Você está na página 1de 92

MAGIQAIR VERSION 2.

0 NL/04-2002
MAGIQAIR
Werkplaatshandboek
M10001
Autobusfabriek BOVA b.v.
De Vest 9
5555 XL Valkenswaard
The Netherlands
Phone: +31 (0)40 2084611
Fax: +31 (0)40 2019477
E-mail: basis@bova.nl
Website: www.bova.nl
Article: MAGIQAIR
Version: 2.0/04-2002
Copyright 2002 Autobusfabriek BOVA b.v., The Netherlands
1
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
1 Inleiding ................................................3
2 Veiligheidsinstructies..........................4
2.1 Algemeen.................................................. 4
2.2 Specifiek ................................................... 4
3 Milieu-informatie ..................................5
3.1 Algemeen.................................................. 5
3.2 Specifiek ................................................... 5
4 Systeem beschrijving ..........................6
4.1 Algemeen.................................................. 6
4.1.1 Leiding netwerk ......................... 8
4.1.2 Componenten.......................... 10
4.1.3 Temperatuurregeling ............... 21
4.1.4 Temperatuursensoren ............. 23
4.1.5 Koelvloeistof stroom................ 25
4.2 Elektrische schemas .............................. 34
4.3 Diagnose................................................. 41
4.3.1 Display..................................... 41
4.3.2 Service menu bediening.......... 41
5 Reparatie en onderhoud....................47
5.1 Algemeen................................................ 47
5.2 Componenen demonteren en monteren. 47
5.2.1 Aquaclime-unit......................... 47
5.2.2 Voorverwarmer ........................ 49
5.2.3 Dakunit .................................... 51
5.2.4 Frontbox .................................. 56
5.2.5 Voorste ondervloerkachel........ 59
5.2.6 Achterste ondervloerkachel ..... 61
5.3 Ontluchten van het systeem................... 63
5.3.1 Service menu........................... 64
5.3.2 Ontluchtingsnippels ................. 66
5.4 Onderhoud.............................................. 69
5.4.1 Voorverwarmer ........................ 69
5.4.2 Aquaclime-unit......................... 72
5.4.3 Dakunits .................................. 73
5.4.4 Frontbox .................................. 74
5.4.5 Ondervloerkachels................... 74
6 Controle klimaatsysteem componenten 75
6.1 Algemeen................................................ 75
6.2 Service menu.......................................... 75
6.2.1 Componenten menu bediening75
6.2.2 Test menu inbedrijfname......... 87
2 Inhoudsopgave
3
Inleiding
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
1. Inleiding
Het Magiqair klimaatsysteem is voor autobussen een
revolutionair klimaatsysteem. Op de volgende gebieden
wijkt het systeem af van gebruikelijke klimaatsystemen.
Het systeem regelt de interieurtemperatuur volledig
automatisch en geeft de chauffeur de mogelijkheid
om kleine aanpassingen te doen in de instelling.
Het systeem controleert nauwkeurig de temperatuur
van de lucht die in het interieur geblazen wordt om
voor de passagiers een zo comfortabel mogelijke
temperatuursverandering te krijgen.
De bediening is gentegreerd in het geavanceerde
CAN-systeem.
De chauffeur kan de instellingen van het systeem
aanpassen met behulp van de knoppen op het stuur.
Alle airconditioning delen waarin koelmiddel zit zijn
gemonteerd in een unit: de Aquaclime-unit.
Door deze constructie is de hoeveelheid koelmiddel
in het systeem verminderd en is het onderhoud van
het systeem vereenvoudigd.
Een koelvloeistof circuit waarvan ook het
motorkoelsysteem deel uitmaakt zorgt voor de
temperatuurbeheersing. Bij koeling wordt de
koelvloeistof in temperatuur verlaagd door de
Aquaclime-unit. Bij verwarming verhoogt de motor de
koelvloeistoftemperatuur, of , indien onvoldoende,
verwarmt de voorverwarmer de koelvloeistof extra.
De airconditioning compressor wordt hydraulisch
aangedreven.
In deze handleiding wordt het systeem stap voor stap
beschreven.
M10001
Veiligheidsinstructies 4
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
2. Veiligheidsinstructies
2.1 Algemeen
Volg, wanneer U aan een BOVA bus werkt, altijd de
veiligheidsinstructies van het specifieke systeem.
Alleen monteurs getraind en gecertificeerd door
BOVA mogen aan BOVA producten werken.
Werk gedaan door niet geautoriseerde personen is
gevaarlijk en zal van invloed zijn op de garantie.
Gebruik altijd degelijk gereedschap en goedgekeurd
speciaal gereedschap.
Houd de werkplek zuiver.
Bewaak altijd de veiligheid van personen.
Schakel altijd de hoofdschakelaar uit en neem de
accuklemmen los als er aan gedeeltes van het
elektrische systeem wordt gewerkt.
Voorkom dat het voertuig kan gaan rollen.
2.2 Specifiek
Vermijd hete koelvloeistof.
Blijf op afstand van bewegende delen.
Het hydraulisch systeem werkt met erg hoge
drukken.
Reparaties aan de Aquaclime-unit mogen alleen
uitgevoerd worden door geautoriseerde BOVA
werkplaatsen of werkplaatsen geautoriseerd door
Thermoking.
5
Milieu-informatie
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
3. Milieu-informatie
3.1 Algemeen
Sla altijd acht op de plaatselijke milieu
regelgevingen.
3.2 Specifiek
Volg altijd de plaatselijke wetgevingen wanneer U
werkt met koelmiddel R134a.
Lees en volg altijd de aanwijzingen op de producten
die men gebruikt tijdens onderhoud of reiniging.
Verwijder het afval altijd volgens de plaatselijke
milieuregelgeving.
Verwijder koelvloeistof altijd volgens de plaatselijke
regelgeving.
Systeem beschrijving 6
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
4. Systeem beschrijving
4.1 Algemeen
Het voertuig is in 2 delen verdeeld:
De bestuurdersruimte
Het voorste deel en achterste deel van de
passagiersruimte.
De twee delen zijn geintegreerd in een systeem maar
worden afzonderlijk door KIBES (Kienzle Board
Electronic System) geregeld.
De bestuurdersruimte
De frontbox is de warmtewisselaar die de temperatuur in
de bestuurderruimte regelt. De software ontvangt de
buitentemperatuur en berekent de benodigde
uitblaastemperatuur om 23C in het interieur te
verkrijgen. Deze temperatuur kan met +5C en -5C
aangepast worden via het display. De temperatuur in de
bestuurderruimte is alleen afhankelijk van de
buitentemperatuur en de instellingen gedaan door de
bestuurder.
1 Frontbox 5 Voorverwarmer ruimte
2 Voorste ondervloerkachel 6 Rechter dakunit
3 Achterste ondervloerkachel 7 Linker dakunit
4 Aquaclime-unit
7
1
2
4
5
3
6
M10017
7
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
De passagiersruimte
De voorste ondervloerkachel en de achterste
ondervloerkachel zijn de warmtewisselaars die alleen
gebruikt worden voor verwarming. De dakunits zijn de
warmtewisselaars die zowel voor verwarmen als voor
koelen gebruikt worden.
De software gebruikt een algemene lucht
uitblaastemperatuur voor de passagiersruimte.
Standaard is deze uitblaastemperatuur 23C. De
bestuurder kan deze temperatuur wijzigen tussen 18C
en 28C. De bestuurder kan de lucht uitblaastemperatuur
in het achterste deel van de bus tijdens verwarmen
wijzigen met 2C van de algemene lucht
uitblaastemperatuur. De bestuurder kan de dakunits
lucht uitblaastemperatuur wijzigen met 2C van de
algemene lucht uitblaastemperatuur.
Systeem beschrijving 8
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
4.1.1 Leiding netwerk
Leidingdiameters
A Motor koelcircuit 4 Waterpomp vloercircuit
B Dakunit 5 Waterpomp dakcircuit
C Aquaclime-unit 6 Koelvloeistof temperatuursensor
D Achterste ondervloerkachel 7 Handkraan Aquaclime-unit retour
E Bestuurdersslaapplaats 8 Handkraan Aquaclime-unit toevoer
F Voorste ondervloerkachel 9 Elektro/water klep achterste ondervloerkachel
G Frontbox verwarming/koeling 10 Elektro/water klep bestuurdersslaapplaats
H Frontbox verwarming 11 Elektro/water klep voorste ondervloerkachel
J Voorverwarmer 12 Frontbox 3-weg elektro/water klep
13 Frontbox 2-weg elektro/water klep
1 Handkraan koelvloeistof toevoer 14 Dakunits 3-weg elektro/water klep
2 Elektro/water klep voorverwarmer 15 Handkraan koelvloeistof retour
3 Elektro/water klep Aquaclime-unit
35
M10007
35
35
35 35
35 35
35
28
28 28
28 28
22 22
22
22 18
18
22 22
22
22 15
15
11
9
10
3
2
12 13
14
4
5
7
8
1
15
6
9
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Het leiding netwerk van het Magiqair systeem bestaat uit
leidingen en slangen van verschillende diameters.
Frontbox
Markeer altijd de posities wanneer de leidingen van de
frontbox verwijderd worden. De frontbox heeft twee 22
mm leidingen en twee 18 mm leidingen. De 22 mm
leidingen kunnen aangesloten worden op de 18 mm
aansluitingen en andersom. Als dat gebeurt veroorzaakt
dat behoorlijke problemen omdat de verkeerde
warmtewisselaar wordt gebruikt.
Isolatie
Om te voorkomen dat de koelvloeistof opgewarmd of
afgekoeld wordt gedurende respectivelijk koelen of
verwarmen, is het leiding netwerk geisoleerd.
Vervang de isolatie indien deze beschadigd is om te
zorgen dat het Magiqair systeem zijn maximale
capaciteit haalt.

Het is erg belangrijk dat, wanneer
leidingen, slangen of componenten
vervangen worden, dezelfde diameters
worden gebruikt.
Wanneer daarvan afgeweken wordt
kan de koelvloeistof stroom negatief
beinvloed worden en het Magiqair
systeem zal niet meer naar behoren
functioneren.
Systeem beschrijving 10
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
4.1.2 Componenten
Aquaclime-unit
Alle delen die betrekking hebben op koelmiddel zitten in
de Aquaclime-unit. De Aquaclime-unit kan in 3 delen
opgesplitst worden: hydraulisch, koelvloeistof en
koelmiddel.
Hydraulisch
De compressor in de Aquaclime-unit wordt door de motor
aangedreven via een hydraulisch systeem. Daarom is er
een hydraulische motor gemonteerd in de Aquaclime-
unit. Er is een stikstof accumulator gemonteerd om
schommelingen in de aandrijving zo klein mogelijk te
houden. De hydraulische motor drijft de compressor aan
met behulp van een V-riem. Ten behoeve van deze
hydraulische motor lopen 3 slangen naar de Aquaclime-
unit: de toevoer slang, de retour slang en de by-pass
slang. De Aquaclime-unit is in werking wanneer de
hydraulische motor hydraulische vloeistof toegevoerd
krijgt. De Aquaclime-unit elektro/hydraulische klep,
welke elektrisch aangestuurd wordt door de hydraulische
regeleenheid, regelt de hydraulische vloeistof stroom
naar de hydraulische motor van de Aquaclime-unit.
KIBES stuurt een signaal naar de hydraulische
regeleenheid voor Aquaclime-unit werking.
Voor nadere uitleg over het hydraulische systeem, zie
het hoofdstuk Hydraulisch systeem in het werkplaats
handboek.
1 Verdamper 5 Toevoer slang hydraulische vloeistof
2 Retour slang hydraulische vloeistof 6 Stikstof accumulator
3 Condensor 7 Test aansluiting
4 By-pass slang hydraulische vloeistof 8 Ontluchtingsnippel
M10012
3
3
1
2
5
4
6
7
7
8
11
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Koelvloeistof
De koelvloeistof komt in de Aquaclime-unit via de
Aquaclime-unit toevoer handkraan. De koelvloeistof
wordt gekoeld door de verdamper en verlaat de
Aquaclime-unit via de Aquaclime-unit retour handkraan.
Beide handkranen bevinden zich in de voorverwarmer
ruimte.
Koelvloeistof stroom door de Aquaclime-unit is alleen
mogelijk wanneer de Aquaclime-unit elektro/water klep
geopend is.
Er is een ontluchtingsnippel (8) gemonteerd in de
voorzijde van de Aquaclime-unit om de unit te
ontluchten.
Koelmiddel
Het koelmiddel dat gebruikt wordt in de Aquaclime-unit is
R134a. Het systeem is een normaal air-conditioning
circuit met een compressor, condensor, droger,
thermostatische expansieventiel en een verdamper. De
hoge-, en lage druk aansluitingen (7) zitten aan de
voorzijde van de unit. Het systeem is voorzien van een
hoge druk, en lage druk sensor om schade aan de
componenten te voorkomen. De druk schakelaars
onderbreken het Aquaclime-unit stuur signaal van
KIBSES naar de hydraulische regeleenheid.
Onderhoud
De onderhoudsinterval hangt af van klimaat, werking en
bedrijfsomstandigheden. Om verzekerd te zijn van een
goede werking van het Magiqair systeem is het
belangrijk om het systeem minimaal een maal per maand
minimaal 10 minuten te laten draaien. Indien het
winterscherm geplaatst is kun je het systeem laten
werken door de roosterklep te openen.
Om verzekert te zijn van een goede werking van de
Aquaclime-unit moeten de twee condensors
regelmatig gecontroleerd worden op vervuiling.
Wanneer de lucht niet goed door de condensors kan
stromen kunnen deze condensors hun warmte niet
kwijt, en zal daardoor de capaciteit van het Magiqair
systeem afnemen, dus is het erg belangrijk dat de
condensors, afhankelijk van klimaat, werking en
bedrijfsomstandigheden, regelmatig gereinigd
worden.
Het is erg belangrijk dat alle panelen van de
luchtkanalen naar de Aquaclime-unit goed
gemonteerd zijn om te voorkomen dat lucht die
opgewarmd is (door bijvoorbeeld de motor) gebruikt
wordt om de Aquaclime-unit te koelen.
Controleer de aandrijfriem op staat en correcte
voorspanning.
Controleer het olieniveau van de compressor
minimaal 1 maal per jaar en vul bij indien nodig.
De stikstof accumulator van het hydraulisch systeem
moet elke 5 jaar op druk afgevuld worden.
Ontlucht de Aquaclime-unit wanneer aan het
Magiqair systeem gewerkt is.
Systeem beschrijving 12
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Voorverwarmer ruimte
A Magiqair toevoer 1 Koelvloeistoftemperatuursensor voorverwarmer
B Aquaclime-unit toevoer 2 Voorverwarmer elektro/water klep
C Aquaclime-unit retour 3 Aquaclime-unit elektro/water klep
D Vloercircuit 4 Waterpomp vloercircuit
E Magiqair retour 5 Waterpomp dakcircuit
F Dakunits toevoer 6 Koelvloeistoftemperatuursensor
G Dakunits retour 7 Handkraan Aquaclime-unit retour
J Voorverwarmer 8 Handkraan Aquaclime-unit toevoer
10 Temperatuursensor voorverwarmerruimte
11 Brandstoftoevoerkraan voorverwarmer
12 Brandstoffilter voorverwarmer
13 Elektrobox
14 3-weg elektro/water klep dakunits
M10011
9
3
2
14
4
5
7
8
6
J
8
7
14
3
2
5 4
6
A
B
C
D
E
F
1
13
10
11
12
G
13
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
De voorverwarmerruimte kan gezien worden als het hart
van het Magiqair systeem. In deze ruimte zijn de
volgende componenten gemonteerd:
De voorverwarmer (J) voor extra verwarming van de
koelvloeistof. De voorverwarmer gebruikt diesel
welke komt uit de normale brandstoftanks. De
brandstof wordt gefilterd en ontbrandt in de
voorverwarmer. De waterpomp van het vloercircuit
(4) is meteen aan de voorverwarmer aangesloten om
er zeker van te zijn dat er een koelvloeistofstroom is
wanneer de voorverwarmer in bedrijf is. De
temperatuursensor van de voorverwarmer (1) wordt
gebruikt om verzekerd te zijn van de juiste
temperatuur.
De handkraan van de Aquaclime-unit toevoer (8) en
de handkraan van de Aquaclime-unit retour (7)
worden gebruikt om het verlies van koelvloeistof te
beperken wanneer de Aqua-clime unit vervangen
moet worden.
De 3-weg elektro/water klep van de dakunits (14)
regelt de stroom van verse koelvloeistof naar het
dakcircuit door de hoeveelheid koelvloeistof die uit
de dakunits stroomt te wijzigen. Dezelfde
hoeveelheid koelvloeistof die uit het dakcircuit
stroomt wordt toegevoegd aan het dakcircuit, dus
door de hoeveelheid die uitstroomt te wijzigen wordt
de hoeveelheid die instroomt geregeld. Deze klep
zorgt er tevens voor dat er geen koude koelvloeistof
naar de motor stroomt wanneer het systeem van
koelen naar verwarmen verandert. In dat geval zal de
klep naar complete recirculatie van de koelvloeistof
gaan, en dus gaat er geen koude koelvloeistof uit het
dakcircuit. Waarna gedurende een zekere tijd
(ongeveer 3 min.) de klep langzaam opent.
De elektro/water klep (2) van de voorverwarmer
opent wanneer het systeem aan het verwarmen is,
en laat koelvloeistof van de motor in het systeem. De
Aquaclime-unit elektro/water klep (3) opent wanneer
het systeem aan het koelen is. Er kan slechts een
van de twee kleppen op dezelfde tijd open zijn,
anders kan koude koelvloeistof terugstromen naar
de motor. Wanneer geschakeld wordt van heet naar
koud, of van koud naar heet, sluit eerst de klep die
open was, en na 20 seconden opent de andere klep.
De waterpomp van het vloercircuit (4) is aangesloten
op de voorverwarmer. Als deze pomp geactiveerd
moet worden stuurt KIBES een signaal naar de
voorverwarmer om de pomp in te schakelen. De
waterpomp van het dakcircuit (5) wordt rechtstreeks
aangestuurd door KIBES. De waterpompen mogen
nooit lopen zonder koelvloeistof, want dat
veroorzaakt schade aan de pompen.
De koelvloeistof temperatuursensor (6) wordt
gebruikt als een input voor KIBES. De koelvloeistof
temperatuur wordt gebruikt om de openingstijden en
posities van de elektro/water kleppen van de
warmtewisselaars te berekenen.
De temperatuursensor (10) van de
voorverwarmerruimte wordt gebruikt om
oververhitting van het compartiment te detecteren.
De bestuurder ontvangt een
veiligheidswaarschuwing op het display dat de
temperatuur van de voorverwarmerruimte te hoog is.
De brandstof toevoer handkraan van de
voorverwarmer (11) wordt gebruikt om de
brandstoftoevoer af te sluiten in geval van onderhoud
aan de voorverwarmer.
Het brandstoffilter (12) van de voorverwarmer filtert
de diesel naar de voorverwarmer. Het filter is een los
element in een behuizing. Het brandstoffilter moet
elk jaar vervangen worden. Vervang ook de
afdichtring.

