Você está na página 1de 4

Maandag 29 juli: Jan van Hooff: Apenstreken, niets menselijks is de apen vreemd

Ik ben Jan van Hooff. Ik ga u meenemen op een tour door het dierenrijk waarin we laten zien dat het daar niet alleen maar om macht en hebben gaat, maar ook om wat hebben we aan elkaar?, hoe gaan we om met elkaar?, om geven en nemen, om delen met elkaar. Om eensgezindheid. Een tijd geleden stond er in HP/De Tijd een ingezonden brief naar aanleiding van de graaicultuur. Die luidde als volgt: Als dit idealisme nog meer plaats moet maken voor de impact van geld, dan is het dierenrijk, dat van vechten, vreten en erop los naaien weer een stap dichterbij. Nou dat is krachtige taal over onze samenleving. Maar het vertelt ook over hoe wij denken over het dierenrijk. Want dieren zijn simpele, impulsieve, instinct gedreven wezens. Waarbij alles draait om, om vechten, vreten en er op los naaien, ja toch? Wie is hier, in deze Arnhemse chimpanseekolonie de baas? Dat ben ik dus; ja ik., een volwassen man en ik heet Giambo. Nou, dat konden we zien, want Giambo ondersteunde zijn status af en toe met imponerend blufgedrag. Toch is in werkelijkheid iets meer aan de hand, ook al komt dit beeld wel een beetje overeen met de voorstelling die we hebben over waar het om gaat in de natuur en in de evolutie van het leven. Want is evolutie niet the struggle for life and the survival of the fittest? Diegene die zich het best kunnen handhaven, planten zich immers ook het sterkst voort. En dragen daarmee ook de eigenschappen, dankzij welke zij succesvol zijn, sterker over in volgende generaties. Zo bevordert de natuurlijke selectie onontkoombaar de eigenschappen die maken dat je effectiever en efficinter functioneert. Het betere is de vijand van het goede! Dus je zou zeggen, evolutie selecteert vanzelf ook eigenschappen van zelfzucht, voor jezelf opkomen, zelf de controle kunnen hebben in sociale gemeenschappen. De macht hebben, je niet hoeven te schikken naar anderen, maar zelf bepalen hoe de dingen lopen. Dat is een basale eigenschap van het leven. Hier ziet u twee mannelijke chimpansees in de Arnhemse kolonie en u mag raden wie de dominante in dit geval is. Wat zou u zeggen? De linker? We gaan er over stemmen, zo doe je dat in de wetenschap, toch? Dit is de dominante, of dit is de dominante, de rechter of de linker? Waar stemt u voor? Rechts? Ja, u stemt voor rechts. Meneer, probeert u eens, leeft u zich eens in in deze chimpansee en doe het volgende: ellebogen naar buiten, onderkaak naar voren, ziet u het? De lippen samengeperst, we noemen dat het bulging lips face. En nu het meest belangrijke: uw haren allemaal overeind. Dat doet hij ook. Als u dus morgen zo uw kantoor binnen komt, dan zeggen ze: uitkijken voor die vent. Of ze zeggen: malloot, malle pietje. Daar zit de alfaman uit deze groep. Dat is Giambo. Hij is de absolute baas. Achter mama loopt de tweede man, dat is Ying, en dat is op het ogenblik de coalitiepartner van Giambo. Ik gooi nu de eerste appeltjes, altijd de rangverhoudingen goed in de gaten houden. Zo, ik ga dan proberen dat vrouwtje dat hier vooraan zit te voeren. Waarschijnlijk dat de dominantie man Ying, die er achter zit, de appel wil afpakken. Maar als mama m eenmaal heeft, dan pakt hij die niet meer af. Alles draait om wedijver, conflicten, agressie, dominantie, sociale hirarchie, zo denken we. En toch, als we in het dierenrijk gaan rondkijken, dan zien we een heleboel soorten waar we naast conflicten ook harmonie zien. Wedijver, maar ook samenwerking. Deze stokstaartjes leven in grote kolonies op de Afrikaanse savanne. Overdag scharrelen ze rond op de savanne. Maar er zit er altijd eentje op de uitkijk boven op de termietenheuvel, want er lopen jakhalzen rond en er komen arenden over. Als er dan een arend gesignaleerd wordt, dan roept degene die boven op de termietenheuvel zit opeens: wauw!. Dat is een waarschuwingskreet en onmiddellijk vlucht alles weg in de holen. Maar wie is er

