
OORLOGSSLACHTOFFERS EN
gelijkheidsbeginsel
Grondwettelijk
Hof
zich
om
stelt
dat
analoge
het
redenen
GELIJKHEIDSBEGINSEL
hun
gewoonlijke
verblijfplaats
niet
op
mei 1940.
4. LAGERE RECHTSPRAAK
Universiteit
het
betalen
van
de
als ambtenaar.
van
16,67/45
ste
heeft.
verklaard wordt.
Het
te
kunnen
genieten
van
stelt
dat
de
door
de
staat
Arbeidshof
om
tot
loopbaan
Namen
werkingsmiddelen
gefinancierd
personeel
een
het
statuut
van
het
personeel
van
de
harmonisatie.
administratief
Namen
van
loopbaan)
enkel
dient
voor
de
vaststelling
van
het
recht
op
heeft
technisch
de
personeel
bijgevolg
groepsverzekering
van
de
vrijwillig
een
voor
zijn
aangegaan
en
een
De
Franse
financiering
Gemeenschap
van
de
vrije
draagt
bij
tot
universiteiten
de
via
De
werkgeversbijdragen
voor
een
buigt
pensioenbijdragen
het
Hof
zich
over
aan
de
de
vraag
Voorzorgskas
of
voor
was
van
buitencontractuele
2016
In
de
komende
jaren
wordt
loopbaanvoorwaarde
voor
de
het
wettelijke
vervroegd
het
opnemen
van
groepsverzekering,
de
betrokkene
voortvloeit
in
uit
de
naar 55 jaar.
het
Onderwijsrecht
vadis?
(door
R.
JANVIER en J. JANSSENS)
-
De
ziekte(pensioen)regeling
van
de
van
(re)visited
tot
F. VANDENBROUCKE)
quo
onderwijspersoneel:
na
(T.O.R.B.)
levensverzekering
Onderwijsbeleid
5. BELGISCHE RECHTSLEER
een
en
eerdere
JANSSENS)
verzekeringsgift.
beschreven
in
een
pensioenwet.
Sommige
de la CJUE
bonne
troisime
directive
vie.
Le
prsent
FAIRON,
La
porte
de
linformation
D.
prcontractuelle en assurance vie: prcisions de la
CJUE, For.Ass. 2015, nr. 156, 148.
genomen
de
uitkering
van
beding
van
terugkeer,
dit
ter
overlijdenskapitaal
loutere
2007
en
dat
pensioenreglement
echtgenoten,
de
prestaties
enkel
een
of
nationaal recht.
worden,
en
RECHT
dans
heffingsbevoegdheid
6. BUITENLANDSE RECHTSPRAAK:
TOEKOMSTIGE EFFECTEN EN NIETRETROACTIVITEIT IN HET ENGELS
de
ncessaire
over
uitkering.
prcontractuelle
buigt
in
door
voorzien
de
situatie
het
aanvullend
wordt
waar
het
voor
civil
hoogst
samen.
ook
van
gehouden
moet
worden
met
de
Pensioenrechten
voor
een
bepaalde
op
het
moment
dat
de
arbeidsperiode
gepresteerd werd.
7.2. Duitsland
WELLISCH
en
T.
KUTZNER,
Mittelbare
D.
Pensionerhhungen bei endgehaltsabhngingen
Pensionszusagen an Gesellschafter-Geschftsfhrer,
BB 2015, nr. 45, S. 2731.
EESBEECK)
Eerstepijleruitkeringen Aanvullende
arbeidsongeschiktheid is prioritair te
verzekeren risico (door L. VEREYCKEN)
9. FSMA MEDEDELINGEN
7. BUITENLANDSE RECHTSLEER
7.1. Frankrijk
Sectoroverzicht
2014
Instellingen
voor
bedrijfspensioenvoorzieningen.
Bron: www.fsma.be
10.1. Russia
projections.
2016.
benefit
and
second-pillar
individual
potential to grow.
additional
an
earnings-related
benefit
named
as
default
were
providers
based
altogether
lose
the
government
match.
Also,
of return.
KiwiSaver
some
are
government
mixed
compared
financial
institutions.
with
KiwiSaver
pension
funded
by
general
revenuesas
the
10.4. Poland
outperformed KiwiSaver.
10.3. Thailand
overlevingspensioen
aangepaste
betrekking
aan
te
vragen.
Deze
De
herwaarderingscofficint
waarmee
de
januari 2015.
basispensioenbijdragevoet
11.5. Vermindering
gentegreerde politie
De wettelijke basispensioenbijdragevoet voor de
Het Grondwettelijk Hof heeft in het arrest nr.