Markeer altijd de positie wanneer
componenten van de voorverwarmer
verwijderd worden om te voorkomen
dat de nieuwe componenten op de
verkeerde manier gemonteerd worden.
Systeem beschrijving 14
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Frontbox
De frontbox heeft twee warmtewisselaars: een voor alleen
verwarmen en een voor verwarmen en koelen. De
warmtewisselaar voor verwarmen en koelen is voorzien van
een stoffilter (2). Dit is noodzakelijk omdat de warmtewisselaar
vochtig kan worden door het koele water dat er door stroomt.
Wanneer stoffige lucht door de warmtewisselaar stroomt zal
het stof aan de warmtewisselaar hechten. Dit veroorzaakt een
verontreinigde warmtewisselaar. Het is dus erg belangrijk om
een stoffilter te plaatsen. Het stoffilter is te bereiken door het
luik in de vloer van de bestuurderruimte. Het filter moet elke
10.000 km/elke maand gecontroleerd worden.
Er is een luchtklep (1) gemonteerd om de luchtstroom te
wijzigen van de voeten naar de voorruit. De klep kan
bediend worden met het display menu. Wanneer de
ontwasemknop op het dashboard wordt ingedrukt zal de
klep naar de voorruit positie gaan.
Er is een smogklep (3) gemonteerd om de hoeveelheid
gerecirculeerde lucht te regelen. De verse lucht komt vanuit de
ruimte van het reservewiel. De gerecirculeerde lucht stroomt
door een rooster in de trap. Wanneer de smogklep schakelaar
op het dashboard ingedrukt wordt gaat de klep naar volledige
recirculatie (90%). Om verzekerd te zijn van een goede
luchtkwaliteit duurt deze recirculatie maximaal 10 minuten.
De luchtuitblaas temperatuursensor die gebruikt wordt om de
positie van de elektro/water kleppen te regelen bevindt zich
voor de hostessstoel in het luchtkanaal naar de voorruit.
1 Luchtklep 5 Retour verwarmen
2 Stoffilter 6 Retour verwarmen/koelen
3 Smogklep 7 Toevoer verwarmen/koelen
4 Toevoer verwarmen
M10013
3
1
2
4
5
6
7
15
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Voorste ondervloerkachel
De voorste ondervloerkachel wordt alleen gebruikt voor
verwarmen en bevindt zich in het midden van het voorste
gedeelte van de bagageruimte boven de voorste as. De
elektro/water klep is aan de linkerzijde gemonteerd.
De ondervloerkachel gebruikt alleen gerecirculeerde
lucht uit de bagageruimte. Van de bagageruimte is er
een open verbinding naar de passagiersruimte via het
rooster in de middengang. De lucht stroomt vanaf de
bagageruimte via de ondervloerkachel door de
luchtkanalen in de verwarmingskanalen. Via de
verwarmingskanalen wordt de lucht verspreid in het
interieur van de bus.
De luchtuitblaas temperatuursensor welke gebruikt
wordt om de positie van de elektro/water klep te regelen
bevindt zich in het luchtkanaal aan de linkerzijde van de
bus zo ver mogelijk links.
Markeer altijd de positie wanneer leidingen van de
ondervloerkachel verwijderd worden om te voorkomen
dat de leidingen naderhand verkeerd geinstalleerd
worden.
1 Ventilator 3 Toevoer
2 Retour
1
M10014
2
3
Systeem beschrijving 16
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Achterste ondervloerkachel
De achterste ondervloerkachel wordt alleen gebruikt
voor verwarmen en bevindt zich achter de
chauffeursslaapplaats boven de achteras. De elektro/
water klep is gemonteerd achter de wielkuip van het
linker achterwiel.
De ondervloerkachel gebruikt alleen gerecirculeerde
lucht van de luchtroosters in het gangpad. De lucht
stroomt vanaf de luchtroosters in de
bestuurdersslaapruimte via de ondervloerkachel door de
luchtkanalen in de verwarmingskanalen. Via de
verwarmingskanalen wordt de lucht verspreid in het
interieur van de bus.
De luchtuitblaas temperatuursensor welke gebruikt
wordt om de positie van de elektro/water klep te regelen
bevindt zich in het luchtkanaal aan de rechterzijde van de
bus zo ver mogelijk rechts.
Markeer altijd de positie wanneer leidingen van de
ondervloerkachel verwijderd worden om te voorkomen
dat de leidingen naderhand verkeerd geinstalleerd
worden.
1 Ventilator 3 Retour
2 Toevoer
1
M10015
2
3
17
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Dakunits
De dakunits worden gebruikt voor verwarmen en koelen.
Daarom is de warmtewisselaar (2) voorzien van een
stoffilter (4). Dit is noodzakelijk omdat de
warmtewisselaar vochtig kan worden door het koele
water dat er door stroomt. Wanneer stoffige lucht door de
warmtewisselaar stroomt zal het stof aan de
warmtewisselaar hechten. Dit veroorzaakt een
verontreinigde warmtewisselaar. Het is dus erg
belangrijk om een stoffilter te plaatsen. Het filter moet
elke 10.000 km/elke maand gecontroleerd worden.
Om te voorkomen dat takken, bladeren en water in de
dakunits komt zijn de dakunits voorzien van een groffilter
(7). Het groffilter dient regelmatig gereinigd te worden.
De smogklep (3) is gemonteerd om de hoeveelheid
gerecirculeerde lucht te regelen. De gerecirculeerde
lucht stroomt van het achterste deel van het interieur
door een rooster naar de dakunits. Wanneer de
smogklep schakelaar op het dashboard ingedrukt wordt
gaat de klep naar volledige recirculatie (90%). Om
verzekert te zijn van een goede luchtkwaliteit duurt dit
slechts 10 minuten.
1 Ventilator 5 Retour
2 Warmtewisselaar 6 Toevoer
3 Smogklep 7 Groffilter
4 Stoffilter
1
2
M10016
3
4
6
5
7
Systeem beschrijving 18
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Wanneer eerder een bepaalde temperatuur bereikt moet
worden door gebruik te maken van een mix van
gerecirculeerde en verse lucht, wordt de smogklep ook
gebruikt. In dat geval gaat de smogklep naar
gedeeltelijke recirculatie.
Elke dakunit heeft 3 ventilators (1) om de lucht te
verplaatsen. Van de dakunits stroomt de lucht in de AVS
(Air Ventilation System) kanalen. Van het AVS kanaal
wordt de lucht verplaatst in de bus door de luchtroosters
in de PSU (Persoonlijke Service Units) en de verlichte
bagagerek handgrepen. Om te voorkomen dat er te
weinig capaciteit is in de voorzijde van de bus zijn de
PSU's achter het achterste dakluik voorzien van een
aluminium afdekking boven de roosters. Vanwege
dezelfde reden laat de bagagerekhandgreep, achter het
achterste dakluik, alleen lucht uitstromen naar de
voorzijde van de bus.
De luchtuitblaas temperatuursensor welke wordt
gebruikt om de positie van de elektro/water klep te
regelen bevindt zich in het rechter AVS kanaal in de
buurt van het achterste dakluik.
Om het water, dat zich in het dakluik bevindt, zoals
condenswater en regenwater, af te voeren is er een
afvoerpijp die via de bovenzijde van de bagagerekken
naar de voorzijde van de bus loopt en bij de voorste
rolbeugel gaat de afvoerpijp naar de onderzijde van de
bus.
19
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Elektro/water kleppen
De diverse elektro/water kleppen die in het Magiqair
systeem gebruikt worden, worden geregeld door KIBES.
KIBES ontvangt de buitentemperatuur,
binnentermperatuur en de luchtuitblaas temperatuur en
berekent de positie van de overeenkomstige elektro/
water klep. De elektro/water kleppen bevinden zich:
9 Elektro/water klep achterste ondervloerkachel
De elektro/water klep van de achterste ondervloerkachel
bevindt zich achter de wielkuip van het linker achterwiel.
Je moet het wielscherm en de wielkuip verwijderen om
toegang te krijgen tot de elektro/water klep.
10 Elektro/water klep bestuurdersslaapplaats (Optie)
De elektro/water klep van de bestuurdersslaapplaats
bevindt zich achter de bestuurdersslaapplaats aan de
linkerzijde van de bus.
11 Elektro/water klep voorste ondervloerkachel
De elektro/water klep van de voorste ondervloer kachel
bevindt zich in de voorzijde van de bagageruimte in de
buurt van de ondervloerkachel.
12 Frontbox 3-weg elektro/water klep
De frontbox elektro/water klep bevindt zich aan de linker
onderzijde van de frontbox boven het reservewiel.
13 Frontbox 2-weg elektro/water klep
De frontbox elektro/water klep bevindt zich aan de linker
bovenzijde van de frontbox boven het reservewiel.
9 Elektro/water klep achterste ondervloerkachel 12 Frontbox 3-weg elektro/water klep
10 Elektro/water klep bestuurdersslaapplaats 13 Frontbox 2-weg elektro/water klep
11 Elektro/water klep voorste ondervloerkachel
13
M10008
11
9
10 12 13
9 11
10
12
Systeem beschrijving 20
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Handkranen koelvloeistof toevoer en retour
Om het Magiqair circuit los te koppelen van het koel
circuit van de motor kun je de koelvloeistof toevoer
handkraan (1) en koelvloeistof retour handkraan (15)
sluiten.
In geval van een lekkage in het Magiqair systeem:
Sluit de koelvloeistof toevoer handkraan (1) en
koelvloeistof retour handkraan (15) en na het controleren
van het koelvloeistof niveau kan normaal met de bus
gereden worden.
De koelvloeistof toevoer handkraan (1) bevindt zich
boven de brandstofpomp aan de rechterzijde van de
motor bij euro II motoren en aan de achterzijde van de
motor bij euro III motoren.
De koelvloeistof retour handkraan (15) bevindt zich aan
de onderzijde van de bus aan de linkerzijde van de motor
voor zowel euro II als euro III motoren.
1a Koelvloeistof toevoer handkraan euro II motor 1b Koelvloeistof toevoer handkraan euro III motor
15 Koelvloeistof retour handkraan euro II motor
14
5
1
15
M10009
15
1a (euro II)
1b (euro III)
21
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
4.1.3 Temperatuurregeling
De koelvloeistof die het circuit binnengaat is oftewel
warm of koud. De warmteoverdracht wordt geregeld door
de elektro/water kleppen. Voor het dakcircuit en het
vloercircuit verschillen de manieren van
temperatuurregeling.
Vloercircuit
Elke warmtewisselaar heeft zijn eigen elektro/water klep.
Deze kleppen zijn voorzien van een positiesensor (1). De
positiesensor wordt niet gebruikt voor
temperatuurregeling maar alleen voor diagnose. De
warmteoverdracht wordt geregeld door verandering van
de hoeveelheid vloeistof die door de warmtewisselaar
stroomt. Wanneer een elektro/water klep minder
geopend is kan er minder koelvloeistof door de
warmtewisselaar stromen dus wordt er minder warmte
overgedragen aan de lucht die door de warmtewisselaar
stroomt. De luchtuitblaastemperatuur van een
warmtewisselaar wordt gemeten en vergeleken met de
berekende waarde in de software. Wanneer de
luchtuitblaastemperatuur veranderd moet worden, zal de
positie van de elektro/water klep veranderen. Wanneer
de correctie erg hoog is zal de klep constant geopend
zijn totdat de correcte temperatuur bereikt is. Indien de
correctie klein is zal de klep langzaam openen met 20ms
pulsen totdat de correcte temperatuur bereikt is.
Dakcircuit
De dakunits 3-weg elektro/water klep laat altijd
koelvloeistof door het dakcircuit stromen. De klep regelt
de mix van koude en gerecirculeerde koelvloeistof door
de dakunits. Dit wordt geregeld door meer of minder
koelvloeistof terug naar de motor te laten stromen.
Dezelfde hoeveelheid die terugstroomt naar de motor
moet aan het dakcircuit toegevoegd worden. Wanneer
de 3-weg elektro/water klep volledig geopend is stroomt
alleen koude koelvloeistof het dakcircuit binnen.
Wanneer de klep volledig gesloten is zal alle
koelvloeistof in het dakcircuit blijven. De
warmteoverdracht in de dakunits wordt verzorgt door
verandering van de temperatuur van de koelvloeistof, en
niet zoals in het vloercircuit, door verandering van de
koelvloeistofstroom door de warmtewisselaar. De
luchtuitblaastemperatuur van dakunits wordt gemeten en
1 Positiesensor 3 Stelmotor
2 Temperatuursensor
M10019
3
2
1
Systeem beschrijving 22
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
vergeleken met de berekende waarde in de software.
Wanneer de luchtuitblaastemperatuur veranderd moet
worden, zal de positie van de elektro/water klep
veranderen. Wanneer de correctie erg hoog is zal de
klep constant geopend zijn totdat de correcte
temperatuur bereikt is. Indien de correctie klein is zal de
klep langzaam openen met 20ms pulsen totdat de
correcte temperatuur bereikt is.
Recirculatie
De dakunits en de frontbox hebben smogkleppen om de
verhouding tussen verse en gerecirculeerde lucht te
regelen. De smogkleppen zijn ook voorzien van een
positiesensor. De positiesensors worden gebruikt om de
positie van de kleppen te regelen.
In het dakcircuit worden deze kleppen ook gebruikt om
de luchtuitblaas temperatuur van de warmtewisselaars te
regelen. Door menging van de gerecirculeerde lucht met
de verse lucht is het mogelijk om een bepaalde
interieurtemperatuur sneller te bereiken. Dit mengen
wordt automatisch geregeld.
23
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
4.1.4 Temperatuursensoren
Frontbox
De luchtuitblaas temperatuursensor (1) die gebruikt
wordt om de positie van de elektro/water kleppen te
regelen bevindt zich voor de hostessstoel in het
luchtkanaal naar de voorruit.
Dakunits
De luchtuitblaas temperatuursensor (2) welke wordt
gebruikt om de positie van de elektro/water klep te
regelen bevindt zich in het rechter AVS kanaal in de
buurt van het achterste dakluik.
Interieurtemperatuur
De interieurtemperatuur wordt met twee
temperatuursensoren gemeten: een voor het voorste
deel van de passagiersruimte en een voor het achterste
gedeelte. KIBES neemt het gemiddelde van deze twee
waarden als de waarde voor de interieurtemperatuur.
De voorste interieurtemperatuursensor (6) bevindt zich
achter het linker gangpadrooster boven de vooras. De
temperatuursensor is gecombineerd met een ventilator
om ervoor te zorgen dat de luchtstroom langs de
temperatuursensor loopt.
De achterste interieurtemperatuursensor (3) voor het
achterste deel bevindt zich achter het linker
recirculatierooster in het dak.
1 Frontbox luchtuitblaas temperatuursensor 5 Voorste ondervloerkachel
uitblaastemperatuursensor
2 Dakunits luchtuitblaas temperatuursensor 6 Voorste interieurtemperatuursensor
3 Achterste interieurtemperatuursensor 7 Buitentemperatuursensor
4 Achterste ondervloerkachel
uitblaastemperatuursensor
M10010
1
6
5
2 3
4
7
Systeem beschrijving 24
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Achterste ondervloerkachel
De luchtuitblaas temperatuursensor (4) welke gebruikt
wordt om de positie van de elektro/water klep te regelen
bevindt zich in het luchtkanaal aan de rechterzijde van de
bus zo ver mogelijk rechts.
Voorste ondervloerkachel
De luchtuitblaas temperatuursensor (5) welke gebruikt
wordt om de positie van de elektro/water klep te regelen
bevindt zich in het luchtkanaal aan de linkerzijde van de
bus zo ver mogelijk links.
Buitentemperatuur
De buitentemperatuursensor (7) welke gebruikt wordt om
de luchtuitblaastemperatuur en de positie van de
smogkleppen in de dakunits te regelen is aan de
voorzijde van de accus gemonteerd.
25
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
4.1.5 Koelvloeistof stroom
Basis stroomcircuit
A Motor koelcircuit 4 Waterpomp vloercircuit
B Dakunit 5 Waterpomp dakcircuit
C Aquaclime-unit 6 Koelvloeistof temperatuursensor
D Achterste ondervloerkachel 7 Handkraan Aquaclime-unit retour
E Bestuurdersslaapplaats 8 Handkraan Aquaclime-unit toevoer
F Voorste ondervloerkachel 9 Elektro/water klep achterste ondervloerkachel
G Frontbox verwarming/koeling 10 Elektro/water klep bestuurdersslaapplaats
H Frontbox verwarming 11 Elektro/water klep voorste ondervloerkachel
J Voorverwarmer 12 Frontbox 3-weg elektro/water klep
13 Frontbox 2-weg elektro/water klep
1 Handkraan koelvloeistof toevoer 14 Dakunits 3-weg elektro/water klep
2 Elektro/water klep voorverwarmer 15 Handkraan koelvloeistof retour
3 Elektro/water klep Aquaclime-unit
M10018
11
9
10
3
2
12 13
14
4
5
7
8
1
15
6
Systeem beschrijving 26
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Het Magiqair systeem is aangesloten op het
motorkoelcircuit met een toevoer handkraan (1) en een
retour handkraan (15). Het systeem kan losgekoppeld
worden door de twee handkranen te sluiten.
Het systeem is onderverdeeld in twee circuits:
Een circuit via de frontbox 2-weg elektro/water klep
welke voornamelijk gebruikt wordt voor het
ontwasemen van de voorruit.
Een klimaat circuit waar koelvloeistof circuleerd
welke komt van de motor of van de Aquaclime-unit
(C) in om de bus te verwarmen of te koelen.
Het klimaat circuit, dat in feite de temperatuur in de bus
regelt, kan onderverdeeld worden in verschillende
stromen.
Koelen
Koelen stabiel
Verwarmen
Voorverwarmen
27
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Koelen
Het koelen wordt geregeld door KIBES. Tijdens koeling
is de elektro/water klep van de voorverwarmer (2)
gesloten. Dit voorkomt dat hete koelvloeistof in het
systeem stroomt en dat er koude koelvloeistof terug naar
de motor stroomt.
De Aquaclime-unit elektro/water klep (3) is geopend. De
koelvloeistof stroomt door de Aquaclime-unit via de
Aquaclime-unit retour handkraan (7) naar de waterpomp
(4) van het vloercircuit. Na de waterpomp van het
vloercircuit wordt de temperatuur gemeten door de
koelvloeistof temperatuursensor (6). Vanaf dit punt kan
de koelvloeistof naar de frontbox of naar de dakunits
stromen. Afhankelijk van de hoeveelheid koeling zullen
de dakunits 3-weg elektro/water klep (14) en de 3-weg
elektro/water klep van de frontbox (12) schakelen tussen
koelen en recirculeren. De koelvloeistof stroomt terug
naar de Aquaclime-unit via de Aquaclime-unit toevoer
handkraan (8).
Indien de optie bestuurdersslaapplaats airco
gemonteerd is kan de koelvloeistof ook door de airco unit
van de bestuurdersslaapplaats stromen.
A Motor koelcircuit F Voorste ondervloerkachel
B Dakunit G Frontbox verwarming/koeling
C Aquaclime-unit H Frontbox verwarming
D Achterste ondervloerkachel J Voorverwarmer
E Bestuurdersslaapplaats
M10003
11
9
10
3
2
12 13
14
4
5
7
8
1
15
6
Systeem beschrijving 28
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Koelen stabiel
De situatie koelen stabiel is om een lage temperatuur te
handhaven en wordt geregeld door KIBES.
Wanneer de interieurtemperatuur niet verder gekoeld hoeft
te worden zorgt de dakunits 3-weg elektro/water klep (14) dat
de koelvloeistof van de dakunits alleen recirculeerd en de
frontbox 3-weg elektro/water klep (12) zal de koelvloeistof
terugleiden naar de Aquaclime-unit zonder door de frontbox
te gaan. Indien nodig is koelen meteen beschikbaar.
Indien nodig kan de bestuurder altijd koude lucht krijgen. In
dat geval opent de frontbox 3-weg elektro/water klep (12)
om koelvloeistof door de warmtewisselaar te laten stromen.
Schakelen tussen koelen en verwarmen
Wanneer geschakeld wordt van koelen naar verwarmen
verandert de positie van een aantal kleppen:
De elektro/water klep (3) van de aquaclime-unit sluit.
De 3-weg elektro/water klep (14) van de dakunits
gaat naar de complete recirculatie positie.
De frontbox 3-weg elektro/water klep (12) is gesloten
en blijft 60 seconden gesloten.
De elektro/water klep (2) van de voorverwarmer
opent na ongeveer 20 seconden.
Binnen ongeveer 3 minuten zal de 3-weg elektro/water klep
(14) van de dakunits langzaam openen om te voorkomen
dat koude koelvloeistof naar de motor stroomt.
A Motor koelcircuit F Voorste ondervloerkachel
B Dakunit G Frontbox verwarming/koeling
C Aquaclime-unit H Frontbox verwarming
D Achterste ondervloerkachel J Voorverwarmer
E Bestuurdersslaapplaats
M10004
11
9
10
3
2
12 13
14
4
5
7
8
1
15
6
29
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Verwarmen
Bij verwarmen vormt het Magiqair systeem een circuit
met het motor koelcircuit. De koelvloeistof die door de
motor stroomt kan extra verwarmd worden door de
voorverwarmer en wordt gebruikt voor het verwarmen
van de bus en stroomt dan terug naar de motor.
Bij verwarmen zijn er 2 mogelijke circuits:
1. Vanaf de motor via de 3-weg elektro/waterklep (13)
van de frontbox door de warmtewisselaar verwarmen
van de frontbox terug naar de motor. Dit circuit wordt
gebruikt wanneer de ontwasem functie geactiveerd
wordt en voor het verwarmen van de
bestuurdersruimte als de buitentemperatuur hoger is
dan 10C. (Wanneer de andere warmtewisselaar in
de frontbox wordt gebruikt voor koelen en naderhand
voor verwarmen zal het condens op de
warmtewisselaar plotseling verdampen; dit
veroorzaakt onmiddellijk beslaan van de voorruit dus
is er een apparte warmtewisselaar om deze situatie
te voorkomen.)
2. Vanaf de motor door de voorverwarmer, waar de
koelvloeistof extra verwarmd wordt wanneer de
buitentemperatuur onder 8,5C is, via de
voorverwarmer elektro/water klep (2), door de
waterpomp (4) van het vloercircuit. Na de waterpomp
van het vloercircuit wordt de temperatuur gemeten
A Motor koelcircuit F Voorste ondervloerkachel
B Dakunit G Frontbox verwarming/koeling
C Aquaclime-unit H Frontbox verwarming
D Achterste ondervloerkachel J Voorverwarmer
E Bestuurdersslaapplaats
M10002
11
9
10
3
2
12 13
14
4
5
7
8
1
15
6
Systeem beschrijving 30
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
door de koelvloeistof temperatuursensor (6). Vanaf
dit punt kan de koelvloeistof door alle
warmtewisselaars stromen afhankelijk van de positie
van hun elektro/water klep. Na de warmtewisselaars
stroomt de koelvloeistof terug naar de motor door
een slang.
31
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Ontwasemen
Tijdens koelen of verwarmen is er altijd de mogelijkheid
om de voorruit te ontwasemen.
Wanneer de ontwasem schakelaar op het
dashboard bediend wordt zijn er twee
mogelijke situaties:
Ontwasemen door de 3-weg elektro/water klep (12)
van de frontbox in geval van verwarmen of koelen.
Ontwasemen door de 2-weg elektro/water klep (13)
in geval van koelen om een constante lucht
uitblaastemperatuur te houden.
Warme lucht blaast tegen de voorruit en zal de voorruit
ontwasemen.
De ontwasem schakelaar kan ook gebruikt worden om
de voorruit te ontdooien wanneer de koelvloeistof
voorverwarmd is door de voorverwarmer.
De ideale ontwasem situatie is wanneer de Aquaclime-
unit in bedrijf is, waardoor de uitblaaslucht ontvochtigd is.
A Motor koelcircuit F Voorste ondervloerkachel
B Dakunit G Frontbox verwarming/koeling
C Aquaclime-unit H Frontbox verwarming
D Achterste ondervloerkachel J Voorverwarmer
E Bestuurdersslaapplaats
M10005
11
9
10
3
2
12 13
14
4
5
7
8
1
15
6
Systeem beschrijving 32
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Voorverwarmen
Tijdens voorverwarmen is de hoofdtaak van de
voorverwarmer het verwarmen van de motor en een
extra taak is om de koelvloeistof extra op te warmen als
de buitentemperatuur lager is dan 8,5C.
De voorverwarmer kan bediend worden door het
bedienen of programmeren van de timer van de
voorverwarmer. De timer van de voorverwarmer is zo
geschakeld dat hij alleen werkt wanneer KIBES
uitgeschakeld is (hoofdschakelaar is uitgeschakeld).
De timer van de voorverwarmer stuurt een signaal naar
een timer relais welke de Aquaclime-unit elektro/water
klep (3) volledig sluit en de voorverwarmer elektro/water
(2) volledig opent. De frontbox 3-weg elektro/water klep
(12) is in een position zodat er altijd een warme
koelvloeistof stroom is vanaf de voorverwarmer via de
frontbox naar de motor.
Afhankelijk van de positie van de andere kleppen (9; 10;
11 en 14), wanneer KIBES uitgeschakeld wordt (de
contactschakelaar), is er ook een warme koelvloeistof
stroom via de ondervloerkachels en de dakunits wanneer
de motor opgewarmd wordt.
Deze kleppen houden de positie die ze hadden toen
KIBES uitgeschakeld werd.
A Motor koelcircuit F Voorste ondervloerkachel
B Dakunit G Frontbox verwarming/koeling
C Aquaclime-unit H Frontbox verwarming
D Achterste ondervloerkachel J Voorverwarmer
E Bestuurdersslaapplaats
M10006
11
9
10
3
2
12 13
14
4
5
7
8
1
15
6
33
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Motor koelcircuit
Het motorkoelcircuit voor de Euro II en Euro III motoren
is hetzelfde.
A Motor koud E Motor
B Motor opwarmen CR Koelvloeistofreservoir
C Motor warm F Koelvloeistoffilter
O Oliekoeler
R Retarder
RA Radiateur
T Thermostaat
M10077
A B C

