Escolar Documentos
Profissional Documentos
Cultura Documentos
Inhoud:
Cover.blz 1 Inhoud..blz 2 Inleiding..blz 3
Germaanse talen..blz 4 Deelvragen: 1. Wanneer is etymologie ontstaan?....................................blz 5-6 2. Hoe heeft de betekenis van woorden zich ontwikkeld?........blz 7 3. Wie heeft etymologie ontdekt/uitgevonden?......................blz 8 Hoofdvraag: Hoe werkt etymologie?.....................................blz 9-10-11 Praktische opdracht.blz 12 Bron vermelding.blz 13
Inleiding:
Etymologie is de geschiedenis van de taal. Hoe, waar en wanneer de talen zijn ontstaan, dat ga ik verder verwerken in mijn werkstuk. Later wil ik talen studeren, daarom heb ik dit onderwerp gekozen. Dat is vast handig voor mijn vervolgopleiding. In ieder geval zijn talen mijn sterkste vakgebied. Bijvoorbeeld; als ik soms geen tijd had om te leren haalde ik toch goede punten, daardoor begon ik het leuk te vinden. Ik hoop dat ik door mijn onderzoek het antwoord op de hoofdvraag kan vinden, ondanks het feit dat ik niet veel informatie kon vinden over etymologie, omdat het een lastig onderwerp is en omdat de opzet van de taalkalender een register vroeger niet toe stond. Degenen die de kalender bewaarden konden dus niet gemakkelijk iets terugvinden.
Germaanse talen
Welke taal, wat is de onderverdeling en de taaltak
-taal *Afrikaans *Duits *Engels *Fries *Jiddisch *Letzeburgs *Nederduits *Nederlands *Deens *Faerers *IJslands *Noors *Oernoords *Zweeds *Gotisch *Krim-Gotisch
-onderverdeling *West-Germaans *West-Germaans *West-Germaans *West-Germaans *West-Germaans *West-Germaans *West-Germaans *West-Germaans *Noord-Germaans *Noord-Germaans *Noord-Germaans *Noord-Germaans *Noord-Germaans *Noord-Germaans *Oost-Germaans *Oost-Germaans
- taaltak *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans *Germaans
Nieuwfries - na 1550 Nieuwengels - na 1700 Nieuw- + Scandinavische taal - na 1500 Nieuwfrans - na 1600 Perioden liggend tussen middel- en nieuw- worden soms met vroegnieuwaangeduid: Vroegnieuwnederlands - 1500-1700 Vroegnieuwhoogduits - 1350-1600 Vroegnieuwengels - 1500-1700
Het Duitse woord heeft steeds een ts-klank, maar het wordt geschreven als z, waar het Nederlandse woord een t heeft. Het blijkt dat een groot deel van de verschillen tussen Nederlandse en Duitse woorden met dit soort regels kunnen worden beschreven, het zijn duidelijk verwante talen. Het Engels, Fries en een groot aantal van de Duitse dialecten hebben een t in dit soort woorden. Er zit niet veel verschil in de Duitse dialecten, bijvoorbeeld in het zuidoosten van Duitsland waar ze de z gebruiken. Op grond van verdere studie, bijvoorbeeld van oude documenten en woorden in andere talen die lang geleden aan het Duits zijn ontleend, is er een bijbehorende klankwet vastgesteld. De klank is oorspronkelijk t geweest en is als gevolg van de tweede Germaanse klankverschuiving in het Hoogduits z geworden. Het Nederlands, Engels en Duits zijn nauw verwante talen. Zij verwijzen naar een gemeenschappelijke brontaal, het Oergermaans, dat deel uitmaakt van de veel grotere Indo-Europese familie. Door klankwetten voort te zetten buiten het oorspronkelijke gebied, kunnen wetenschappers de Oergermaanse vorm van een woord in zijn oorspronkelijke vorm herstellen of nabootsen, zelfs wanneer die nooit is opgeschreven. Het herstellen of nabootsen van zon woord wordt weergegeven met (*).