103/2014
van
10
juli
2014
de
preferentile
tussenkomst
van
het
Reservefonds,
onder
de
pensioenwetgeving
voor
werknemers vallen.
Wet van 16 november 2015 houdende diverse
bepalingen inzake sociale zaken, BS 26 november
2015.
11.7. IAO-verdrag nr. 128 aangenomen door
Franse gemeenschapscomissie
Bij decreet van 2 april 2015 geeft de Franse
Gemeenschapscommissie het volle effect aan IAOverdrag nr. 128 met betrekking tot de uitkeringen
voor invaliditeit, ouderdom en de langstlevenden,
aangenomen te Genve op 29 juni 1967.
OMBUDSMAN PENSIOENEN
Garantiemaatregelen werknemersstelsel in ambtenarenstelsel
Een gepensioneerde die op 21 februari 2013 60 jaar werd, met een gemengde loopbaan (eerst vastbenoemd
ambtenaar, nadien werknemer), wou met ingang van 1 maart 2013 op pensioen gaan. De pensioenhervorming
(wet 28/12/2011 houdende diverse bepalingen) heeft de leeftijds- en loopbaanvoorwaarden voor de toegang tot
het vervroegd pensioen echter verstrengd vanaf 2013 (in 2013: 40 loopbaanjaren op 60 jaar) waardoor
betrokkene niet meer aan de leeftijds- en loopbaanbaanvoorwaarden voldeed om op 1 maart 2013 met pensioen
te gaan.
De gepensioneerde bevond zich reeds vr de aankondiging van de pensioenhervorming van de regering Di Rupo
(zijnde 28/11/2011) in een uittredingsregeling na afloop waarvan hij zijn vervroegd pensioen zou kunnen
opnemen (voldeed aan de leeftijds- en loopbaanvoorwaarden van voor de pensioenhervorming). Teneinde deze
categorie van personen niet in een pensioengat te doen vallen, werd voorzien in garantiemaatregelen. In het
werknemerstelsel zijn deze garantiemaatregelen onder andere opgenomen in artikel 3 van het KB 26/04/2012.
Betrokkene voldeed aan de voorwaarden opgesomd in dit artikel: zo had hij met zijn werkgever een individuele
en schriftelijke overeenkomst van vervroegde uittreding buiten het stelsel SWT afgesloten die eindigde op de
leeftijd van 60 jaar (zodat hij op de leeftijd van 60 jaar met pensioen kon gaan volgens de voorwaarden van voor
de pensioenhervorming). Ook aan de voorwaarde dat de individuele overeenkomst moest kaderen in een CAO die
geregistreerd was bij de Fod WASO voor 28/11/2011 (datum aankondiging pensioenhervorming) was voldaan.
Zijn werknemerspensioen kon derhalve, gelet op de garantiemaatregel bepaald in het KB van 26/04/2012, ingaan
aan de voorwaarden van voor de pensioenhervorming (loopbaan van minstens 35 loopbaanjaren op leeftijd van
60 jaar) zodat hij zijn werknemerspensioen toch kon bekomen op 1 maart 2013.
Maar voor de ambtenarenpensioenen is de lijst van situaties die aanleiding geven tot afwijkende
garantiebepalingen opgenomen in artikel 1 van het KB van 20/09/2012 tot uitvoering van artikel 88, vijfde lid van
de wet van 28/12/2011. Deze lijst bevat uitsluitend uitstapregelingen die in de openbare sector gelden. Er zijn
geen uittredingsregelingen opgenomen uit de werknemersregeling zoals deze van het KB van 26/04/2012.
Betrokkene diende een klacht in bij de Ombudsman Pensioenen. Deze merkte op dat de garantiemaatregelen
enkel voorzien zijn voor het pensioenstelsel waarin de loopbaan eindigt. Hierdoor moeten gepensioneerden met
een gemengde loopbaan (ambtenaar-werknemer), die eindigen als werknemer en die een garantiemaatregel
genieten
voor
hun
werknemerspensioen,
soms
gedurende
enkele
jaren
verder
leven
zonder
hun
ambtenarenpensioen te kunnen opnemen. Dit is problematisch, zeker nu meer en meer gepensioneerden een
gemengde loopbaan hebben. Verder merkt de Ombudsman op dat ondanks dat het een gegeven is dat de
loopbaanmaatregelen verschillend zijn in de priv en in de openbare sector, het verschil in casu niets te maken
heeft met de eigenheid van de pensioenstelsels. Het betreft hier garantiemaatregelen voor personen die reeds
vervroegd zijn uitgetreden. De Ombudsman constateert verder dat de RVP een soepele houding heeft
aangenomen door de garantiemaatregelen uit de openbare sector - weliswaar zonder uitdrukkelijke wettelijke
bepaling hieromtrent - over te nemen in de regeling voor werknemers. De Ombudsman kaartte deze
problematiek aan in zijn jaarverslag en riep de bevoegde instanties op om bij wijzigingen in de wetgeving meer
rekening te houden met de invloed van de in n pensioenstelsel genomen overgangsmaatregelen (en zeker voor
een garantiemaatregel) op de andere pensioenstelsels.