De plaats van de aansluiting van het
klimaat circuit in relatie tot de retarder
is erg belangrijk
Systeem beschrijving 34
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
4.2 Elektrische schemas
Elektrisch schema deel 1
De elektrische schemas voor het Magiqair systeem zijn
verdeeld in 7 verschillende schemas die allemaal samen
de bediening en regeling van het Magiqair systeem
afdekken.
Elektisch schema deel 1 gaat over de frontbox
elektro/water kleppen en de smogklep.
Het softwareprogramma dat het Magiqair systeem regelt
is opgeslagen in de CPU (Central Processor Unit). De
bestuurder kan commandos geven via de FAP (Fahrer
Arbeits Platz) aan de CPU. De FAP bestaat uit een
display met processing unit (D-MUX) en 8 knoppen op
het stuur.
De commandos worden via de D-MUX naar de CPU
gestuurd. De CPU communiceerd via CAN (Controller
Area Network) lijnen met de betreffende knooppunten.
Elk knooppunt ontvangt en stuurt signalen van en naar
de CPU via CAN lijnen. In de knooppunten worden de
CAN signalen omgevormd naar analoge en digitale
signalen en vice-versa. Elk knooppunt is verbonden met
sensoren en actuatoren. Bij een commando van de CPU
kan het knooppunt de actuator activeren. De CPU
baseert het commando op sensorinformatie en de
software die geprogrammeerd is in de CPU.
De CPU, knooppunt 1.1 and knooppunt 1.2 bevinden zich
in de voorste elektrobox. Knooppunt 2.1, knooppunt 2.2 en
knooppunt 2.3 bevinden zich in de achterste elektrobox.
1 Frontbox 2-weg elektro/water klep 4 Frontbox 3-weg elektro/water klep
positiesensor
2 Frontbox 2-weg elektro/water klep
positiesensor
5 Frontbox smogklep
3 Frontbox 3-weg elektro/water klep 6 Frontbox smogklep positiesensor
M10078
242011_0_1
35
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Elektrisch schema deel 2
Elektrisch schema deel 2 zorgt voor regeling van de
elektro/waterklep en de dakcircuit waterpomp van de
dakunits. De input voor het regelen van de dakunits komt
van de uitblaastemperatuursensor in combinatie met de
software welke geprogrammeerd is in de CPU.
De ventilatoren van de dakunits ontvangen een PWM
signaal. PWM (Pulse Width Modulation) betekend dat de
motoren lopen met een via pulsen. Het PWM signaal kan
varieren tussen 0 en 100% wat correspondeerd met een
snelheid tussen 0 en 100%.
1 PWM signaal 5 3-weg elektro/waterklep dakunits
2 Linker dakunit 6 Positiesensor 3-weg elektro/waterklep dakunits
3 Rechter dakunit 7 Waterpomp dakcircuit
4 Uitblaastemperatuursensor dakunits
M10079
242011_0_2
Systeem beschrijving 36
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Elektrisch schema deel 3
Elektrisch schema deel 3 zorgt voor regeling van de
ondervloerkachels. De input voor de regeling van de
ondervloerkachels komt van de
uitblaastemperatuursensoren in combinatie met de
interieurtemperatuursensoren, de
buitentemperatuursensor, de koelvloeistof
temperatuursensor en de software in de CPU.
1 Voorste interieurtemperatuursensor 7 Elektro/waterklep achterste ondervloerkachel
2 Ventilator voorste ondervloerkachel 8 Positiesensor elektro/waterklep achterste
ondervloerkachel
3 Uitblaastemperatuursensor voorste
ondervloerkachel
9 Achterste interieurtemperatuursensor
4 Elektro/waterklep voorste ondervloerkachel 10 Buitenluchttemperatuursensor
5 Positiesensor elektro/waterklep voorste
ondervloerkachel
11 Koelvloeistoftemperatuursensor
6 Uitblaastemperatuursensor achterste
ondervloerkachel
M10080
242011_0_3
37
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Elektrisch schema deel 4
Elektrisch schema deel 4 zorgt voor regeling van de
Aquaclime-unit en de regeling van de smogkleppen van
de dakunits.
De input voor de regeling van de Aquaclime-unit komt
van de hoge druk-, en lage druk schakelaars, de
hydraulische regeleenheid en het winterscherm in
combinatie met de software in de CPU.
De input voor de regeling van de smogkleppen komt van
de smogklep schakelaar, de linker en rechter dakunits
positiesensor in combinatie met de software in de CPU.
1 Achterste ondervloerkachel 7 Smogklep schakelaar
2 Lage druk schakelaar 8 Smogklep linker dakunit
3 Hoge druk schakelaar 9 Linker dakunit smogklep positiesensor
4 Pull-down weerstand 10 Smogklep rechter dakunit
5 Regeleenheid hydrauliek 11 Rechter dakunit smogklep positiesensor
6 Winterscherm (optie)
M10081
242011_0_4
Systeem beschrijving 38
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Elekrisch schema deel 5
Elektrisch schema deel 5 zorgt voor de regeling van
verwarmen en koelen en de tijd van het sluiten van de
smogkleppen.
De input voor de regeling van verwarmen of koeling komt
van de voorverwarmer en de Aquaclime elektro/water
klep positiesensor in combinatie met de software in de
CPU.
Tijdrelais (2) zorgt er voor dat de smogkleppen maximaal
10 minuten sluiten zodat de kwaliteit van de lucht in het
voertuig gewaarborgd blijft.
1 Zie tekening 242011_0_6 nummer 7 4 Voorverwarmer elektro/water klep
positiesensor
2 Tijdrelais (10 s) 5 Aquaclime-unit elektro/water klep
3 Voorverwarmer elektro/water klep 6 Aquaclime-unit elektro/water klep positiesensor
M10082
242011_0_5
39
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Elektrisch schema deel 6
Elektrisch schema deel 6 zorgt voor regeling van de
voorverwarmer.
De voorverwarmer timer kan geprogrammeerd worden
om de motor op te warmen en, afhankelijk van de stand
van de elektro/water klep van de voorverwarmer, ook het
interieur van de bus opwarmen.
Zie voor bediening van de voorverwarmer de
chauffeurshandleiding van de bus of de
leveranciersinformatie van de voorverwarmer.
1 Waterpomp vloercircuit 6 Voorverwarmer engagement
2 Voorverwarmer 7 Zie tekening 242011_0_5 nummer 1 (tijdrelais)
3 Inschakelen waterpomp vloercircuit 8 Diodeblok
4 Ventilator signaal voorverwarmer 9 Voorverwarmer timer
5 Brander signaal voorverwarmer
M10083
242011_0_6
Systeem beschrijving 40
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Elektrisch schema deel 7
Elektrisch schema deel 7 zorgt voor de regeling van de
luchtuitstroom van de frontbox en de positie van de
luchtklep van de frontbox.
1 Frontbox ventilator 6 Ventilators uitgeschakeld door deur
2 Frontbox uitblaastemperatuursensor 7 Ventilators uitgeschakeld door deur
3 Frontbox luchtklep 8 Ontwasem schakelaar
4 Frontbox luchtklep positiesensor 9 Hardware sleutel
5 Niet in gebruik
M10084
242011_0_7
41
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
4.3 Diagnose
4.3.1 Display
Wanneer de hoofschakelaar ingeschakeld wordt
verschijnt het start-up scherm in het display. Op dat
moment kunt U, indien nodig, een taal kiezen. Als geen
keuze wordt gemaakt verschijnt automatisch hoofdmenu
1 na 15 seconden in het display in de taal die bij knop
in het start-up scherm vermeld wordt.
Door knop op het stuur in te drukken ga je naar
hoofdmenu 2. In hoofdmenu 2 kun je kiezen uit het
service menu van het Magiqair systeem of het diagnose
menu van het CAN systeem.
In dit hoofdstuk bespreken we alleen het service menu
van het Magiqair systeem.
4.3.2 Service menu bediening
In het service menu van het Magiqair systeem heb je de
mogelijkheid om diverse componenten van het Magiqair
systeem te controleren. De functie en de positie van
diverse kleppen, ventilatoren en luchtkleppen kan
bediend en gecontroleerd worden.
Code
In deze beschrijving worden de verschillende displays
weergegeven met een code welke de volgorde
weergeeft waarin de bedieningsknoppen op het stuur
ingedrukt moeten worden om in het betreffende display
te komen. De code functioneert vanuit het rijmenu.
Uitleg code M-6-1:
betekent Hoofdmenu 1
betekent volgende (naar hoofdmenu 2)
betekent Service (naar het service menu van het
Magiqair systeem)
Wanneer knop ingedrukt wordt ga je naar het menu
een niveau hoger.
Service menu
Code: M-6-1
Voorwaarden om testmenu 1 te openen:
Hoofdschakelaar aan.
Motor loopt.
Parkeerrem ingeschakeld.
Druk knop 1 op het stuur.
Voorwaarden om componentenmenu 4 te openen:
Hoofdschakelaar aan.
Motor uitgeschakeld.
Parkeerrem ingeschakeld.
Druk knop 4 op het stuur.
1 Naar menu Magiqair
2 Naar menu voertuiginformatie
3 Naar menu voertuigfuncties
4 Naar menu audio/video
5 Niet in gebruik
6 Naar hoofdmenu-II
1 Naar het service menu van het Magiqair systeem
2 - 5Niet in gebruik
3 - 6Niet in gebruik
4 Naar het diagnose menu van het CAN-systeem
1
6
1 Naar het test menu van de Aquaclime-unit of
voorverwarmer.
2 Naar het storingsmenu.
3 Versienummer van de software voor KIBES en
Cavtan welke geprogrammeerd is in de bus.
4 Naar het componenten menu waarin je diverse
kleppen ventilators en luchtkleppen aan kunt sturen.
5 - 6Niet in gebruik
M
6
1
M
Systeem beschrijving 42
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Testmenu van het Magiqair systeem
Code: M-6-1-1
Testmenu van de Aquaclime-unit
Code: M-6-1-1-1
Testmenu BOVA inbedrijfname modus
Code: M-6-1-1-2
Voorwaarde voor inbedrijfname modus 1:
Koppel connector C43-C44, die zich in de buurt van
de CPU in de voorste elektrokast bevindt, los.
Om terug in het standaard klimaat systeem te komen
moeten connectoren C43-C44 weer verbonden worden.
1 Naar het testmenu van de Aquaclime-unit.
2 Naar menu BOVA inbedrijfname modus.
3 Niet in gebruik.
4 Naar het testmenu van de voorverwarmer.
5 - 6Niet in gebruik.
1 Aquaclime-unit in-, of uitgeschakeld.
2 Melding of de hoge druk sensor geactiveerd (on) of
niet geactiveerd (off) is.
3 - 4Niet in gebruik.
5 Melding of de lage druk sensor geactiveerd (on) of
niet geactiveerd (off) is.
6 Niet in gebruik.

