Onderzoek Mediawijsheid op mijn stageschool.

Even inventariseren:
Ik loop stage op een school in Amsterdam. Sinds een paar jaar hebben alle klassen
een digibord in de klas hangen. Dit digibord is eigenlijk een beamer geprojecteerd op
een whiteboard. Er zit ook wel een
speciale pen bij die in contact staat
met de beamer, zodat je op het
whiteboard kan werken alsof het een
computer is, maar deze software is
nog niet geïnstalleerd op de
computers. De leerkracht bedient nu
het bord vanaf de vaste computer.
Het digibord wordt nu voornamelijk
gebruikt bij het bekijken van filmpjes.
In één klas werd het bord interactief
gebruikt tijdens een rekenles.

Alle kleuter klassen hebben minstens twee computers in het lokaal staan. Hierop
staan programma’s waarmee de kinderen leren te tellen, de kleuren te herkennen,
maar er staan ook kijk en luister verhalen op. Deze verhalen worden soms klassikaal
bekeken. De kleuters hoeven alleen maar de muis te gebruiken bij deze
programma’s.

In de hogere klassen staat er minstens

één computer in het klaslokaal. Deze is
aangesloten aan de beamer. De
computer staat daardoor voor in de
klas. Er is dan eigenlijk geen rustige
computer werkplek voor de kinderen in
de klas.

Bij de groepen 6, 7 en 8 staan er ook

nog een aantal computers op de gang.
Deze computers worden door de
kinderen gebruikt bij het maken van
werkstukken. Tijdens de grote pauze
mogen de kinderen ook gebruik maken van deze computers, maar dan worden er
natuurlijk alleen maar spelletjes op
gespeeld of youtube-filmpjes
bekeken.

Naast alle computers in de

klaslokalen, is er ook een speciale
computerruimte in de school
aanwezig. Alle klassen mogen één
keer in de week één uurtje hierin
werken.
De jongste groepen leren dan de
basis van het werken met de
computer. Bijvoorbeeld: hoe start je de computer op en hoe sluit ik het weer goed af.
Als de kinderen dit onder de knie hebben gaan ze beginnen met het werken in Word.
Bijvoorbeeld: typ je naam en probeer eens het lettertype, en -grootte te veranderen.
De oudste klassen hebben tijdens dit uur de gelegenheid om aan het werkstuk te
werken. De leerkracht heeft zo zicht op de vorderingen van de kinderen.

Waar kan het nog verbeteren:

Deze school heeft aardig wat computers in huis, heeft ook een flink aantal
digiborden, alleen wordt er niet uitgehaald wat erin zit. De digiborden vervangen nu
eigenlijk alleen maar de televisie.
Ten eerste is het zaak dat de digiborden zo snel mogelijk goed werken en dat de
software op de computers wordt geïnstalleerd. Daarna is het zaak dat de
leerkrachten ook het bord functioneel in gaan zetten tijdens de diverse lessen. Er zijn
diverse programma’s te vinden waarbij de
kinderen vrij zelfstandig aan de slag
kunnen. Door tijdens de instructie de
kinderen naar het bord te halen en zelf
dingen te laten proberen, zullen ze het
vaak eerder begrijpen en daarnaast ook
beter onthouden.
Ten tweede is het belangrijk dat de
kinderen de computer niet alleen als
tekstverwerker gebruiken of spelletjes
machine, maar als medium. Kinderen zijn
tegenwoordig vrij snel in staat om
zelfstandig te werken met diverse
programma’s. Door als leerkracht de
kinderen niet alleen een werkstuk te laten
maken in de vorm van een mapje met veel
geschreven tekst, maar juist dit werkstuk
digitaal te maken (denk aan: een website,
een digibord presentatie) zullen de
kinderen actiever te werk gaan.
Als laatste is het een idee om als school te gaan investeren in de aanschaf van
fototoestellen en videocamera’s, de kinderen kunnen deze ten alle tijden gebruiken
voor educatieve doeleinden. Denk hierbij aan het maken van foto’s en filmpjes die op
de website geplaatst kunnen worden, of bij het illustreren van de schoolkrant. Dit zijn
voorbeelden die op deze school vaak nog worden verzorgd door de ouders of de
leerkrachten.