eigenlijk de sul? Wie loopt het grootste risico? Dat is de jongen die helemaal van boven moet komen en die bovendien nog eens een keer de aandacht op zich gevestigd heeft. Waarom doet hij dat in hemelsnaam? Nou, hij redt daar zijn groepsgenoten mee. Voor zover die groepsgenoten verwanten van hem zijn, helpt hij dus ook zijn eigen genetische erfdeel verder voortplanten. Want dat zit ook in die verwanten van hem. En hij doet het ook vooral als de dieren in de buurt naasten- en dat zijn vaak verwanten van hem zijn. Soortgelijke dingen vinden we bij alle dieren die met elkaar gemeenschappen, coperatieve gemeenschappen, vormen waar ze elkaar diensten verlenen. Een mooi voorbeeld zien we bij deze vampieren. Wat zijn vampieren? Vampieren zijn hele kleine vleermuisjes die in Zuid-Amerika leven, in grotten, in holle bomen. Wij gaan hier deze grot in, in Burgers Zoo, daar zitten vleermuizen en daar kunnen we zien hoe die diertjes eruit zien. In Zuid-Amerika leven vampieren in net zulk soort grotten als deze. Dat zijn bloedzuigende vleermuizen. s Avonds vliegen ze allemaal uit. Dan landen ze op een zoogdier, bijten dat aan en likken bloed. Nou heeft een Amerikaanse onderzoeker gevonden dat die beestjes maar achtenveertig uur zonder bloedmaal kunnen. Anders komen ze om van de honger. Maar er zijn er altijd die in de ochtend terug komen, zonder succes. Geen bloed in hun buik; wat doen die? Ja, die gaan naar een ander die ze kennen en waarvan ze ruiken, die heeft wel bloed; die kan misschien wel wat missen. Die hevelt dan naar de bedelaar bloed over via een soort tongkus. Dat is een mooi systeem. Want degene die tekort komt en in nood gaat verkeren, die is zo verzekerd van een maaltijd. Maar ja, wie is natuurlijk de slimste? Dat is degene die denkt oh, die vliegen nu allemaal uit, met alle risicos van dien. Ik blijf lekker wachten tot morgen en dan zie ik wel hoe ik een maaltje bloed bij elkaar bedel. Als zon uitvreter succes heeft, dan dondert natuurlijk het hele systeem van wederzijdse dienstverlening in elkaar. Dat gebeurt dus ook niet, want die vleermuizen letten wel op wie die bedelaar is. Als het een ander is waarvan zij wel eens een keer ondervonden hebben dat die bloed geeft, dan zijn ze willig om dat ook naar die te doen. Is er een ander die weigert en het nooit doet, dan zeggen ze: die kan van mij de pot op. Met andere woorden, ze waarderen elkaar als: dat is zn kerel en die daar is een klojo. En zo hebben ze wel met elkaar een verzekering dat ook in tijden van nood iedereen aan zijn trekken komt. Wederzijdse dienstverlening. Als je er even over na denkt is het eigenlijk net als bij ons, we geven bloed in de bloedtransfusie, in de hoop dat als we het zelf nodig hebben we het ook krijgen. Een systeem van wederzijds altrusme. Zo werkt het. We zien soortgelijke systemen ook bij alle andere dieren: een systeem van goedgunstig zijn ten opzichte van degene van wie jij ook goede dingen ervaart, die jij dus aardig vindt, die jij op prijs stelt. We hebben dat systeem onder andere bestudeerd bij de chimpanseekolonie in Arnhem. Daar zitten er een paar bij elkaar. Ze hebben al voer gekregen en een drietal zit daar lekker vreedzaam bij elkaar te eten. Wat zien we? Struggle for life? Niks van dien aard, ze zitten gezellig bij elkaar. Ze verdragen elkaar, tolerantie. Kijk daar zit een volwassen man, die had een heleboel bij zich. Nu heeft dat andere mannetje dat daar links zit, een deel daarvan overgenomen, die heeft dat gekregen. Ze hebben dus gewoon