Wanneer de Aquaclime-unit
ingeschakeld wordt duurt het ongeveer
een halve minuut voordat deze werkt.

Dit menu is uitsluitend bedoeld voor
service doeleinden.
1 Inbedrijfname modus in-, of uitgeschakeld. Deze
inbedrijfname modus is een standaard instelling
geprogrammeerd door de fabrikant om het Magiqair
systeem in bedrijf te nemen.
4 Koelvloeistoftemperatuur in C.
2 - 5Niet in gebruik.
3 - 6Niet in gebruik.

Wanneer connector C43-C44
losgekoppeld is gaat U naar een
speciale test modus en verlaat U het
standaard klimaat systeem.
43
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Testmenu van de voorverwarmer
Code: M-6-1-1-4
Storingsmenu
Code: M-6-1-2
Op dit moment is het niet mogelijk om storingscodes uit
te lezen.
Componentenmenu
Code: M-6-1-4
1 Voorverwarmer aan of uit.
2 Melding of de vlam van de voorverwarmer actief (on)
of niet actief (off) is.
3 - 4Niet in gebruik.
5 Melding of de ventilator van de voorverwarmer actief
(on) of niet actief (off) is.
6 Niet in gebruik.

Wanneer de voorverwarmer
ingeschakeld wordt duurt het ongeveer
een halve minuut voordat de
voorverwarmer werkt.
1 - 4Niet in gebruik.
2 - 5Niet in gebruik.
3 - 6Niet in gebruik.
1 Naar het testmenu van de frontbox.
2 Naar het testmenu van de voorste ondervloerkachel
3 Naar het testmenu van de achterste
ondervloerkachel
4 Naar het testmenu van de dakunits
5 Naar het testmenu van de systeemcomponenten
6 Naar het testmenu van de elektro/hydraulische klep
Systeem beschrijving 44
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Frontbox testmenu
Code: M-6-1-4-1
Voorste ondervloerkachel testmenu
Code: M-6-1-4-2
1 Open of sluit de frontbox smogklep.
2 Open of sluit de klep verwarmen (2-weg elektro/
water klep).
3 Ventilator schakelen van min. naar max. (4 stappen
van 4 seconden elk).
4 Open of sluit de defrostklep.
5 Open of sluit de klep verwarmen/koelen (3-weg
elektro/water klep).
6 Temperatuur gemeten door de luchtuitblaas
temperatuursensor.