woorden uit andere talen die op elkaar lijken, v.b.: Nederlands (naar) toe tien tijd tuin Duits zu zehn Zeit Zaun Engels to ten tide town Fries (nei) ta tsien tiid tn Oergermaans *t*tehun *td*tn-
10
Leenwoorden Als er woorden in verschillende talen op elkaar lijken, maar er is geen sprake van klankwettige overeenstemming, dan is het waarschijnlijk een leenwoord. Het woord tank is bijvoorbeeld in veel talen hetzelfde, dat komt doordat al die talen hetzelfde woord uit het Engels hebben overgenomen. In het Duits is het woord niet Zank, omdat de ontlening van het woord plaatsvond na de klankverschuiving t>z. Een deelsoort van leenwoorden bestaat uit woorden die niet allemaal uit n dezelfde taal zijn ontleend, maar steeds van andere talen een deel hebben overgenomen. Dat wordt ook wel Wanderwort genoemd. Dat soort rondzwervende woorden horen vaak bij producten die zich geleidelijk over de wereld hebben verspreid. Net zo als het Nederlandse woord koffie en in andere talen, zoals in het Engels coffee, in het Italiaans caff, in het Pools kawa en in het Turks kahve.
Klanknabootsingen Woorden uit verschillende talen kunnen ook op elkaar lijken, omdat ze klanknabootsingen zijn van hetzelfde geluid. Net als bij leenwoorden stemmen klanknabootsingen in verschillende talen vaak overeen in vorm en betekenis. De vormovereenkomst tussen het Nederlandse woord koekoek, het Hongaarse kakukk, het Italiaanse cuculo, het Poolse kukulka en het Turkse gugukgiller is zeer groot, maar dat zijn geen cognaten of etymologisch verwantschap. De overeenkomsten zijn door toeval ontstaan, het woord of de klank is in elke taal genspireerd op de roep van de haan.
Elementaire begrippen De fonetiek(deel van de taalwetenschap dat zich bezighoudt met de bestudering van de spraakklanken) van talen kan op natuurlijke wijze zorgen dat in veel talen de basis woorden qua vorm veel op elkaar lijken, terwijl ze etymologisch niet verwant zijn. Dat zijn meestal woorden die een taallerend kind het eerst leert, dus zal de articulatie daarvan ook heel eenvoudig zijn. In het Chinees ma is hetzelfde als in het Nederlands ma en mama. Dat is ook geen etymologische verwantschap.
11
Praktische opdracht
Mijn praktische opdracht bestaat uit een ongeveer 1500-1700 jaar oude tekst, waar ik dan de verwante woorden en cognaten vergelijk met elkaar. Dat zou ik eigenlijk met een online etymologisch woorden boek moeten doen, maar omdat die het niet doet heb ik dit uit mijn hoofd gedaan. De woorden of delen van woorden die tussen haakjes staan, wist ik niet hoe ik ze moest vertalen. Een oud liedje Ik zag eens een knaap sterven(sgeern) een valse, wrede, boze (deern) Ik zei tegen de knaap: h mijn (terstont) jouw moeders hart voor mijn hond. Hij ging en sloeg zijn moeder dood en vluchtte met het rode hart. Maar terwijl hij liep, struikelde hij over een steen en viel, - dat arme hart meteen. Al botsend op de harde (baen) begon opeens het hart te spreken; Ach, jongen, heb je, je pijn gedaan?
12
Bronvermelding:
http://www.goeievraag.nl/vraag/woorden-bedacht-anders-gezegdhond.120198 http://aquavisie.retry.org/Database/Etymologie/Etymologie.html http://books.google.nl/books? id=edQUAAAAIAAJ&pg=PA167&lpg=PA167&dq=waarvoor+is+etymologie +belangrijk&source=bl&ots=gUwOYrwER&sig=NGQWxrEGoElQtoetKrz79T1rvjk&hl=nl&ei=UIlmTfCaI4yY OuaOhcAL&sa=X&oi=book_result&ct=result&resnum=2&ved=0CBoQ6AEw AQ#v=onepage&q&f=fase
13
14