Você está na página 1de 26

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr.

"De hele aarde vormt, als economisch organisme gedacht, het sociale organisme." Rudolf Steiner, Wereldeconomie
redactioneel Lieve lezers, Het is weer een prachtig extra dik nummer geworden met teksten van grote kwaliteit. En nog moesten we stukken doorschuiven naar de volgende keer. Lees het artikel van Stephan Geuljans over homeopathie of het praatje bij de filosoof van Rembrandt van Rijn van Evelien Nijeboer. Of lees de teksten van Ro Naastepad, Werner Govaerts en Harry Fiegel. En oordeel zelf. Bovendien presenteren we deze week met trots Robert Jan Kelder als een auteur van De Aardespiegel. Niet alleen de afzonderlijke teksten zijn bijzonder, maar als je alles leest, voel je dat er een diepere gemeenschappelijke intentie onder zit. Elke tekst voegt iets toe aan elke andere tekst. De gemeenschappelijke intentie, het gemeenschappelijke streven is voelbaar in de onderstroom van De Aardespiegel. Voelen jullie die ook? Het maakt me diep en diep gelukkig. Dit is waar ik al jaren naar verlangde. En het gebeurt. Maar de krachtsinspanning die het kost om het mogelijk te maken is groot. Daarom neem ik een week pauze. Daarom ook een extra dik nummer. Tegelijkertijd wacht ik de resultaten van de peiling naar het juiste ritme van De Aardespiegel af. Want we gaan echt wel door met De Aardespiegel, een verzetskrant in de strijd tegen het materialisme en de ijskoude, meedogenloze ontkenning van het ware wezen van de mens. Jac Hielema

Homeopathie (deel 1)
In de politiek blijft weerstand bestaan tegen alternatieve of complementaire geneeskunde. In het bijzonder ligt de homeopathie regelmatig onder vuur, zonder dat de nieuwsbladen hun aanhangers voldoende ruimte bieden om hun eigen ideen kenbaar te maken. In dit eerste deel onderzoekt Stephan Geuljans de grondslagen van de homeopathie. Op zoek naar nieuwe mogelijkheden voor de verdere ontwikkeling van de geneeskunde2

en verder: recensies: Ro Naastepad bespreekt een boek Harry Fiegel bespreekt een televisieprogramma Werner Govaerts bespreekt een vakcongres reacties van lezers: Harry Fiegel reageert op Occupy me! van vorige week praatje bij een plaatje: Evelien Nijeboer columns: Werner Govaerts Stephan Vollenberg feuilleton: het karma van Wibren Olyslagers deel 9 vragen van lezers: Waar komt kunst vandaan? colofon Wat zeggen de cijfers?

Scholingswegen (deel 1)
Veel mensen zien in dat ideen van een betere samenleving of een betere mens niet door middel van geweld aan anderen kunnen worden opgelegd, maar hebben er verder geen idee van hoe die ideen dan wel tot verwerkelijking kunnen komen. Rudolf Steiner gaf aanwijzingen hoe de mens de ontwikkeling van zichzelf tot een beter mens in eigen handen kan nemen en hoe hij zijn relaties met anderen liefdevoller en waarachtiger aan kan gaan en verzorgen. Jac Hielema beschrijft zijn eerste wankele stappen op zijn innerlijke scholingsweg8

Kapitaal raakt steeds losser van de menselijke gemeenschap. Bewustzijn van dit feit groeit met als gevolg bewegingen als Occupy Wall Street. Hoe kunnen we kapitaal weer met de samenleving verbinden? Ro Naastepad onderzoekt deze vraag en roept lezers op om mee te denken...12

Oorzaken van de financile crisis (dl 1)

Iedereen is het erover eens dat het crisis is. Maar wat zijn de alternatieven? Robert Jan Kelder heeft een alternatief en legt het voor aan de lezers...15

Crisis en alternatief

terug naar boven

de cijfers Op 10 november 2011 hebben zich 232 mensen aangemeld voor de krant. In totaal schonken 76 van hen 3127,50 euro aan Stichting Goj. Voor de eerste dertien Aardespiegels is nu beschikbaar 1065 euro. (Mocht de productie van De Aardespiegel stokken vanwege gebrek aan geld, dan krijgen allen die hun vertrouwen hebben gegeven het restbedrag terug.)