Het nummer zegt je of een klep of
luchtklep open of dicht is. Laag
nummer betekend gesloten en hoog
nummer betekend open.

Wanneer geschakeld wordt naar open
moet het nummer hoger worden.
1 Open of sluit de elektro/water klep.
2 Temperatuur gemeten door de luchtuitblaas
temperatuur sensor.
3 - 6Niet in gebruik.
4 Ventilator schakelen van min. naar max. (4 stappen
van 4 seconden elk).
5 Niet in gebruik.

Het nummer zegt je of een klep of
luchtklep open of dicht is. Laag
nummer betekend gesloten en hoog
nummer betekend open.

Wanneer geschakeld wordt naar open
moet het nummer hoger worden.
45
Systeem beschrijving
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Achterste ondervloerkachel testmenu
Code: M-6-1-4-3
Dakunits testmenu
Code: M-6-1-4-4
1 Open of sluit de elektro/water klep.
2 Temperatuur gemeten door de luchtuitblaas
temperatuur sensor.
3 Niet in gebruik.
4 Ventilator schakelen van min. naar max. (4 stappen
van 4 seconden elk).
5 - 6Niet in gebruik.

Het nummer zegt je of een klep of
luchtklep open of dicht is. Laag
nummer betekend gesloten en hoog
nummer betekend open.

Wanneer geschakeld wordt naar open
moet het nummer hoger worden.
1 Open of sluit de smogklep van de linker dakunit.
2 Open of sluit de dakunits 3-weg elektro/water klep.
3 Temperatuur gemeten door de luchtuitblaas
temperatuur sensor van de linker dakunit.
4 Open of sluit de smogklep van de rechter dakunit.
5 Ventilator schakelen van min. naar max. (4 stappen
van 4 seconden elk).
6 Niet in gebruik.

Het nummer zegt je of een klep of
luchtklep open of dicht is. Laag
nummer betekend gesloten en hoog
nummer betekend open.

Wanneer geschakeld wordt naar open
moet het nummer hoger worden.
Systeem beschrijving 46
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Systeemcomponenten testmenu
Code: M-6-1-4-5
Hydraulische klep testmenu
Code: M-6-1-4-6
1 Waterpomp dakcircuit in of uitgeschakeld.
2 Openen of sluiten van de klep voor verwarmen
(elektro/water klep voorverwarmer).
3 Temperatuur van de koelvloeistof in het
klimaatsysteem en de buitentemperatuur in C.
4 Waterpomp vloercircuit in of uitgeschakeld.
5 Openen of sluiten van de klep voor koelen
(Aquaclime-unit elektro/water klep).
6 Temperatuur voor en achter in de passagiersruimte
in C.

Het nummer zegt je of een klep of
luchtklep open of dicht is. Laag
nummer betekend gesloten en hoog
nummer betekend open.

Wanneer geschakeld wordt naar open
moet het nummer hoger worden.
1 Elektro/hydraulische klep van de Aquaclime-unit in-,
of uitgeschakeld.
2 - 5Niet in gebruik.
3 - 6Niet in gebruik.
4 Niet in gebruik.

De klep in-, of uitschakelen is alleen
om te zien of de klep werkt.
47
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5. Reparatie en onderhoud
5.1 Algemeen
5.2 Componenen demonteren en
monteren
5.2.1 Aquaclime-unit
Demontage
1. Plaats het voertuig boven een smeerkuil.
2. Open de roosterklep aan de linkerzijde achter de
achteras.
3. Verwijder de luchtgeleidingskappen aan de
linkerzijde van de Aquaclime-unit.
4. Verwijder de beschermplaat (1) boven de
voorverwarmerruimte.
5. Sluit de Aquaclime-unit toevoer handkraan (3) en
de Aquaclime-unit retour handkraan (4).
6. Verwijder de klemmen (5) van de toevoerslang (9)
en van de retourslang (10).
7. Verwijder de slangen en vang de koelvloeistof op.
8. Verwijder de connector (8).
9. Verwijder de hydraulische toevoer slang (6) en
retour slang (11) en de hydrauliek lekvloeistofslang
(2) van de Aquaclime-unit.
10. Vang de olie op.
11. Verwijder de 4 bouten (7) op de hoeken van de
Aquaclime-unit.

Vermijd contact met hete koelvloeistof
of hydraulische vloeistof.

Verwijder het afval altijd volgens de
plaatselijke milieuregelgeving.

Schakel altijd de hoofdschakelaar uit
en verwijder de accuklemmen wanneer
aan delen van het elektrisch systeem
wordt gewerkt.
M10100
3
4
1
6 2
7
11
5
9 10
M10101
8
Reparatie en onderhoud 48
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
12. Gebruik de montage hulp op een vorkheftruck, zie
Speciale gereedschappen, om de Aquaclime-unit
te verwijderen.
Montage
1. Gebruik de montage hulp op een vorkheftruck, zie
Speciale gereedschappen, om de Aquaclime-unit
te monteren.
2. Monteer de 4 bouten (7) op de hoeken van de
Aquaclime-unit.
3. Sluit de connector (8) aan.
4. Monteer de toevoerslang (9) en monteer klem (5).
5. Plaats een opvangbak onder de retourpijp (10) van
de Aquaclime-unit.
6. Open de Aquaclime-unit retour handkraan (4) en
verwijder de vuldop van het koelvloeistofreservoir.
7. Open langzaam de toevoer handkraan (3) van de
Aquaclime-unit.
8. Sluit de Aquaclime-unit retourslang aan op de
Aquaclime-unit wanneer de koelvloeistof uit de
retourpijp begint te stromen en monteer klem (5).
9. Sluit de hydraulische toevoerslang (6), retour slang
(11) en de de hydrauliek lekvloeistofslang (2) aan
op de Aquaclime-unit en vul het hydraulische
systeem via het hydraulische reservoir in de
motorruimte.
10. Vul het koelvloeistofreservoir tot maximum niveau
en plaats de vuldop.
M10102

Voorkom beschadigingen aan de
warmtewisselaars aan de buitenzijde
van de Aquaclime-unit.
M10102

Voorkom beschadigingen aan de
warmtewisselaars aan de buitenzijde
van de Aquaclime-unit.
6 2
7
11
5
9 10
M10101
8
M10100
3
4
1
49
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
11. Open de ontluchtingsnippel op de Aquaclime-unit
en sluit de ontluchtingsnippel wanneer er
koelvloeistof uit komt.
12. Monteer de beschermplaat (1) boven de
voorverwarmerruimte en monteer de
luchtgeleidingskappen aan de linkerzijde van de
Aquaclime-unit en sluit de roosterklep en de
motorklep.
5.2.2 Voorverwarmer
Demontage
1. Open de motorklep en de klep aan de rechterzijde
van de motor.
2. Sluit de koelvloeistof toevoer handkraan (1a) voor
euro II motoren en (1b) voor euro III motoren.
3. Schakel de hoofdschakelaar in en open, door het
indrukken van de knoppen op het stuur, het service
menu.
In het service menu moet knop 4 ingedrukt worden
(componenten menu).
Voorwaarden om het componenten menu te
openen:
Hoofdschakelaar aan.
Motor uitgeschakeld.
Parkeerrem ingeschakeld.
4. Druk knop 5 op het stuur in om het systeem
testmenu te openen.
5. Druk knop 2 in om de elektro/water klep van de
voorverwarmer te sluiten, en verwijder de
connector wanneer deze gesloten is.

Controleer na een testrit alle
verbindingen op lekkage en vul het
koelvloeistofreservoir bij tot maximum
niveau.
1b (euro III)
1a (euro II)
M10104

Om het verlies van koelvloeistof tot
een minimum te beperken moet je de
koelvloeistof toevoer handkraan, de
elektro/water klep van de
voorverwarmer en de 2-weg elektro/
water klep sluiten.
Reparatie en onderhoud 50
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
6. Druk knop M in om naar het componenten menu te
gaan en druk dan knop 1 op het stuur in om het
frontbox testmenu te openen.
7. Druk knop 2 in om de 2-weg elektro/water klep te
sluiten, en verwijder de connector wanneer deze
gesloten is.
8. Schakel contact en de hoofdschakelaar uit.
9. Open de roosterklep aan de linkerzijde en verwijder
de beschermkap (1).
10. Verwijder de koelvloeistof toevoerslang (4) en de
retourslang (5) en vang de koelvloeistof die uit de
slangen komt op.
Bevestig de toevoerslang op een hoger niveau aan
de bus zodat er geen koelvloeistof uitstroomt.
11. Sluit de brandstof toevoer handkraan (6). Verwijder
de brandstof toevoer en retour slangen (7) en vang
de brandstof die uit de slangen komt op.
Bevestig de brandstofslangen op een hoger niveau
aan de bus zodat er geen brandstof uitstroomt.
12. Open de elektrokast (8).
13. Verwijder de elektrische aansluitingen die van de
voorverwarmer komen.
14. Verwijder de 4 moeren (9) en verwijder de
voorverwarmer (10).
Montage
1. Positioneer de voorverwarmer en monteer de
moeren (9) 4x.
2. Sluit de dubbele witte connector en de zwarte
connector aan.
3. Monteer de afdekking van de elektrokast (8).
4. Sluit de brandstof toevoer en retour slangen aan op
de voorverwarmer en open de brandstof toevoer
kraan (6).
M10100
3
4
1
7
8
5
10
4
7
6
11
9
M10105
7
8
5
10
4
7
6
11
9
M10105
51
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5. Sluit koelvloeistof toevoer slang (4) en retour slang
(5) aan op de voorverwarmer en bevestig de
slangklemmen.
6. Open de koelvloeistof toevoer handkraan (1a) voor
euro II motoeren en (1b) voor euro III motoren.
7. Ontlucht de voorverwarmer:
Verwijder de vuldop van het koelvloeistofreservoir.
Open de ontluchtingsnippel (11) op de toevoerpijp
van de voorverwarmer en sluit de
ontluchtingsnippel wanneer er koelvloeistof uit
komt.
Vul het koelvloeistofreservoir tot maximum niveau
en plaats de vuldop.
8. Sluit de connectors aan op de 2-weg elektro/water
klep en de elektro/water klep van de
voorverwarmer.
9. Monteer de beschermkap en sluit de roosterklep,
motorklep en de klep aan de rechterzijde van de
motor.
10. Schakel de hoofdschakelaar in en maak een testrit.
5.2.3 Dakunit
Demontage
1. Open de dakunit met een inbussleutel (1).
2. Plaats de steun onder de afdekkap van de dakunit
en verwijder de beschermkapjes (2) en moeren (3).
3. Verwijder het groffilter (4).
1b (euro III)
1a (euro II)
M10104

Controleer na een testrit alle
verbindingen op lekkage en vul het
koelvloeistofreservoir bij tot maximum
niveau.
1
2
3
4
M10106
Reparatie en onderhoud 52
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
4. Verwijder de clips (2).
5. Verwijder het stoffilter (3).
6. Verwijder de connector van de ventilator.
7. Verwijder de 2 moeren (2) van de ventilator en
verwijder de moer (3) van de clip.
8. Verwijder de ventilator (4).
9. Verwijder de vuldop van het koelvloeistofreservoir.
10. Plaats opvangbakken, in de motorruimte, onder de
verbindingen van de koelvloeistofpijpen naar de
dakunits.
11. Verwijder de slangklemmen (2) en verwijder de
slangen zodat de koelvloeistof in de opvangbakken
kan stromen.
12. Draai de moeren (3), tussen de warmtewisselaar
en de koelvloeistofpijpen aan de achterzijde van de
dakunit, los.
13. Verwijder de afdichtkit van de koelvloeistofpijpen
en van de warmtewisselaar.
14. Verwijder de moeren (4) van de warmtewisselaar.
15. Verwijder de warmtewisselaar (5).
1
2
3
4
M10107
3 1
4
2
M10108
3
2
M10109
4
5
6
7
1
M10110
53
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
16. Markeer de positie van de smogklep (2).
17. Verwijder de connector van de stelmotor.
18. Verwijder de 4 moeren (4) van het smogklepframe
en verwijder de smogklep.
19. Verwijder de 3 moeren van de stelmotor en
verwijder de stelmotor.
Montage
1. Positioneer de stelmotor (3) en monteer de 3
moeren.
2. Positioneer het smogklepframe.
3. Monteer de 4 moeren (4).
4. Sluit de connector aan op de stelmotor.
5. Positioneer de warmtewisselaar (5).
6. Monteer de moeren (4) van de warmtewisselaar.
7. Sluit de slangen in de motorruimte aan op de
koelvloeistofpijpen en draai de slangklemmen (2)
vast.
8. Draai de moeren (3), tussen de warmtewisselaar
en de koelvloeistofpijpen aan de achterzijde van de
dakunit, vast.
9. Breng kit aan tussen de warmtewisselaar en de
dakunit en rond de koelvloeistofpijpen in de
achterzijde van de dakunit zodat de
warmtewisselaar goed afdicht op de dakunit.
3
5
4
2
1
M10111
3
5
4
2
1
M10111

Zorg dat de smogklep goed
gepositioneerd is.
4
5
6
7
1
M10110
3
2
M10109
Reparatie en onderhoud 54
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
10. Monteer de ventilator (4).
11. Monteer de 2 moeren (2) van de ventilator en
monteer de moer (3) van de clip.
12. Sluit de connector aan op de ventilator.
13. Plaats het stoffilter (3) en plaats de clips (2).
14. Controleer op correcte positie van het stoffilter.
15. Monteer het groffilter (4).
16. Monteer de moeren (3).
17. Plaats de beschermkapjes (2) op de moeren.
18. Controleer op correcte positie van het groffilter.
19. Ontlucht de dakunits volgens onderstaande
procedure:
Vul het koelvloeistofreservoir.
Start de motor.
Zet het Magiqair systeem op maximaal koelen.
Draai de ontluchtingsnippels (1) van beide dakunits
los.
Draai de ontluchtingsnippels vast wanneer er
koelvloeistof zonder lucht uit komt.
20. Vul het koelvloeistofreservoir bij tot maximum
niveau en plaats de vuldop.
21. Sluit de afdekkap van de dakunit.
3 1
4
2
M10108
1
2
3
4
M10107

Het stoffilter moet de afdekkap van de
dakunit over de gehele lengte raken
wanneer de afdekkap gesloten is.
1
2
3
4
M10106

Het groffilter moet de dakunit over de
gehele lengte raken wanneer de
afdekkap gesloten is.
M10112
1

Op elke dakunit hoef je maar met een
ontluchtingsnippel te ontluchten.
55
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
22. Controleer op correcte positie van het groffilter.
23. Sluit de afdekkap van de dakunit met een
inbussleutel.
24. Sluit de motorklep en maak een testrit.

