Escolar Documentos
Profissional Documentos
Cultura Documentos
‘WAT IS DE MENS ?’
ADAM, ALIEN OF AAP?
Auteur: Edgar Andrews
Uitgeverij Maatkamp: jan. 2018, € 16,95 (384 pag.)
Recensie: Hubert Luns
In dit boek, dat het vervolg is op zijn succesvolle boek Wie heeft God gemaakt?,
bespreekt professor Andrews op een leesbare en humoristische wijze de eeuwenoude
vragen over de aard en oorsprong van de mens. Fanny Moisseieva schreef: “Weten-
schappers, die de natuurwetten ontdekken en bestuderen, zijn stomverbaasd bij het
ervaren van de grootsheid der schepping. Ze zijn met ontzag vervuld bij hun gewaar-
wording van de grootsheid van Gods almacht. Daarom is een ware wetenschapper
nooit een atheïst.” Deze wijsheid gaat op voor Edgar Andrews. Een verademing eens
een wetenschapper te vinden die God niet meteen
in de prullenmand gooit. Het thema dat door het
hele boek heen loopt, en hierbij aansluit, is dat
alle pogingen om God weg te verklaren altijd ein-
digen in een onwelriekend wetenschappelijk en
filosofisch moeras.
Deel 1 bespreekt de mens en het universum. Het bevat veel interessante inzichten. Het
laatste hoofdstuk gaat over het multiversum – ontelbare andere universa die alleen in
het hoofd van de professoren zitten. Dat hoofdstuk is zonde van het papier. Het multi-
versum is geklets in de ruimte want het kan niet worden geverifieerd. Natuurkunde en
astronomie gaan over natuurwetten en hun toepassing en niet over hersenspinsels. Op
het voorgaande kwam desgevraagd een reactie van de auteur zelf:
«« De expliciete reden die ik in het boek zelf aangeef voor het behandelen van het
multiversum is dat Sir Martin Rees (de Britse ‘Astronomer Royal’ - een Britse
eretitel voor een belangrijke Britse astronoom) en vele andere wetenschappers
het multiversum voorstellen als verklaring voor de ‘fijnafstemming’ van het
universum om (blijvend) leven mogelijk te maken …natuurlijk inclusief de mens!
Ik zou fijnafstemming niet hebben kunnen presenteren als implicatie voor
-2-
Deel 2, “De mens en de biosfeer”, is voor mij het interessantste. De biosfeer is een
moeilijk gebied dat door Andrews heel toegankelijk wordt gemaakt. Het hoofdstuk dat
over de genetica gaat en over hoe de laatste vondsten op dat gebied onverenigbaar zijn
met de evolutietheorie heeft mij uitermate geboeid. Het laatste hoofdstuk behandelt de
vraag wat de relatie is tussen de stoffelijke hersenen en het onstoffelijke verstand.
De ouden hadden daar een term voor: het mysterium conjunctionis. Dat duidt op de
geheimzinnige band tussen geest en materie als bij een mengsel van olie en azijn. Nog
altijd weet men niet hoe het überhaupt mogelijk is dat de geest op de materie inwerkt.
Deel 3 gaat over de mens en de Bijbel. Een centraal discussiepunt handelt over de
schepping van Adam, die, zoals het er staat, door God uit het stof der aarde naar Zijn
beeld geschapen werd. Andrews maakt aannemelijk dat we dat letterlijk mogen nemen.
Dat verklaart ook de uniciteit van de mens, die we wedervinden in Jezus Christus, de
volmaakte mens. Nadat in het begin de verschillende wereldbeschouwingen de revue
passeerden, komt ten slotte het Bijbelse wereldbeeld aan bod, waarbij het ultieme
antwoord op onze vraag ‘wat is de mens?’ gegeven wordt, een vraag die pas volledig
beantwoord zal zijn wanneer de verlossing van de mens voltooid is in de opstanding, in
navolging van de opstanding van Jezus Christus. Ik vrees dat atheïsten dat hoofdstuk
zullen overslaan. Jammer, want dat is zeker de moeite waard.