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

toelichting op de cijfers De afspraken om te komen tot een rele begroting voor een eventueel tweede jaar, zijn al gemaakt. Het is de bedoeling dat we die voor Pasen 2012 af hebben. Tussen Pasen en Pinksteren zouden we dan een campagne willen voeren om de begroting ook gefinancierd te krijgen. Voor de financiering hoeven we niet alleen afhankelijk te zijn van de schenkingen van lezers, we kunnen ook fondsen werven of inkomsten uit andere bronnen creren zoals uit voordrachten en/of workshops. Om een rele begroting te maken, moeten we natuurlijk wel weten wat we willen en wat ervoor nodig is om het te verwerkelijken. Want wat is een rele begroting? Dat is een inventarisatie van de goederen die nodig zijn om van te leven en om mee te werken, terwijl we de prestaties leveren die we willen. In Egypte was er nog geen geld. Toen bracht een pottenbakker zijn tien potten gewoon naar de markt en haalde daar alles wat hij en zijn gezin nodig hadden om van te kunnen leven, terwijl hij de tien volgende potten bakte. Het is eigenlijk zo kinderlijk eenvoudig. Als we allemaal nou gewoon deden waar we echt van hielden en elkaar tussendoor voorzagen in onze materile behoeften, gewoon een kwestie van goed onderling overleg, dan... Op de een of andere manier is het niet zo eenvoudig, want anders deden we het al en kon ik beter duidelijk maken wat ik nu eigenlijk wilde zeggen. Cijfers zijn eigenlijk zo iets banaals. En al helemaal geldcijfers. Economische groei wordt uitgedrukt in geldcijfers. Maar de hoeveelheid hongerende mensen in de wereld is de afgelopen 25 jaar alleen maar toegenomen, niet alleen absoluut (er zijn berhaupt 2 miljard meer mensen op aarde dan 25 jaar geleden) maar ook relatief. Enfin. Voor een actueel inzicht in de cijfers, zie: de cijfers. Jac Hielema

Homeopathie (deel 1)
door Stephan Geuljans schadelijk voor de volksgezondheid? In de politiek blijft weerstand bestaan tegen alternatieve of complementaire geneeskunde. In het bijzonder ligt de homeopathie regelmatig onder vuur, zonder dat de nieuwsbladen hun aanhangers voldoende ruimte bieden om hun eigen ideen kenbaar te maken. Een extreem voorbeeld van het bestrijden van een afwijkende mening is de recente aanklacht van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu tegen Hans van der Linde. Deze huisarts heeft zich kritisch uitgelaten over de griepprik en de belangenverstrengeling die bestaat tussen haar vaste adviseurs en de farmaceutische industrie. Volgens de viroloog Ab Osterhaus (RIVM) schaadt zijn kritiek de volksgezondheid en wil het RIVM hem via de rechter een spreekverbod opleggen. Hiermee zet hij dezelfde argumentatie voort waarmee gezaghebbende wetenschappers de homeopathie willen verbieden. Homeopathie werkt niet, en daarom schaadt de promotie van haar niet-werkzame geneesmiddelen de volksgezondheid. Het RIVM gaat nu een stap verder. Als het RIVM wint, kan dit er toe leiden dat niet alleen een huisarts maar ook de nieuwsbladen geen kritiek meer mogen geven op het RIVM of op de gangbare geneeskunde. De volgende stap is dan niet alleen de alternatieve of complementaire geneeskunde volledig te verbieden, maar ook iedere kritiek op de gangbare geneeskunde strafbaar te stellen. Want zo menen zij: Niet alleen homeopathie, maar ook kritiek schaadt de volksgezondheid. De zwarte dood De opkomst van de moderne geneeskunde heeft ertoe geleid dat de meeste besmettelijke ziektes die in de Middeleeuwen nog dood en verderf zaaiden, in onze tijd niet meer voorkomen. Voordat de grote ontdekkingen in de geneeskunde plaats vonden, konden epidemien als de de Zwarte Dood (de pest), cholera en tyfus een bevolking nog decimeren. De Zwarte Dood veroorzaakt door de bacterie Yersinia pestis, heeft in in Europa in de periode van 13471351 ongeveer tot 25 miljoenen doden geleid. Dat was destijds bijna een kwart van de bevolking.

