Você está na página 1de 3

Anatomie van het paard

Anatomie van het Paard

Anatomie paard Hieronder een verklaring van bovenstaande tekening van het skelet. Cursief staan enkele 'latijnse' namen. 1 = Onderkaak (mandibula) van de schedel 2 = Bovenkaak (maxilla) van de schedel 3 = Nekwervels 4 = Schouderblad (scapula) 5 = Schoudergewricht 6 = Opperarmbeen 7 = Ellebooggewricht 8 = Onderarm: 8a = Ellepijp (ulna) 8b = Spaakbeen (radius) 9 = Voorknie (carpus), de pols bij de mens 9a = Haakbeentje 10 = Pijpbeen (Metacarpus) 11 = Kogelgewricht 12 = Kootbeen 13 = Kroonbeen 14 = Hoefbeen 15 = Ribben 16 = Borstwervels 17 = Lendewervels 18 = Heiligbeenwervels (sacrum) 19 = Staartwervels 20 = Bekken 21 = Heupgewricht 22 = Dijbeen (femur) 23 = Kniegewricht 23a = Knieschijf (patella) 24 = Onderbeen: 24a = Scheenbeen (tibia) 24b = Kuitbeen (fibula) 25 = Spronggewricht (tarsus, de hak) 26 = Pijpbeen (metatarsus) 27 = Borstbeen (sternum) a = Griffelbeentjes b = Sesambeentjes c = Straalbeen d = Kootgewricht (tussen pijpbeen en kootbeen) e = Kroongewricht (tussen kootbeen en kroonbeen) f = Hoefgewricht

De bouw van het paard


De bouw van een paard is zeer belangrijk, zijn prestaties hangen er immers vanaf!

Wat belangrijk is in verband met de bouw?


Vierkant kunnen staan Symmetrische benen hebben (alle gewrichten even groot e.d) Hoeven hebben die niet naar binnen en niet naar buiten staan Geen gezwollen gewrichten hebben Verticale benen hebben, dat betekent benen die recht naar beneden wijzen, geen zo gezegde O-benen Stevige benen hebben Een diepe borst hebben. (Zodat er genoeg ruimte voor de longen en het hart is.) Krachtige achterhand hebben De grote van het hoofd moet in verhouding met de rest van het lichaam staan en moet steunen op een krachtige hals welke weer steunt op stevige schuine schouders

Anatomie van het paard


Het paard heeft maar een kleine maag, het paard verteert zijn voedsel in de dunne darm, onverteerbare vezels worden door de blinde en de dikke darm afgebroken. Net als bij ons wordt er vocht van de resten in ons bloed opgenomen. Het restant wordt uitgemest. Paarden hebben veel vezels nodig ( vezels zitten in ruwvoer ) , hiervoor zijn er in de blinde en dikke darm verschillende enzymen aanwezig om die af te breken. (Elke soort vezel heeft zijn eigen enzym).

Moeilijk verteerbaar voedsel kan in het spijsverteringsstelsel blijven hangen omdat deze 2 bochten van 180 moet maken. Wanneer dit zicht voordoet spreken we van koliek. Het hart van het paard heeft 2 pompen (wij, 2 hartkamers) en pompt hiermee bloed door het lichaam.

Skelet van het paard


De ruggengraat moet sterk en stevig zijn, het moet een mens kunnen dragen. Het gewicht van het paard zelf en van de persoon die op het paard zit wordt door de benen gedragen, deze moeten dus ook sterk zijn. Het zware hoofd houdt het lichaam in evenwicht.

Você também pode gostar