voedsel gedeeld met elkaar. Ook de dominante mannen. Toch is ze er veel aan gelegen om dominant te worden, de baas te spelen, met name de volwassen mannen, want dat geeft ze ook toegang tot vruchtbare vrouwen. Maar hoe word je dominant? Ja, natuurlijk: je moet sterk zijn, gezond en assertief, anders lukt het je niet. Maar dat blijkt niet het enige te zijn. Het blijkt dat een sterk dier op zn eentje het wel kan schudden als die de andere allemaal tegen heeft. Het is dus van groot belang dat hij coalitiepartners vindt, die hem helpen om die alfa-positie in de groep te bereiken. Ja, en dat hebben we ook gezien: dat is bestudeerd in deze chimpanseekolonie, dat die mannen er op uit zijn om coalities te vormen. Maar wie vormen er dan coalities met wie? Maar waarom zou ik als chimpanseeman zeggen, nou ga ik hem steunen. Ik zou zeggen, ben je bedonderd, ik ga proberen zelf de baas te worden. Op de een of andere manier schatten ze in of dat

zou lukken; of de kans groot is dat dit lukt, gezien dat hele krachtenveld waarin hij zich beweegt. Nee, misschien doe ik er beter aan om een kandidaat die serieus de macht kan krijgen, om die te gaan steunen tegen zijn rivalen. Dat hebben we een paar keer in de Arnhemse club gezien. Nikki en Jeroen hebben al jaren een hecht bondgenootschap en van tijd tot tijd onderstrepen ze dat met een indrukmakende klopjacht. Er zijn zelden verwondingen maar de anderen blijven wel met respect tegen de baas opzien. Dan zou je zeggen, waarom zou je dat berhaupt doen om die ander in de machtspositie te heffen? Dan zou er voor jou toch wel een voordeel aan moeten zitten? Nou dat blijkt ook het geval te zijn, want degene die de machtspositie heeft, die moet zijn coalitiepartner wel gunsten verlenen. Wat zijn bijvoorbeeld in die chimpanseegemeenschap, wat zijn daar voor de hand liggende gunsten? Nou bijvoorbeeld dat de alfaman de controle en toegang tot vruchtbare wijfjes heeft. Die zijn er af en toe in de groep, dat zijn aantrekkelijke vrouwen. En daar zitten ze in de buurt, en die monopoliseren ze en daar paren ze mee. Maar ja, de anderen willen ook graag. Nou zien we dat de alfaman af en toe tolerant is tegenover de andere mannen om de vrede te bewaren. Om ze goed gezind te houden, en wie is dan degene die het makkelijkste permissie krijgt om eens met een vrouw op stap te gaan? Dat is natuurlijk de coalitiepartner. Jeroen, de maat van Nikki mag af en toe paren. Als dank voor de steun en voor het vlooien mag ook hij op stap naar een geliefde. Dat staat Nikki toe. Toch blijft Jeroen hem in de gaten houden, je weet nooit. Het mocht wel, maar daarom vindt hij het nog niet leuk. Als de coalitiepartner op een gegeven moment het idee heeft van wacht even, hallo, hij gunt mij niet genoeg, dan kijkt hij eens rond in de club, en denkt weet je wat, laat hem barsten. Ik ga eens kijken of een ander er wat meer voor over heeft. Als ik hem nou eens aan de macht help, misschien krijg ik bij hem veel meer vrijheden. Hier zien we dat hele systeem van geven en nemen. Een subtiele balans tussen eigenbelang behartigen maar ook de anderen zoverre tegemoetkomen dat zij ook van het geheel profiteren, van het systeem, en daarmee jou in die machtspositie wel willen handhaven. Geven en nemen, tolerantie. Zo zie je dus ook dat dominanten af en toe moeten intomen omdat een ander iets voor ze betekent en wil je die relatie intact houden, dan moet je die ander wat gunnen. Dan moet je tolerant zijn en dat heeft een ongelooflijk dempende werking op de egocentrische, impulsieve neigingen die je bij alle dieren vindt. Dat betekent ook impulsbeheersing en zo. Nou zou je zeggen zoiets als: je inhouden, impulsbeheersing, de anderen ontzien, dat komt natuurlijk bij zoogdieren voor, nee, evenzeer