Paul Engelen, klassiek homeopaat, las het artikel van Stephan Geuljans en stelde vragen en maakte opmerkingen: Vanaf 1900 is in de statistieken al een sterke afname te zien van infectieziekten. Reden: betere huisvesting (drogere en warmere huizen), riolering, schoner drinkwater en betere voedingstoestand van de mensen. Veel geneesmiddelbeelden die Hahnemann in de Materia Medica Pura en De Chronische Ziekten deel 2 heeft opgenomen zijn ontstaan door proefpersonen die dagelijks n of meerdere keren enkele globuli in de C30 potentie innamen. Bij ongeveer C12 zit je op het nulpunt qua materie, getal van Avogadro. Waar ik me over verwonder is dat de overheid mensen terecht steeds meer de eigen verantwoordelijkheid geeft voor hun eigen gezondheid (met name door leefstijl), maar daar hoort dan ook bij dat een ieder toch die geneeswijze moet kunnen kiezen die bij hem past. Als het RIVM de zaak wint, dan mag je dus alleen de pil en spuit van regulier. (natuurlijk wel een mooie stimulans om te zorgen dat je gezond blijft en nooit naar de dokter hoeft :-)) De zorgkosten lopen enorm uit de hand, mede doordat het aantal chronische ziekten en zieken toeneemt en regulier daar geen oplossing voor heeft anders dan proces-onder-controle-houden en symptomenonderdrukken wat uiteindelijk meer schade en meer medicijnafhankelijkheid en dus meer kosten tot gevolg heeft. Regulier kan chronische ziekten niet genezen. Er zijn recente onderzoeken (onder andere door een huisarts uit Heerenveen, dacht ik) die laten zien dat als je naast regulier CAM inzet, bijvoorbeeld homeopathie, je dan goedkoper uit bent. 1796 is het geboortejaar van het vaccinatietijdperk (en van de klassieke homeopathie!). Tot nu toe (dus in ruim 200 jaar!) is er nog steeds geen wetenschappelijk bewijs dat vaccineren veilig en effectief is. Hoe kan het dat het RIVM/overheid van zo iets onwetenschappelijks voorstander kan zijn? Paul Engelen

De pest 1898 Arnold Bcklin (1827 - 1901) Kunstmuseum Basel

Alexander Fleming Een van de grootste bijdragen tot het terugdringen van besmettelijke ziektes is het antibioticum penicilline, in 1928 ontdekt door de arts Alexander Fleming. Dit geneesmiddel tegen bacterile infecties was naast het gestage verbeteren van de hygine in de Middeleeuwen de belangrijkste ontwikkeling. In de Tweede Wereldoorlog werd penicilline voor het eerst op ruime schaal op het slagveld ingezet tegen wondinfecties veroorzaakt door kogels en granaatscherven. Er werd terecht gesproken van een wondermiddel, want nu kon men besmettelijke ziektes bestrij-

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

colofon De Aardespiegel verschijnt elke donderdag in de loop van de ochtend. De deadline voor kopij is woensdagochtend 11 uur. De Aardespiegel is een initiatief van Jac Hielema en wordt uitgegeven door Stephan Geuljans en Jac Hielema. De Aardespiegel wordt geleid door de kernredactie bestaande uit Werner Govaerts, Stephan Geuljans en Jac Hielema. Aan dit nummer van De Aardespiegel werkten mee: Stephan Geuljans Werner Govaerts Harry Fiegel Ina van Dijk Evelien Nijeboer Jac Hielema Robert Jan Kelder Joh. Askeladde Imke Jelle van Dam Stephan Vollenberg Ro Naastepad en vele vele anderen. Wilt u voortaan ook iedere week De Aardespiegel ontvangen? Op www.aardespiegel.nu kunt u zich aanmelden. De Aardespiegel is geheel afhankelijk van donaties. Schenkingen kunt u storten op rekeningnummer: 1985.64.546 ter attentie van Stichting Geesteswetenschappelijke Onderzoeksjournalistiek te Zwolle