Het groffilter moet de dakunit over de
gehele lengte raken wanneer de
afdekkap gesloten is.

Controleer na een testrit alle
verbindingen op lekkage en vul het
koelvloeistofreservoir bij tot maximum
niveau.
Reparatie en onderhoud 56
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5.2.4 Frontbox
Demontage
1. Schakel de hoofdschakelaar in en open, door het
indrukken van de knoppen op het stuur, het service
menu.
In het service menu moet knop 4 ingedrukt worden
(componenten menu).
Voorwaarden om het componenten menu te
openen:
Hoofdschakelaar aan.
Motor uitgeschakeld.
Parkeerrem ingeschakeld.
2. Druk knop 1 in op het stuur om het frontbox
testmenu te openen.
3. Druk knop 2 in om de 2-weg elektro/water klep te
sluiten, en wanneer gesloten verwijder de
connector.
4. Druk knop 5 in om de 3-weg elektro/water klep te
sluiten, en wanneer gesloten verwijder de
connector.
5. Schakel het contact en de hoofdschakelaar uit.
6. Open de reservewielruimteklep.
7. Verwijder het reservewiel.
8. Sluit de 4 slangen (1), (2), (3), (4) aan de
achterzijde van de frontbox (12) af met klemmen.
Markeer de posities van de 4 slangen, en verwijder
de slangen.
9. Trek aan de ring (5) om de lucht uit de luchtketel te
laten.
10. Verwijder de slangen (6) aan de voor-, en
achterzijde van de luchtketel die het dichtst bij de
frontbox zit.
11. Verwijder de luchtketel.
12. Verwijder slang (9) aan de achterzijde van de
frontbox.
13. Verwijder de connectors (2x) van de
temperatuursensor en de ventilator.
4
3
2
1
10
9
5 6
6
M10113
13

Vang de koelvloeistof op.
57
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
14. Verwijder slang (7) en (8) aan de voorzijde van de
frontbox.
15. Verwijder de 6 bouten van de luchtuitlaat (11).
16. Verwijder de 6 bouten (13) van de frontbox.
17. Verplaats de frontbox naar de plaats waar de
luchtketel gemonteerd was.
Laat de frontbox zakken en neem deze uit.
18. Verwijder de 4 bouten (1) en verwijder de afdekking
(2).
19. Verwijder de connector van de ventilator.
20. Verwijder de bouten (3) en verwijder de ventilator
(4).
Montage
1. Positioneer de ventilator (4) en monteer de bouten
(3).
2. Sluit de connector aan op de ventilator.
3. Positioneer de afdekking (2) en monteer de bouten
(1).
4. Positioneer de frontbox (12) en monteer de 6
bouten (13).
5. Monteer de 6 bouten van de luchtuitlaat (11).
6. Sluit de slangen (7) en (8) aan op de frontbox.
7. Sluit de connectors aan (10).
M10114
7
13
11 12
8
10
10
4
3
1
2
M10116
4
3
1
2
M10116
M10114
7
13
11 12
8
10
10
Reparatie en onderhoud 58
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
8. Sluit slang (9) aan op de frontbox.
9. Positioneer en monteer de luchtketel.
10. Sluit de slangen (6) aan op de luchtketel.
11. Sluit de koelvloeistof slangen (1), (2), (3) en (4) aan
op de frontbox volgens de markeringen.
12. Open de motorklep, verwijder de vuldop van het
koelvloeistofreservoir en vul bij tot maximum
niveau.
13. Schakel de hoofdschakelaar en het contact in.
14. Ontlucht de frontbox:
Open de ontluchtingsnippels (1) op de frontbox en
sluit de ontluchtingsnippels als er koelvloeistof uit
komt.
Vul het koelvloeistofreservoir tot maximum niveau
en plaats de vuldop.
15. Plaats het reservewiel en sluit de klep van de
reservewielruimte.
16. Sluit de motorklep en maak een testrit.
4
3
2
1
10
9
5 6
6
M10113
13
M10115
1

Controleer na een testrit alle
verbindingen op lekkage en vul het
koelvloeistofreservoir bij tot maximum
niveau.
59
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5.2.5 Voorste ondervloerkachel
Demontage
1. Schakel de hoofdschakelaar in en open, door het
indrukken van de knoppen op het stuur, het service
menu.
In het service menu moet knop 4 ingedrukt worden
(componenten menu).
Voorwaarden om het componenten menu te
openen:
Hoofdschakelaar aan.
Motor uitgeschakeld.
Parkeerrem ingeschakeld.
2. Druk knop 2 in op het stuur om het
ondervloerkachel testmenu te openen.
3. Druk knop 1 in om de 2-weg elektro/water klep te
sluiten, en wanneer gesloten verwijder de
connector.
4. Schakel contact en hoofdschakelaar uit.
5. Open de bagageruimteklep aan de linkerzijde van
de bus.
6. Verwijder de connector van de ventilator.
7. Verwijder de 2 bouten (1) en verwijder de ventilator
(2).
8. Sluit de toevoer-, en retourslang af met klemmen
en verwijder de slangen.
9. Verwijder de elektro/water klep (3).
Montage
1. Positioneer de ventilator (2) en monteer de bouten
(1).
2. Sluit de connector aan op de ventilator.
3. Positioneer de elektro/water klep (3) en sluit de
toevoer-, en retourslang aan en bevestig de
slangklemmen.
4. Sluit de connector aan op de elektro/water klep (3).
1
M10117
2
3

Vang de koelvloeistof op.
1
M10117
2
3
Reparatie en onderhoud 60
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5. Open de motorklep, verwijder de vuldop van het
koelvloeistofreservoir en vul bij tot maximum
niveau.
6. Schakel de hoofdschakelaar en het contact in.
7. Ontlucht de ondervloerkachel:
Open de ontluchtingsnippel (1) op de
ondervloerkachel en sluit de ontluchtingsnippel als
er koelvloeistof uit komt.
Vul het koelvloeistofreservoir tot maximum niveau
en plaats de vuldop.
8. Sluit de bagageklep.
9. Sluit de motorklep en maak een testrit.
M10118
1

Controleer na een testrit alle
verbindingen op lekkage en vul het
koelvloeistofreservoir bij tot maximum
niveau.
61
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5.2.6 Achterste ondervloerkachel
Demontage
1. Schakel de hoofdschakelaar in en open, door het
indrukken van de knoppen op het stuur, het service
menu.
In het service menu moet knop 4 ingedrukt worden
(componenten menu).
Voorwaarden om het componenten menu te
openen:
Hoofdschakelaar aan.
Motor uitgeschakeld.
Parkeerrem ingeschakeld.
2. Druk knop 3 op het stuur in om het
ondervloerkachel testmenu te openen.
3. Druk knop 1 in om de 2-weg elektro/water klep te
sluiten, en wanneer gesloten verwijder de
connector.
4. Schakel contact en hoofdschakelaar uit.
5. Open de bestuurdersslaapplaatsklep aan de
linkerzijde van de bus.
6. Verwijder de 4 schroeven van het paneel aan de
bovenzijde van de achterwand van de
bestuurdersslaapplaats en verwijder het paneel.
7. Verwijder de connector van de ventilator.
8. Verwijder de 2 bouten (1) en verwijder de ventilator
(2).
9. Sluit de toevoer-, en retourslang af met klemmen
en verwijder de slangen.
10. Verwijder de elektro/water klep (3).
M10119
1
2
3

Vang de koelvloeistof op.
Reparatie en onderhoud 62
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Montage
1. Positioneer de ventilator (2) en monteer de bouten
(1).
2. Sluit de connector aan op de ventilator.
3. Positioneer de elektro/water klep (3) en sluit de
toevoer-, en retourslang aan en bevestig de
slangklemmen.
4. Sluit de connector aan op de elektro/water klep (3).
5. Open de motorklep, verwijder de vuldop van het
koelvloeistofreservoir en vul het
koelvloeistofreservoir tot maximum niveau.
6. Schakel de hoofdschakelaar en het contact in.
7. Ontlucht de ondervloerkachel:
Open de ontluchtingsnippel (1) op de
ondervloerkachel en sluit de ontluchtingsnippel als
er koelvloeistof uit komt.
Vul het koelvloeistofreservoir tot maximum niveau
en plaats de vuldop.
8. Sluit de bestuurdersslaapplaatsklep.
9. Sluit de motorklep en maak een testrit.
M10119
1
2
3
M10200
1

Controleer na een testrit alle
verbindingen op lekkage en vul het
koelvloeistofreservoir bij tot maximum
niveau.
63
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5.3 Ontluchten van het systeem
A Motor koelcircuit 4 Waterpomp vloercircuit
B Dakunit 5 Waterpomp dakcircuit
C Aquaclime-unit 6 Koelvloeistof temperatuursensor
D Achterste ondervloerkachel 7 Handkraan Aquaclime-unit retour
E Bestuurdersslaapplaats 8 Handkraan Aquaclime-unit toevoer
F Voorste ondervloerkachel 9 Elektro/water klep achterste ondervloerkachel
G Frontbox verwarming/koeling 10 Elektro/water klep bestuurdersslaapplaats
H Frontbox verwarming 11 Elektro/water klep voorste ondervloerkachel
J Voorverwarmer 12 Frontbox 3-weg elektro/water klep
13 Frontbox 2-weg elektro/water klep
1 Handkraan koelvloeistof toevoer 14 Dakunits 3-weg elektro/water klep
2 Elektro/water klep voorverwarmer 15 Handkraan koelvloeistof retour
3 Elektro/water klep Aquaclime-unit
M10018
11
9
10
3
2
12 13
14
4
5
7
8
1
15
6
Reparatie en onderhoud 64
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5.3.1 Service menu
Het Magiqair systeem is verbonden met het motor
koelcircuit door middel van een toevoer handkraan (1)
en een retour handkraan (15).
1. Open de toevoer handkraan (1) en retour
handkraan (15).
2. Open de Aquaclime-unit toevoer handkraan (8) en
retour handkraan (7).
3. Schakel de hoofdschakelaar in en open, door het
indrukken van de knoppen op het stuur, het service
menu.
In het service menu kun je alle kleppen van het
klimaatsysteem aansturen om deze te openen.
Systeem testmenu
1. Druk in het service menu eerst knop 4 en daarna
knop 5 in op het stuur om het systeem testmenu te
openen.
2. Druk knop 2 in om de elektro/water klep (2) van de
voorverwarmer te openen, en wanneer geopend
verwijder de connector.
3. Druk knop 5 in om de elektro/water klep (3) van de
Aquaclime-unit te openen, en wanneer geopend
verwijder de connector.
Dakunits testmenu
1. Druk in het service menu eerst knop 4 en daarna
knop 4 in op het stuur om het testmenu van de
dakunits te openen.
2. Druk knop 2 in om de 3-weg elektro/water klep (14)
van de dakunits te openen, en wanneer geopend
verwijder de connector.

Uitgangssituatie om het systeem te
ontluchten: De motor is koud en loopt
niet en de parkeerrem is ingeschakeld.
65
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Frontbox testmenu
1. Druk in het service menu eerst knop 4 en daarna
knop 1 in op het stuur om het testmenu van de
frontbox te openen.
2. Druk knop 2 in om de 2-weg elektro/water klep (13)
van de frontbox te openen, en wanneer geopend
verwijder de connector.
3. Druk knop 5 in om de 3-weg elektro/water klep (12)
van de frontbox te openen, en wanneer geopend
verwijder de connector.
Voorste ondervloerkachel testmenu
1. Druk in het service menu eerst knop 4 en daarna
knop 2 in op het stuur om het testmenu van de
voorste ondervloerkachel te openen.
2. Druk knop 1 in om de elektro/water klep (11) te
openen, en wanneer geopend verwijder de
connector.
Achterste ondervloerkachel testmenu
1. Druk in het service menu eerst knop 4 en daarna
knop 3 in op het stuur om het testmenu van de
achterste ondervloerkachel te openen.
2. Druk knop 1 in om de elektro/water klep (9) te
openen, en wanneer geopend verwijder de
connector.
Verlaat, na het open sturen van alle kleppen en het
verwijderen van de connectors van die kleppen, het
service menu.
1. Draai de vuldop van het koelvloeistofreservoir los
en controleer tijdens het ontluchten regelmatig het
niveau van de koelvloeistof. Indien nodig vul
koelvloeistof bij.
2. Start de motor en laat deze stationair draaien.

Plaats van de elektro/water kleppen is
gemakkelijk toegankelijk als het
reservewiel verwijderd is.

De elektro/water klep bevindt zich in
het voorste deel van de bagageruimte.

De elektro/water klep bevindt zich
achter het linker wielscherm van de
achteras.
Reparatie en onderhoud 66
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5.3.2 Ontluchtingsnippels
Aquaclime-unit
Draai, voor ontluchten van de Aquaclime-unit, de
ontluchtingsnippel van de Aquaclime-unit los. Draai de
ontluchtingsnippel vast wanneer er koelvloeistof
zonder lucht uit komt.
A Ontluchtingsnippels frontbox D Ontluchtingsnippel Aquaclime-unit
B Ontluchtingsnippel voorste ondervloerkachel E Ontluchtingsnippels Dakunits
C Ontluchtingsnippel achterste ondervloerkachel
M10099
A
B
C D
E

Verwijder koelvloeistof altijd volgens
de plaatselijke milieuregelgeving.