bij vissen. Hier in deze koraalvissenbak zit een poetservisje en dat reinigt de kieuwen en de binnenkant van de bek van andere vissen van mijten en alles wat er in zit. Nou als er een grote roofvis aankomt, die kan wel eens denken, verdomd dat is een leuke hap. Die zwemt bij me binnen, die vreet ik op. Maar ja, de volgende keer als hij bij deze plek komt om zich te laten poetsen, is de poetservis er niet meer. Dus hij houdt zich in en geeft de poetservis alle kans. Dat betekent dus dat macht in een groep meer is dan simpelweg kracht en de ander de baas zijn. Het gaat ook om hoe speel jij dat spel en hoe is jouw geaardheid om met anderen om te gaan?, of jij geaccepteerd wordt door de anderen. En soms zie je dat dieren een invloedspositie hebben in een groep die niet met hun geldingsdrang en hun kracht en hun assertiviteit te maken heeft, maar met andere dingen. Dat ze een inbreng hebben in de relaties die anderen niet van ze kunnen afpakken. Dat is fantastisch aangetoond, in een experiment bij wilde meerkatten, een klein soort apen, door mijn oud-leerling Ronald No. Hij had een automatisch van afstand te openen doos, die klapte open en dan hadden ze er allemaal toegang tot het lekkers dat hij erin gestopt had. Wie kon die doos open maken? Hij bediende de doos op afstand, namelijk als het ranglaagste wijfje de doos aanraakte. Ploef, dan sprong hij open, dan waren opeens alle lekkere dingen voor het grijpen. Die dominanten eropaf, wijfje

weg, pakken de zaak. Meteen als de doos er staat, zitten ze er al met zijn allen bij. Nou, na verloop van tijd hadden ze in de gaten dat ze niks meer kregen, want het ranglage wijfje durfde niet meer bij de doos te komen. Ze kregen alleen wat wanneer ze, op het moment dat de doos verscheen, op grote afstand waren gaan zitten en daar maar geduldig bleven wachten tot dat ranglaagste wijfje in de buurt kwam, zij de doos aanraakte en haar dingetjes pakte. En dan, pas daarna, waren ze er ook meteen bij. Dan waren ze met zijn allen, wie nu is de volgende die het pakt? Maar dat ranglage wijfje, dat had dus de controle over de toegang tot het voer, en dat betekende dat de anderen zich moesten inhouden. Impulscontrole, een heel belangrijk ding in moreel gedrag. Je impulsen controleren. Er gebeurde nog iets anders. Het wijfje bleek na verloop van tijd niet machtiger te zijn geworden, maar wel in de achting van de groep te zijn gestegen. In die zin dat zij gevlooid werd en vaker mocht doen wat wijfjes heel graag doen, dat is: aan de jongen van een ander wijfje zitten en dat even mogen overnemen. Dat ranglage wijfje kreeg nu voorrechten die ze tevoren nooit had. Ze mocht de jonkies overnemen van de dominante wijfjes. De anderen hadden allemaal in de gaten: die moet je op haar gemak stellen, die moet je te vriend houden, zij is de leverancier van alle goodies. En dat geeft haar dus een invloed die de anderen niet af kunnen nemen. Zij monopoliseert dat vermogen. Dat zien we bij meer diergroepen, dat degene die kennis heeft, en kunde heeft, dat die op een gegeven moment een zekere waarde krijgt. Dus het is in de natuur niet alleen maar een struggle for life en het overleven van de sterksten. Nee, zodra dieren met elkaar in groepen leven waarbij ze van elkaar afhankelijk zijn, eens een keer wat van een ander krijgen en dat ook weer eens voor een ander terug doen, dan is het zaak om toch redelijk goede relaties met elkaar te onderhouden; conflicten als het enigszins kan te vermijden. Dat lukt nooit altijd, en al te goed is buurmans gek, dat blijft zo. Maar the struggle for life and the suvival of the fittest kunnen we beter vertalen als de wedijver om het bestaan en het overleven van de best passende, de most fitting dat zijn de best