den waar je eerder gewoon aan dood ging. We kunnen ons tegenwoordig moeilijk voorstellen dat iemand zelfs nog in de eerste helft van de vorige eeuw vr de ontdekking van antibiotica bijna zeker zou sterven aan zoiets als tuberculose. In de roman Die Zauberberg beschrijft Thomas Mann indringend hoe een patint met tuberculose voor haar nog lege graf staat, met het besef dat haar dood onontkoombaar is. Die Zauberberg speelt zich af in een sanatorium hoog in de bergen, waar de schone berglucht het enige 'geneesmiddel' was tegen deze verwoestende tuberkelbacil. Deze tijd ligt nu achter ons. Darwin Jaarlijks overlijden ongeveer 1,5 miljoen mensen aan tuberculose. Toch is de 'witte pest' zoals deze ziekte ook wel wordt genoemd, tegenwoordig een onschuldige ziekte waar aan niemand meer hoeft te overlijden als hij zijn penicilline maar ontvangt (als hij het geld er voor heeft) en de kuur afmaakt. Tuberculose is een ernstige longziekte en wordt veroorzaakt door de bacterie Mycobacterium Tuberculosis, waarbij het bijzonder is dat het bestrijden van deze en andere bacterile infecties volledig in een darwinistisch wereldbeeld past. Zo is penicilline ontwikkeld uit de penseelschimmel (Penicillium notatum) en in feite zet de arts een machtige schimmel in tegen een bacterie en in de survival of the fittest, gaat de bacterie ten onder. Anders gezegd, als de schimmel wint overleeft de patint. Gezondheid wordt zo opgevat als het vermogen de ziekte te overwinnen vanuit een strijd om het bestaan. De Japanse immunoloog Susumu Tonegawa liet zien dat deze darwinistische benadering ook voor de werking van ons immuunsysteem vruchtbaar is. Hij ontving in 1987 de Nobelprijs voor de Fysiologie of Geneeskunde omdat hij in relatie tot de evolutiebiologie de fundamenten had ontdekt van hoe ons immuunsysteem zich tegen ziekteverwekkers verdedigt. Het blijkt dat de cellen in ons afweersysteem zich razendsnel kunnen aanpassen aan de steeds wisselende ziekteverwekkers en deze genetische aanpassingen vinden plaats volgens dezelfde evolutie principes toevallige mutaties in het DNA en de natuurlijke selectie tussen de organismen zoals de bioloog Charles Darwin (1809-1882) deze iets meer dan een eeuw eerder had ontdekt. Natuurlijke selectie Het darwinisme heeft weliswaar zijn beperkingen, maar binnen de strijd tussen schimmels en bacterin valt deze theorie goed op haar plaats*. Deze benadering heeft echter ook een keerzijde. Darwinistische selectie kan er ook toe leiden dat niet de schimmel, het antibioticum, of ons immuunsysteem zich succesvol aanpast aan de indringer. Het omgekeerde kan ook gebeuren. Het is mogelijk dat de bacterile infectie doorzet en de patint de strijd verliest omdat de bacterie zich aanpast en resistent wordt tegen het antibioticum. Het mechanisme is al aangegeven door Darwin. De aangepaste bacterin hebben meer kans om te overleven en breiden zich sneller uit dan hun zwakkere broeders. Na verloop van tijd hebben de resistente bacterin de niet-resistente stammen door selectiedruk verdrongen*.

* Wetenschappers hebben vanuit deze zienswijze steeds meer nieuwe medicijnen ontwikkeld die de meest uiteenlopende ziektes kunnen genezen. Zo zijn er na de ontdekking van penicilline veel nieuwe soorten antibiotica en derivaten ontwikkeld waaronder de fungiciden, antibiotica tegen schimmels.

Mocht u willen reageren op dit artikel en/of heeft u vragen, op- en aanmerkingen en/of toevoegingen, dan kunt u die mailen naar: info@aardespiegel.nu.