Controleer tijdens het ontluchten
regelmatig het niveau van de
koelvloeistof. Indien nodig vul
koelvloeistof bij.
67
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Dakunits
Draai, voor ontluchten van de dakunits, de
ontluchtingsnippels van beide dakunits los. Draai de
ontluchtingsnippels vast wanneer er koelvloeistof
zonder lucht uit komt. Op elke dakunit hoeft slechts via
een ontluchtingsnippel ontlucht te worden.
Frontbox
Draai, voor ontluchten van de frontbox, de
ontluchtingsnippels (2x) van de frontbox los. Een
ontluchtingsnippel ontlucht de warmtewisselaar
verwarmen en een ontluchtingsnippel ontlucht de
warmtewisselaar verwarmen/koelen. Ontlucht
warmtewisselaars een voor een. Draai de
ontluchtingsnippel vast wanneer er koelvloeistof
zonder lucht uit komt.
Voorste ondervloerkachel
Draai, voor ontluchten van de voorste
ondervloerkachel, de ontluchtingsnippel los. Draai de
ontluchtingsnippel vast wanneer er koelvloeistof
zonder lucht uit komt.
Klimaatsysteem bestuurdersslaapplaats (optie)
Draai, wanneer deze optie is gemonteerd, de
ontluchtingsnippel van de warmtewisselaar in de
bestuurdersslaapplaats los. Draai de
ontluchtingsnippel vast wanneer er koelvloeistof
zonder lucht uit komt.
Achterste ondervloerkachel
Draai, voor ontluchten van de achterste
ondervloerkachel, de ontluchtingsnippel los. Draai de
ontluchtingsnippel vast wanneer er koelvloeistof
zonder lucht uit komt.
Vul, indien nodig, het koelvloeistof niveau bij tot
maximum niveau, plaats de vuldop terug op het
koelvloeistofreservoir en schakel de motor uit.
Open het service menu en ga naar het systeem
testmenu.
Systeem testmenu
1. Druk in het service menu eerst knop 4 en daarna
knop 5 in op het stuur om het systeem testmenu te
openen.
2. Druk knop 1 in om de waterpomp van het dakcircuit
in te schakelen.
3. Druk knop 4 in om de waterpomp van het
vloercircuit in te schakelen.
Reparatie en onderhoud 68
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
4. Controleer bij de waterpomp van het dakcircuit en
van het vloercircuit of er geen luchtbellen meer in
het systeem zitten. Indien er luchtbellen aanwezig
zijn hoor je een ruisend geluid. Wanneer er geen
luchtbellen zijn hoor je een constante zoemtoon.
5. Schakel de hoofdschakelaar uit.
6. Sluit alle connectors aan op de kleppen:
Frontbox 3-weg elektro/water klep
Frontbox 2-weg elektro/water klep
Elektro/water klep van de voorste ondervloerkachel
Elektro/water klep van de achterste
ondervloerkachel
Elektro/water klep van de voorverwarmer
Elektro/water klep van de Aquaclime-unit
3-weg elektro/water klep van de dakunits
7. Schakel de hoofdschakelaar en het contact in en
controleer of de ventilators van het klimaatsysteem
werken.
8. Maak een testrit (motortemperatuur moet minimaal
80-85 C zijn). Controleer en vul, indien nodig, het
koelvloeistof niveau bij tot maximum niveau.
69
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5.4 Onderhoud
5.4.1 Voorverwarmer
De voorverwarmer is de voornaamste unit in de
onderhoudsprocedures van het Magiqair systeem. De
componenten van de voorverwarmer welke onderhoud
behoeven zijn:
Brandstoffilter
Verbrandingsruimte
Vlamsensor glas
Brandstofdruk
Ontstekingsspoel
Componenten test
CO2 emissie
Brandstoffilter vervangen
1. Sluit de brandstoftoevoerleiding (2).
2. Verwijder de 2 bouten en de moeren (3) van het
filterhuis.
3. Verwijder de centrale bout (4) uit het filterhuis (5).
4. Vevang het brandstoffilter en plaats de
componenten terug in omgekeerde volgorde.
Verbrandingruimte reinigen
1. Sluit de brandstoftoevoer handkraan. Verwijder de
brandstoftoevoer-, en retour slangen (1) en vang
de brandstof op die uit de slangen komt.
Bevestig de brandstofslangen op een hoger niveau
aan de bus zodat er geen brandstof uitstroomt.
2. Verwijder de dubbele witte connector en de zwarte
connector.
3. Verwijder de grijze en de zwarte connector.
4. Draai de 2 moeren (2) los en verdraai de bouten
zodat de voorzijde van de voorverwarmer
verwijderd kan worden.

Om verzekerd te zijn van het goed
functioneren van het Magiqair systeem
is het belangrijk om de Aquaclime-unit
en de voorverwarmer minimaal 10
minuten per maand te laten werken.
M10201
4
3
5
2
6
3
1
1
1
2
M10202
Reparatie en onderhoud 70
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5. Trek de verbrandingsruimt (3) er uit.
6. Reinig de verbrandingsruimte (3) en monteer de
componenten terug in omgekeerde volgorde.
Vlamsensorglas reiningen
1. Verwijder de schroef (1) van de voorverwarmer.
2. Reinig het vlamsensorglas (2).
3. Monteer de componenten terug in omgekeerde
volgorde.
Brandstofdruk controleren
1. Verwijder de ontsteker (1) met een
schroevendraaier.
2. Verwijder de verstuiver (2).
3. Sluit het testgereedschap (3) aan op de verstuiver.
4. Bedek de vlamsensor.
5. Schakel de voorverwarmer in
6. Schakel de voorverwarmer uit en monteer de
componenten terug in omgekeerde volgorde.
M10203
4 3
2
2
1
M10204
1 2 M10205
3
M10206

Na ongeveer 15 seconden geeft de
meter de werkelijke pompdruk aan (10
bar +1 / - 0,5 bar).
Het is niet mogelijk om de
brandstofpomp af te stellen. Vervang
deze indien nodig.
71
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Ontstekingsspoel vervangen
1. Vewijder de ontsteker met een schroevendraaier
en verwijder de elektrodes (1) van de ontsteker.
2. Verwijder de beschermplaat (2) van de ontsteker.
3. Verwijder de twee schroeven (3) van de ontsteker.
4. Vervang de ontstekingsspoel (4).
5. Monteer de componenten terug in omgekeerde
volgorde.
CO2 afstelling
1. Meet het voltage van de voeding van de
voorverwarmer.
2. Laat de voorverwarmer ongeveer 5 minuten
verwarmen.
3. Meet de CO2 waarde en vergelijk deze waarde met
de waardes in het diagram.
4. Draai de CO2 schroef (1) los en stel de waarde af.
5. Draai de schroef (1) vast zodat de waarde geborgd
wordt.
6. Monteer de componenten terug in omgekeerde
volgorde.
4
3
2
1
M10207
14
13
12
11
10
9
8
7
6
18 20 22 24 26 28 30 32
VOLT
CO2
C
O
2
(
V
o
l
.
-
%
)
M10208
M10209
1
CO
2
Met de klok mee neemt de CO2 waarde
toe, tegen de klok in vermindert de CO2
waarde.
Reparatie en onderhoud 72
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5.4.2 Aquaclime-unit
Onderhoud van de Aquaclime-unit hangt onder andere
af van de wetgeving in uw land.
De onderhoudshandelingen aan de componenten van
de Aquaclime-unit zijn:
Aandrijfriem controleren
Olieniveau controleren
Stikstofaccumulator controleren
Controleren en reiningen van alle componenten
Aandrijfriem controleren
1. Controleer de spanning van de aandrijfriem van de
compressor.
2. Indien nodig, draai de 4 bouten (1) los en stel de
aandrijfriem af.
3. Draai de 4 bouten (1) aan.
Olieniveau controleren
1. Controleer het olieniveau van de compressor
wanneer de compressor loopt. Het olieniveau moet
zichtbaar zijn in het peilglas (1).
2. Vul indien nodig bij via (2).
Gebruik DEA TRITON SE 55.
Stikstofaccumulator controleren
1. Controleer de druk van de stikstofaccumulator.
2. Vul indien nodig met stikstof tot 40 bar via (1).
M10210
1
M10211
1
2

Door de warmtewisselaar is het
peilglas zichtbaar.
Gebruik een zaklamp.
M10212
1
73
Reparatie en onderhoud
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5.4.3 Dakunits
De onderhoudsinterval van de dakunits hangt onder
andere af van het klimaat, het gebruik en de
bedrijfsomstandigheden.
Onderhoudswerkzaamheden van de dakunits zijn:
Groffilter controleren/reinigen
Stoffilter controleren/reinigen
Waterafvoer checking/cleaning
Controleren van alle componenten
Groffilter controleren/reiningen
1. Reinig de omgeving van het groffilter en open de
dakunit.
2. Reinig het groffilter (4).
3. Controleer op correcte positie van het groffilter na
sluiting van de dakunit.
Stoffilter controleren/reinigen
1. Controleer en reinig en indien nodig vervang het
stoffilter (3).
Waterafvoer controleren/reinigen
1. Controleer de waterafvoer van de dakunits aan
beide zijdes en reinig indien nodig.
1
2
3
4
M10106

Het groffilter moet de dakunit over de
gehele lengte raken wanneer de
afdekkap gesloten is.
1
2
3
4
M10107
M10213

De afvoer loopt via de bovenzijde van
het bagagerek naar de voorste
rolbeugel en vervolgens naar de
onderzijde van de bus.
Reparatie en onderhoud 74
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5.4.4 Frontbox
De onderhoudsinterval van de frontbox hangt onder
andere af van het klimaat, het gebruik en de
bedrijfsomstandigheden.
Stoffilter controleren/reinigen
1. Reinig of indien nodig vervang het stoffilter(1).
5.4.5 Ondervloerkachels
De voorste en achterste ondervloerkachel hebben
geen speciaal onderhoud nodig.
1
M10214

Om verzekerd te zijn van het optimaal
functioneren van de frontbox is het
belangrijk dat het stoffilter regelmatig
gereinigd of vervangen wordt.
75
Controle klimaatsysteem componenten
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
6. Controle klimaatsysteem componenten
6.1 Algemeen
6.2 Service menu
In het service menu van het Magiqair systeem heb je de
mogelijkheid om diverse componenten van het
Magiqair systeem te controleren. De diverse ventielen,
ventilators en kleppen kunnen gecontroleerd worden
op werking en positie en kunnen tevens aangestuurd
worden.
Voorwaarden om het service menu te openen:
1. Parkeerrem ingeschakeld
2. Hoofdschakelaar aan
3. Motor uitgeschakeld
4. Druk knop 1 in hoofdmenu II
6.2.1 Componenten menu bediening
1. Druk knop 4 in om naar het componenten menu te
gaan.

Terugmeldingen van de elektro/
waterkleppen en de luchtkleppen moet
in de open positie hoger zijn dan in de
gesloten positie.
500 duidt op een open positie, in dat
geval bestaat de mogelijkheid dat er
een connector los is.

De waardes aangeven in de tekeningen
kunnen enigszins afwijken van de
waardes die op uw display verschijnen.
Controle klimaatsysteem componenten 76
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
2. Druk knop 1 in om naar het frontbox componenten
menu te gaan.
3. Open het blaasmondje in het midden van het
dashboard.
Frontbox componenten menu
1. Schakel de venilator in door knop 3 in het frontbox
menu in te drukken en luister of de ventilator binnen
ongeveer 15 seconden in 4 stappen naar maximaal
toerental gaat.
2. Noteer de waarde bij Defrost close
3. Open de defrostklep door knop 4 in te drukken.
4. Controleer of de luchtsnelheid in het blaasmondje
toeneemt.
5. Noteer de waarde bij Defrost open.
6. Noteer de waarde bij Smog close.
7. Open de smogklep door knop 1 in te drukken.
8. Controleer of de luchtsnelheid in het blaasmondje
toeneemt.
9. Noteer de waarde bij Smog open.

De resultaten van de te verrichten
handelingen kunnen ingevuld worden
in de tabel hier beneden.
1: Ventilatortoerental verandering OK / NIET OK
2: Waarde defrost close ...............
4: Defrost open/luchtsnelheid
toename
OK / NIET OK
5: Waarde defrost open ...............
6: Waarde smog close ...............
8: Smog open/luchtsnelheid
toename
OK / NIET OK
9: Waarde smog open ...............
77
Controle klimaatsysteem componenten
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Extra test
10. Laat de ventilator ongeveer 5 minuten draaien met
smogklep en defrostklep open.
11. Noteer de temperatuur die staat bij knop 6 en de
buitentemperatuur welke in de rechter bovenhoek
van het display wordt weergegeven.
12. Meet de weerstand van de sensoren en kijk in de
tabel of de temperatuur die bij die weerstand hoort
overeen komt met de werkelijke temperatuur bij de
sensoren.
13. Schakel de ventilator uit door knop 3 in te drukken
in het frontbox menu.
14. Sluit de defrostklep door knop 4 in te drukken en
sluit de smogklep door knop 1 in te drukken.
2-weg elektro/waterklep frontbox
15. Noteer de waarde bij Valve heat close en kijk of
de 2-weg elektro/waterklep bij de frontbox
daadwerkelijk gesloten is.
De hendel van de klep moet haaks op de leiding
staan.
16. Open Valve Heat door knop 2 in te drukken en
noteer de waarde by Valve heat open en kijk of de
2-weg elektro/water klep daadwerkelijk open is.

Om een idee te hebben of de
temperatuursensoren in orde zijn kun
je deze extra test doen.
Temperature ( C) Resistance (K. Ohm)
-40
-35
-30
-25
-20
-15
-10
-5
0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70
75
80
85
90
95
100
105
110
115
120
125
130
135
140
145
150 0,1832
237,70
173,90
128,50
95,890
72,230
54,890
42,070
32,510
25,310
19,860
15,690
12,490
10,000
8,0600
6,5360
5,3310
4,3730
3,6060
2,9890
2,4900
2,0850
1,7530
1,4810
1,2560
1,0700
0,9155
0,7861
0,6775
0,5860
0,5086
0,4429
0,3870
0,3392
0,2982
0,2629
0,2324
0,2061
328,40
M10234
Temperatuur ...............
Buitentemperatuur ...............