aangepaste, de meest geschikte. Dat zijn degenen die zich kunnen voorplanten, kunnen overleven en nakomelingen kunnen nalaten. Waardoor die eigenschappen zich ook kunnen voortzetten in volgende generaties. Survival of the fittest is veel meer dan overleven van de sterkste. In sociale verbanden is het de meest passende, de meest geschikte maar ook de sociaal meest geschikte. Dat is een geschikte peer. Die mag blijven in de groep, die doet het goed in de groep. De samenleving bestaat dus ook bij gratie van de geschiktheid, van de relaties met elkaar. Wat we hier eigenlijk zien is dat er bij die dieren een soort verwachtingen, we noemen het dan normatieve verwachtingen, ontstaan over elkaars gedrag. In de groep ben je gewend dat de dingen zo lopen, - z doen wij dat in de groep. Dat hebben wij met zijn allen ervaren, dan loopt het lekker. Dat worden als het ware een soort proto-morele regels. Niet op schrift gesteld, niet gecodificeerd. Dat doen wij. We hebben de tien geboden, de verklaring van de universele rechten van de mens. Daarin staan als het ware de morele regels voor het samenleven. Die komen in alle wereldbeschouwingen en levensbeschouwingen op hetzelfde neer, - zoals in de tien geboden, want waar gaat het daarover? Steel niet, moord niet, lieg niet, blijf van de vrouw van een ander af en noem maar op. Met andere woorden, dimmen die zelfzucht. Heb begrip voor het belang van anderen en dat is het cement van elke samenleving. Maar dat is dus veel en veel ouder dan de mensheid. We zien het ontstaan daarvan in allerlei diergemeenschappen, bij diersoorten waar een toenemende afhankelijkheid van de individuen van elkaar is. Dat is het cement van het samenleven.

Dit is een transcriptie van het tv-programma - NTR - 2013

Você também pode gostar

  • Lucia de Berk
    Lucia de Berk
    Documento5 páginas
    Lucia de Berk
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Anne Van Der Meiden
    Anne Van Der Meiden
    Documento4 páginas
    Anne Van Der Meiden
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Ivan Wolvers
    Ivan Wolvers
    Documento6 páginas
    Ivan Wolvers
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Henk Oosterling
    Henk Oosterling
    Documento7 páginas
    Henk Oosterling
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Pim Van Lommel
    Pim Van Lommel
    Documento6 páginas
    Pim Van Lommel
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Ivan Wolvers
    Ivan Wolvers
    Documento6 páginas
    Ivan Wolvers
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Govert Schilling
    Govert Schilling
    Documento6 páginas
    Govert Schilling
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Matthijs Schouten
    Matthijs Schouten
    Documento5 páginas
    Matthijs Schouten
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Dirk de Wachter
    Dirk de Wachter
    Documento4 páginas
    Dirk de Wachter
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Nelleke Noordervliet
    Nelleke Noordervliet
    Documento6 páginas
    Nelleke Noordervliet
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Bram Bakker
    Bram Bakker
    Documento6 páginas
    Bram Bakker
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Dirk de Wachter
    Dirk de Wachter
    Documento4 páginas
    Dirk de Wachter
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Justine Pardoen
    Justine Pardoen
    Documento5 páginas
    Justine Pardoen
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Frank Heinen
    Frank Heinen
    Documento4 páginas
    Frank Heinen
    Redactie Omroepntr
    Ainda não há avaliações
  • Inez Weski
    Inez Weski
    Documento6 páginas
    Inez Weski
    Richard van Montfrans
    Ainda não há avaliações