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

MRSA Regelmatig horen we berichten over de 'ziekenhuisbacterie' MRSA. Deze afkorting staat voor Meticilline-resistente Staphylococcus aureus dat betekent dat deze bacterin zich hebben gewapend tegen het antibioticum Meticilline. In het verleden had deze staphylococcus aureus een resistentie ontwikkeld tegen penicilline, waarna de farmaceutische industrie snel het nieuwe antibioticum meticilline ontwikkelde. Maar n jaar later begon deze bacterie al een nieuwe resistentie te ontwikkelen. Nu tegen Meticilline. Inmiddels zijn niet alleen de staphylococcus maar bijvoorbeeld ook de streptococcus zo virulent geworden dat zij tegen meerdere antibiotica bestand zijn. Sommige ziekteverwekkers zijn multiresistent. MRSA is alleen nog maar met n antibioticum (Vancomicine) te behandelen en ieder jaar ontwikkelen een half miljoen mensen multi-resistente tuberculose. Dat laat zien dat (blijvende) resistentie inmiddels een wereldwijd probleem wordt. Noodzaak We mogen uit de evolutieprincipes die Darwin heeft ontdekt afleiden dat een 'darwinistisch geneeskunde' ons een enorme vooruitgang heeft gebracht. Maar ik denk dat deze vorm van geneeskunde ook zijn beperkingen heeft. De techniek waarmee wij bacterile infecties bestrijden door ze massaal uit te roeien, is ook bij de bacterie zelf aanwezig. Als het om de strijd om de macht gaat zijn wij mensen in dit opzicht niet slimmer dan bacterin*. Ik denk dat we na een korte pauze van enkele tientallen jaren van succes na de ontdekking van antibiotica voor een nieuwe keuze staan. We zouden juist vanwege de machtige evolutie-principes van Darwin een tweede richting in de geneeskunde dienen te ontwikkelen. Een geneeskunde die net werkt volgens een strijd om het bestaan, omdat bacterin daar misschien wel veel beter voor zijn toegerust, mede omdat zij zich zo snel kunnen delen. De vraag is nu: Bestaat er een geneeskunde die niet uitgaat van de 'survival of the fittest' tussen twee micro-organismen, maar ons eigen lichaam wil inzetten tegen een ziekte? Homeopathie Een mogelijke aanvulling op de darwinistische benadering van de geneeskunde is de homeopathie. De ontdekking van haar principes wordt meestal toegeschreven aan Samuel Hahnemann (1755-1843). De homeopathie werkt niet met strijdende 'goede' en 'slechte' micro-organismen. De arts ziet ervan af een tegengestelde kracht tegen de ziekte in te zetten, maar werkt met het gelijksoortigheidsbeginsel. Hij wil bijvoorbeeld cholera, veroorzaakt door de bacterie Vibrio Cholerea bestrijden met arsenicum. Deze zeer giftige stof veroorzaakt bij een gezond mens dezelfde symptomen (misselijkheid, braken, buikpijn en uitdroging) als cholera. Arsenicum is daarom een homoion, normaal een sterk gif dat echter in verdunde toestand een geneesmiddel is. Ik benadruk dat een cholera-bacterie in een petrischaal niet wordt gedood als wij arsenicum in de vorm van een homeopathische geneesmiddel eraan toevoegen. Het homeopathische geneesmiddel is geen bacteriedodende stof (batericide) en is alleen binnen ons menselijk organisme actief tegen cholera. Homeopathie is in dit opzicht een complementaire geneeskunde, zodat we tegen cholera arsenicum kunnen inzetten nst het toedienen van het antibioticum tetracycline.

* Onze kennis reikt tot diep in het DNA. Daar zien we dat in de zogenaamde compenserende mutaties in het DNA (meerdere veranderingen die het nadeel van n mutatie weten op te vangen), bepaalde organisme blijvende resistentie kunnen vertonen. De resistentie wordt definitief en blijft bestaan in wat men treffend aanduidt met compenserende evolutie, ook al gaan artsen minder antibiotica voorschrijven aan hun patinten. Dan is het zeg maar te laat om de uitbreiding van resistente bacterin en schimmels nog tegen te gaan.

* Prof. Rolf Hoekstra, Laboratorium voor Erfelijkheidsleer, Wageningen UR, Genetische evolutie: waar gaat dat heen? 3 februari 2009. Prof. Rolf Hoekstra noemt deze strijd zelfs een wapenwedloop tussen de culturele evolutie en de biologische evolutie. Hij wijst er ook op dat de snelheid waarmee bacterin zich kunnen aanpassen aan antibiotica en resistentie ontwikkelen, veel sneller gaat dan waarop ons menselijke immuunsysteem resistent is tegen bijvoorbeeld Aids (een virus, geen bacterie), een resistentie die wel honderd of misschien wel duizend jaar duurt. In de tijd waar de pest dood en verderf zaaide heeft de natuurlijke menselijke resistentie tegen deze ziekte maar een heel klein deel van de bewoners in Europa (10 tot 14%) een overlevings-voordeel opgeleverd.