Wanneer er maar een klein verschil is
tussen de waarden van beide sensoren
is dat een indicatie dat de sensoren in
orde zijn.
M10215
Open
Closed
Valve heat close ...............
Klep gesloten OK / NIET OK
Valve heat open ...............
Klep open OK / NIET OK
Controle klimaatsysteem componenten 78
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
3-weg elektro/water klep frontbox
17. Noteer de waarde bij Valve cool close en kijk of de
3-weg elektro/water klep bij de frontbox
daadwerkelijk gesloten is.
De hendel van de klep moet haaks op de leiding
staan.
18. Open Valve cool door knop 5 in te drukken.
19. Noteer de waarde bij Valve cool open en kijk of de
3-weg elektro/water klep bij de frontbox
daadwerkelijk open is.
De hendel van de klep moet in lijn met de leiding
staan.
20. Sluit valve heat door knop 2 in te drukken, en
valve cool door knop 5 in te drukken.
21. Druk knop M in om naar het componenten menu te
gaan.
22. Druk knop 2 in om naar het menu voorste
ondervloerkachel te gaan.
Voorste ondervloerkachel componenten
menu
1. Noteer de waarde bij valve close en kijk of de 2-
weg elektro/water klep van de voorste
ondervloerkachel, aan de voorzijde in de
bagageruimte, daadwerkelijk gesloten is.
De hendel van de klep moet haaks op de leiding
staan
2. Open de klep door knop 1 in te drukken.
3. Noteer de waarde bij valve open en kijk of de 2-
weg elektro/water klep van de voorste
ondervloerkachel daadwerkelijk open is.
De hendel van de klep moet in lijn met de leiding
staan.
M10216
Open
Closed
Valve cool close ...............
3-weg klep gesloten OK / NIET OK
Valve cool open ...............
3-weg klep open OK / NIET OK
Valve close ...............
2-weg klep gesloten OK / NIET OK
M10217
Valve open ...............
2-weg klep open OK / NIET OK
79
Controle klimaatsysteem componenten
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
4. Sluit de klep door knop 1 in te drukken.
5. Schakel de ventilator in door knop 4 in te drukken.
6. Voel bij het verwarmingskanaal rechts voor in de
bus of de ventilator binnen ongeveer 15 seconden
in 4 stappen naar maximaal toerental gaat.
7. Laat de ventilator ongeveer 5 minuten draaien met
geopende bagagekleppen.
8. Noteer de temperatuur welke staat bij knop 2 en de
buitentemperatuur welke in de rechter bovenhoek
van het display wordt weergegeven.
9. Schakel de ventilator uit door knop 4 in te drukken.
10. Druk knop M in om naar het componenten menu te
gaan.
11. Druk knop 3 in om naar het menu achterste
ondervloerkachel te gaan.
Achterste ondervloerkachel test menu
1. Noteer de waarde bij valve close en kijk of de 2-
weg elektro/water klep van de achterste
ondervloerkachel, boven de achteras,
daadwerkelijk gesloten is.
2. De hendel van de klep moet haaks op de leiding
staan.
3. Druk knop 1 in om de klep te openen.
4. Noteer de waarde bij valve open en kijk of de 2-
weg elektro/water klep van de achterste
ondervloerkachel daadwerkelijk open is.
De hendel van de klep moet in lijn met de leiding
staan.
Ventilatortoerental verandering
OK / NIET OK
Temperatuur ...............
Buitentemperatuur ...............
Valve close ...............
2-weg klep gesloten OK / NIET OK
M10218 Valve open ...............
2-weg klep open OK / NIET OK
Controle klimaatsysteem componenten 80
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
5. Druk knop 1 in om de klep te sluiten.
6. Druk knop 4 in om de ventilator in te schakelen.
7. Voel bij het verwarmingskanaal rechts achter in de
bus of de ventilator binnen ongeveer 15 seconden
in 4 stappen naar maximaal toerental gaat.
8. Laat de ventilator ongeveer 5 minuten draaien met
geopende bagagekleppen.
9. Noteer de temperatuur welke staat bij knop 2 en de
buitentemperatuur welke in de rechter bovenhoek
van het display wordt weergegeven.
10. Druk knop 4 in om de ventilator uit te schakelen.
11. Druk knop M in om naar het componenten menu te
gaan.
Dakunits test menu
1. Druk knop 4 in om naar het menu Dakunits te
gaan.
2. Noteer de waarde bij smog left close en kijk door
het linker recirculatie rooster, met behulp van een
zaklamp, of de smogklep daadwerkelijk gesloten is.

3. De smogklep moet schuin staan.
Ventilatortoerental verandering
OK / NOT OK
Temperatuur ...............
Buitentemperatuur ...............
Smog left close ...............
Smogklep positie OK / NIET OK
M10219
81
Controle klimaatsysteem componenten
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
4. Druk knop 1 in om de linker smogklep te openen.
5. Noteer de waarde bij smog left open en kijk door
het linker recirculatie rooster, met behulp van een
zaklamp, of de smogklep daadwerkelijk open is.
De smogklep moet horizontaal staan.
6. Noteer de waarde bij smog right close en kijk door
het rechter recirculatie rooster, met behulp van een
zaklamp, of de smogklep daadwerkelijk gesloten is.

7. De smogklep moet schuin staan.
8. Druk knop 4 in om de rechter smogklep te openen.
9. Noteer de waarde bij smog right open en kijk door
het rechter recirculatie rooster, met behulp van een
zaklamp, of de smogklep daadwerkelijk open is.
De smogklep moet horizontaal staan.

10. Druk knop 5 in om de ventilators in te schakelen.
11. Voel links en rechts bij de verlichtte handgreep rail
of de ventilators binnen ongeveer 15 seconden in 4
stappen naar maximaal toerental gaan.
12. Laat de ventilator ongeveer 5 minuten draaien met
geopende smogkleppen.
M10220
Smog left open ...............
Smogklep positie OK / NIET OK
Smog right close ...............
Smogklep positie OK / NIET OK
M10221
M10222
Smog right open ...............
Smogklep positie OK / NIET OK
Ventilatortoerental verandering
OK / NIET OK
Controle klimaatsysteem componenten 82
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
13. Noteer de temperatuur die staat bij knop 3 en de
buitentemperatuur welke in de rechter bovenhoek
van het display wordt weergegeven.
14. Open de dakunits en kijk of alle ventilators op
maximaal toerental draaien.
15. Sluit de dakunits.
16. Druk knop 5 in om de ventilators uit te schakelen.
17. Druk knop 1 in om de linker smogklep te sluiten.
18. Druk knop 4 in om de rechter smogklep te sluiten.
19. Noteer de waarde bij 3/2 roof close en kijk of de 3-
weg elektro/water klep, die zich in de
voorverwarmer ruimte bevindt, daadwerkelijk
gesloten is
20. Wanneer de dakunits 3-weg elektro/water klep
gesloten is wijst de pijl naar de linkerzijde van de
bus.
21. Druk knop 2 in om de dakunits 3-weg elektro/water
klep te openen.
22. Noteer de waarde bij 3/2 roof open en kijk of de 3-
weg elektro/water klep, die zich in de
voorverwarmer ruimte bevindt, daadwerkelijk open
is
Temperatuur ...............
Buitentemperatuur ...............
3/2 roof close ...............
3-weg klep positie OK / NIET OK
M10223
3/2 roof open ...............
3-weg klep positie OK / NIET OK
83
Controle klimaatsysteem componenten
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
23. Wanneer de dakunits 3-weg elektro/water klep
open is wijst de pijl naar het midden van de bus.
24. Druk knop 2 in om de dakunits 3-weg elektro/water
klep te sluiten.
25. Druk knop M in om naar het componenten menu te
gaan.
26. Druk knop 5 in om naar het systeem test menu te
gaan.
M10224
Controle klimaatsysteem componenten 84
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Systeem test menu
1. Druk knop 1 in om de waterpomp van het dakcircuit
in te schakelen.
2. Voel of de waterpomp van het dakcircuit, die zich in
de voorverwarmer ruimte bevindt, daadwerkelijk
loopt.

3. Druk knop 1 in om de waterpomp van het dakcircuit
uit te schakelen.
4. Druk knop 4 in om de waterpomp van het
vloercircuit in te schakelen.
5. Voel of de waterpomp van het vloercircuit, die zich
in de voorverwarmer ruimte bevindt, daadwerkelijk
loopt.

6. Druk knop 4 in om de waterpomp van het
vloercircuit uit te schakelen.
M10225
Waterpomp dakcircuit loopt
OK / NIET OK
M10226
Vloercircuit pomp loopt
OK / NIET OK
85
Controle klimaatsysteem componenten
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
7. Noteer de waarde bij valve heat close en kijk of de
elektro/waterklep voorverwarmer, die zich in de
voorverwarmer ruimte bevindt, daadwerkelijk
gesloten is
8. Wanneer de elektro/waterklep voorverwarmer
gesloten is wijst de pijl naar het midden van de bus.
9. Druk knop 2 in om de elektro/waterklep
voorverwarmer te openen.
10. Noteer de waarde bij valve heat open en kijk of de
elektro/waterklep voorverwarmer, die zich in de
voorverwarmer ruimte bevindt, daadwerkelijk open
is
11. Wanneer de elektro/waterklep voorverwarmer
open is wijst de pijl naar de linkerzijde van de bus.
12. Druk knop 2 in om de elektro/waterklep
voorverwarmer te sluiten.
13. Noteer de waarde bij valve cool close en kijk of de
elektro/waterklep Aquaclime-unit, die zich in de
voorverwarmer ruimte bevindt, daadwerkelijk
gesloten is.
Valve heat close ...............
Klep positie OK / NIET OK
M10227
Valve heat open ...............
Klep positie OK / NIET OK
M10228
Valve cool close ...............
Klep positie OK / NIET OK
Controle klimaatsysteem componenten 86
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
14. Wanneer de elektro/waterklep Aquaclime-unit
gesloten is wijst de pijl naar de voorzijde van de
bus.
15. Druk knop 5 in om de elektro/waterklep Aquaclime-
unit te openen.
16. Noteer de waarde bij valve cool open en kijk of de
elektro/waterklep Aquaclime-unit, die zich in de
voorverwarmer ruimte bevindt, daadwerkelijk open
is.
17. Wanneer de elektro/waterklep Aquaclime-unit open
is wijst de pijl naar de achterzijde van de bus.
18. Druk knop 5 in om de elektro/waterklep Aquaclime-
unit te sluiten.
19. Controleer of alle temperaturen in de bus
overeenkomen met de temperaturen die
aangegeven worden in het display.
20. Druk knop M in om naar het componenten menu te
gaan.
21. Druk knop M in om naar het Service menu te gaan.
22. Druk knop M in om naar Hoofdmenu II te gaan.
23. Druk knop M in om naar Hoofdmenu I te gaan.
M10229
Valve cool open ...............
Klep positie OK / NIET OK
M10230
Water temperatuur OK / NIET OK
Buitentemperatuur OK / NIET OK
Interieurtemperatuur
voor
OK / NIET OK
Interieurtemperatuur
achter
OK / NIET OK
87
Controle klimaatsysteem componenten
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
6.2.2 Test menu inbedrijfname
Aquaclime-unit test
1. Parkeerrem ingeschakeld.
2. Hoofdschakelaar uit.
3. Ontkoppel connector C43 / C44 in de voorste
elektro kast
4. Verwijder de afdekkingen van de testaansluitingen
van de Aquaclime-unit.
5. Sluit de drukmeters aan op de Aquaclime-unit.
6. Schakel de hoofdschakelaar in.
7. Schakel het contact in en start de motor.
8. Druk knop 6 in om van hoofdmenu I naar
hoofdmenu II te gaan.
9. Druk knop 1 in om naar het service menu te gaan.
10. Druk knop 1 in om naar het test menu te gaan.
Test menu
1. Druk knop 2 in om naar het BOVA menu te gaan.
M10231
C
4
4

Wanneer connector C43 / C44 wordt
ontkoppeld, wordt de mogelijkheid om
het BOVA menu te openen vrijgegeven.
M10232

Houd rekening met de wetgeving in uw
land (verplichtte jaarlijkse STEK
controle in Nederland).

Zorg er voor dat aan de volgende
condities wordt voldaan: Geen direct
zonlicht in de bus en een
luchtvochtigheid van 40%.
Controle klimaatsysteem componenten 88
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
2. Druk knop 1 in om de inbedrijfname functie in te
schakelen.
3. Stel, met behulp van de cruise control hendel, het
motortoerental in op 1200 rpm. en laat de motor
minimaal 20 minuten draaien.
4. Noteer de watertemperatuur bij knop 4 en de
buitentemperatuur welke in de rechter bovenhoek
van het display wordt weergegeven.
5. Noteer de absolute lage druk en de absolute hoge
druk aangegeven op de drukmeters.
6. Laat de motor stationair draaien.
7. Druk knop 1 in om de inbedrijfname functie uit te
schakelen.
8. Druk 4 keer knop M in om naar hoofdmenu I te
gaan.

De ondervloerkachel kleppen zullen
sluiten, de vloercircuit pomp,
dakcircuit pomp, dakunit ventilators,
en de Aquaclime-unit zullen na
ongeveer 15 seconden inschakelen op
maximaal koelen om de druk te meten
in het systeem.

Hoge-, of lage druk schakelaar en de
schakelaar van het winterscherm
mogen niet geactiveerd zijn.
Watertemperatuur ...............
Buitentemperatuur ...............
Absolute lage druk ...............
Absolute hoge druk ...............
89
Controle klimaatsysteem componenten
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
9. Schakel de motor uit en schakel de
hoofdschakelaar uit.
10. Kijk in het Operational check diagram van de
Aquaclime-unit of de waardes vallen binnen de
tolerantie van het diagram.
11. Verbindt connector C43 / C44 in de voorste
elektrokast en sluit de elektrokast.
12. Verwijder de drukmeters en plaats de afdekkingen
op de test aansluitingen van de Aquaclime-unit.
-4
-2
0
2
4
6
8
10
12
14
16
18
20
22
24
26
28
0
2
4
6
8
10
12
14
16
18
20
22
24
26
28
30
32
10 12 14 16 18 20 22 24 26 28 30 32 34 36 38 40 42 44 46
Operational check BOVA Magiq - Euro III
H
i
g
h

p
r
e
s
s
u
r
e
/
L
o
w

p
r
e
s
s
u
r
e

(
b
a
r
)
W
a
t
e
r

t
e
m
p
e
r
a
t
u
r
e

(

C
)
Allowed tolerance
Temperature
Pressure
1,5 K
0,5 bar
AC Water out
AC Low pressure
AC High pressure
Operational conditions
Engine speed : 1150 rpm
KIBES Modus : SERVICE - BOVA
Wi thout interior ai r disturbance
Wi thout sun beaming i n
Exterior air humidi ty 40%
Ambient temperature (C)
M10233
Aquaclime-unit waardes
Watertemperatuur OK / NIET OK
Hoge druk OK / NIET OK
Lage druk OK / NIET OK
M10231
C
4
4

Wanneer connector C43 / C44 niet
wordt verbonden kan de chauffeur
onder het rijden de inbedrijfname
modus inschakelen en het
klimaatsysteem werkt niet naar
behoren.
Controle klimaatsysteem componenten 90
MAGIQAIR VERSION 2.0 NL/04-2002
Voorverwarmer test
1. Parkeerrem ingeschakeld.
2. Hoofdschakelaar aan.
3. Schakel het contact in en start de motor.
4. Druk knop 6 in om van hoofdmenu I naar
hoofdmenu II te gaan.
5. Druk knop 1 in om naar het service menu te gaan.
6. Druk knop 1 in om naar het test menu te gaan.
Test menu
1. Druk knop 4 in om naar het voorverwarmer menu te
gaan.
2. Druk knop 1 in om de voorverwarmer in te
schakelen..
3. Kijk of de ventilator bij knop 5 naar ON schakelt..
4. Kijk of de vlam bij knop 2 naar ON schakelt..
5. Druk knop 1 in om de voorverwarmer uit te
schakelen.
6. Druk 4 keer knop M in om naar hoofdmenu I te
gaan.
7. Schakel het contact en de hoofdschakelaar uit.

De voorverwarmer begint na ongeveer
15 seconden te werken.
Ventilator werking
OK / NIET OK
Vlam werking
OK / NIET OK

Você também pode gostar