Deze oproep viel niet in dovemansoren. In de Commissie voor Sociale Zaken van 28 oktober 2015 bevestigde
Minister van Pensioenen Bacquelaine, naar aanleiding vaneen mondelinge vraag, dat hij aan de PDOS gevraagd
had de garantiemaatregelen uit de regeling voor werknemers over te nemen in de openbare sector. De
gepensioneerde kan hierdoor dus eveneens zijn ambtenarenpensioen opnemen op 1 maart 2013. PDOS heeft nu
een formele beleidsuitspraak die toelaat de nodige souplesse aan de dag te leggen- wat voordien niet het geval
was- en zal dit ambtshalve uitvoeren bij alle gekende dossiers. Iedereen die zich in deze situatie bevindt kan ook
een herzieningsaanvraag indienen bij PDOS.
PENSIOENOPINIES
31+13 = 28,33
Hogere pensioenwiskunde?
Of men nu in de aanvullende of de wettelijke
pensioenen is gespecialiseerd: eenieder zal toegeven dat
pensioenen bijwijlen een bijzonder technische en
complexe materie vormen. In deze nieuwsbrief staat
hiervan een prachtig voorbeeld (zie nummer 4.1.)
De feiten van deze zaak: een man werkt 31 jaar
als zelfstandige (1968-1999) en 13 jaar als ambtenaar
(1999-2012). Volgens de normale wiskundige regels
geeft dit: 31+13=44.
De man werkt echter als ambtenaar in een
voordelig stelsel waardoor de 13 jaren als ambtenaar
meetellen voor 16,67 jaren. Hierdoor heeft de man
bijgevolg 47,67 jaar gewerkt (31+16,67). Dit is gaat
boven de eenheid van loopbaan (45/45ste) waardoor de
loopbaan ingekort moet worden. Dit gebeurt met 2,67ste
waardoor de man in kwestie 45/45sten heeft. Maar die
2,67sten worden evenwel afgetrokken van de loopbaan
als zelfstandige: 31-2,67=28,33. Het gevolg is dat de
man uiteindelijk onder de voorwaarde van 30 jaar zit om
een minimumpensioen als zelfstandige te trekken. Het is
dus niet het minimumpensioen dat telt maar wel de
gewone pensioenberekening als zelfstandige.
Het is een rare kronkel: als de man minder had
gewerkt, dan had hij recht gehad op het hogere bedrag
van het minimumpensioen dan dat hij krijgt door de
gewone berekeningsregels toe te passen. Gevolg: het
arrest geeft de indruk dat hoe minder men werkt, hoe
groter het pensioen zal zijn. Of hoe de wereld soms op
zijn kop staat.
Deze redenering is echter gebrekking omdat we
niet weten hoeveel voordeliger het pensioen is dat de
man geniet als ambtenaar. De overschrijding van de
eenheid van loopbaan komt immers doordat de man zijn
ambtenarenjaren voordeliger worden aangerekend. We
mogen er dan ook vanuit gaan maar we weten dat niet
zeker dat de man een hoger wettelijk
ambtenaarpensioen trekt dan dat het verschil met het
wettelijk minimumpensioen als zelfstandige omvat.
Zoniet gaat hij er in totaal helemaal op achteruit.
Wat er ook van zij: deze zaak toont nog maar
eens aan hoe moeilijk onze pensioenstelsels zijn en hoe
scheef ons pensioenstelsel bijwijlen is opgebouwd. De
regels tussen de verschillende stelsels zijn in sommige
situaties daadwerkelijk niet op elkaar afgesteld.
Maar er is meer aan de hand. Het arrest van het
Arbeidshof stelt niet enkel en alleen een duidelijke
anomalie vast in het pensioensysteem als het gaat over
gemengde carrires. Een verdere lezing van het arrest