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

Potentiren De kern van de homeopathie is dat de arts zijn geneesmiddel bereidt door de geneeskrachtige substantie eerst te potentiren of te dynamiseren door de opgeloste stof in water krachtig te schudden. Daarna wordt een deel gesoleerd en vervolgens schudt hij dit verdunde deel opnieuw. In dit ritmiseren 'verdwijnt' de substantie en zullen we na een reeks van 'verdunningen' in het water geen werkzame stof meer aantreffen. Dat laatste tenminste zoals het proces er van buiten af uitziet als we uitgaan van de moleculaire biologie. Als we een stof blijven verdunnen met water of alcohol, passeren we na verloop van tijd een bepaalde grens het getal van Avogadro zodat voorbij dit nulpunt alle werkzame moleculen zijn verdwenen. Alchemie en het Orakel van Delphi Interessant is dat dit stapsgewijs potentiren al bekend was bij alchemisten, een soort voorlopers van de homeopathie. De kunst van het potentiren kunnen we terugvinden bij de alchemist Paracelsus (1493-1541), lang vrdat Hahnemann dit principe had bekend gemaakt in zijn Organon van de Geneeskunde. Paracelsus publiceerde zijn ideen in de Tractatus aureus van Hermes Trismegistos (1566) die op haar beurt weer teruggaat op een geschrift van de arabische arts en alchemist Gabir ibn Hayyan die in de 9e eeuw na Christus leefde aan het hof van de beroemde kalief Harun al Rachid1. De antroposofische arts Gisbert Huseman gaat nog verder terug en vertelt over de genezing van Telephos die gewond was geraakt door de speer van Achilles2. De wond wilde niet genezen en daarom raadpleegde Telephos het Orakel van Delphi dat gewijd was aan de god Apollo. Het Orakel vertelde hem dat hij genezen kon worden door dezelfde speer die hem had verwond (similia similibus curantur). De slimme Odysseus kwam toen op het idee om de roest van de speerpunt te schrapen en dit in de wond van Telophos aan te brengen. De werkelijke bereiding van het geneesmiddel heeft er misschien anders uitgezien maar het ijzer van de speer genas de wond van Telephos. Dit zou laten zien dat het similia-principe misschien al 800 jaar vr Christus bekend was in de Mysterie-school van Delphi. Werkzame deeltjes? De grote vraag is hoe wij de homeopathie of de alchemie kunnen begrijpen omdat haar principes volkomen in strijd lijken zijn met de gangbare wetenschap. De moleculaire biologie zal de homeopathie altijd blijven afwijzen omdat de homeopathie zich niet tegen de bacterie richt. Ook op internet zien we voor en tegenstanders elkaar bestrijden, meestal een woordenstrijd die al tientallen jaren aan de gang is. De kritiek op de homeopathie spits zich toe op de opvatting dat een stof is opgebouwd uit atomen en moleculen (een soort Legoblokjes) en een geneeskrachtige stof met l haar kwaliteiten is te herleiden tot deze 'werkzame atomen en moleculen'. Verdunnen en potentiren voorbij een bepaald nulpunt leidt dan letterlijk tot niets. Dat klinkt heel overtuigend en ik zal zonder meer toegeven dat deze opvatting bepaald niet eenvoudig is te weerleggen. Het bereiden van een geneesmiddel door deze te potentiren gaat in tegen het gezonde verstand. Maar tegelijk denk ik dat deze opvatting teruggaat op de klassieke mechanica van vr de kwantumfysica en in feite in strijd is met de moderne wetenschap van n 1925 zoals die is ontwikkeld door natuurkundigen als Niels Bohr, Werner Heisen-

1) Willem Daems, Was sind potenzierte Heilmittel?, Verlag Freies Geistesleben Stuttgart, 1993. 2) Gisbert Husemann, Sinnesleben Seelenwesen und Kranheitsbild, Verlag Freies Geistesleben Stuttgart, 1998

Sybille, Delphi

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

berg en Ernst Pauli. Vooral het naef en hardnekkig negeren van de bestaande bewijzen voor de homeopathie, kan alleen ophouden als mensen de homeopathie begrijpen. Want als we iets niet begrijpen, willen we het niet zien. Paracelsus Als eerste stap kunnen we de opmerking van Paracelsus serieus nemen waar hij in de Tractatus aureus zegt dat potentiren een stof tot leven brengt. Een geritmiseerd geneesmiddel is dus alleen werkzaam binnen ons lichaam, niet in een petrischaal waarin een bacteriekweek zich bevindt. Dat levert dus al meteen grote bewijsproblemen op, want de bacterie lijkt zich buiten het lichaam niets aan te trekken van het geneesmiddel. Oppervlakkig gezien lijkt het er ook op dat een chemische reactie buiten het lichaam in een petrischaal op dezelfde manier verloopt als een chemische reactie in ons lichaam. Is dat echt zo? Hoe ziet dat er er uit als bijvoorbeeld ijzer met zuurstof reageert? Oxidatie of oxigenatie? Een klein voorbeeld van de arts Friedward Husemann over hoe ons menselijk organisme zich verhoudt tot een chemische reactie, laat het verschil zien. Zo zien we dat buiten in de natuur ijzer met zuurstof kan reageren tot ijzeroxide. Dit heet oxidatie zoals we dat kennen bij de roestige speer van Achilles. Ook in de rode bloedcellen in ons lichaam vinden we ijzer (hemoglobine). Dat ijzer verbindt zich met de zuurstof afkomstig uit de longen. Dit is echter een losse chemische binding waar het slagaderlijk bloed de zuurstof meteen afgeeft aan de rest van het lichaam. De longen en het hart werken hierbij samen in een levend ritme. Dit terughouden of vertragen van de chemische reactie in de hemoglobine, heet niet oxidatie maar oxigenatie en is een algemeen kenmerk van leven. (Dit is gewoon gangbare wetenschap.) Pas bij het inademen van het giftige koolmonoxide ontstaat in ons lichaam de neiging tot oxidatie (in de stof methemoglobine) zoals we dat in de dode natuur kennen. Door het aanwezige koolmonoxide staat de ijzerkern in de rode bloedcel de zuurstof niet meer af aan het lichaam, waarna door verstikking de dood intreedt. Vergiftiging is hier dus een terugvallen van het levende naar de levenloze natuur zoals we dat buten ons organisme kennen, waarbij het ritmische verbinden en loslaten van de zuurstof is verbroken. Als onze rode bloedcellen sterven, lijken zij te veranderen in de roestende speer van Achilles. Chemische reacties kunnen in ons lichaam ook sneller verlopen. Dit vindt plaats door enzymen (een soort eiwitten) waardoor chemische reacties wel tot duizend keer kunnen worden versneld. We zien dus dat de wetten van de chemie zowel buiten als in ons lichaam hetzelfde zijn. Maar er is ook een verschil, een werkzaam principe dat er boven uitstijgt. De levende mens is gemancipeerd van de dode chemische natuur. In ons levende lichaam treedt de tijd actief op als heersende kracht over de chemie (vertragen en versnellen). Dit is geen vage mystiek, want een moleculair bioloog zal moeten toegeven dat dit hogere principe niet in strijd is met de wetten van chemie. De chemische reactie tussen ijzer en zuurstof wordt opgenomen en beheerst in een functioneel ritmisch geheel van de longen die de zuurstof opnemen, het bloed en bijvoorbeeld de spieren waar het ijzer de zuurstof weer loslaat. Een starre chemische reactie die gesoleerd buiten ons lichaam plaatsvindt, verschilt dus we-

Rode bloedcellen

terug naar boven

Mocht u willen reageren op dit artikel en/of heeft u vragen, op- en aanmerkingen en/of toevoegingen, dan kunt u die mailen naar: info@aardespiegel.nu.

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

zenlijk van de chemie die binnen de context van een ritmische ademhaling in de mens plaatsvindt. Paracelsus heeft op dit punt gelijk. De volgende vraag is echter waaraan een geneesmiddel, die door potentiren en verdunnen voorbij een nulpunt wordt gebracht, zijn geneeskrachtige werking ontleent. Wat is dat principe dat boven de levenloze chemie uitstijgt? wordt vervolgd Stephan Geuljans

Filosoof of alchemist?
door Evelien Nijeboer

Rembrandt van Rijn (1606 of 1607 - 1662), de filosoof

Afgelopen jaar zag ik dit relatief kleine werkje van Rembrandt in het Louvre. Het viel op, omdat er veel meer op leek te staan dan dat er op stond. Alleen de trap al: die heeft precies de vorm van een doorsnee menselijke ruggengraat. Een slang misschien, die op haar eigen wijze met het licht omgaat. Bovenaan de trap is het donker, en beneden licht. Alsof het licht door de trap van boven is weg gehaald, en beneden neergelegd. Voor de voeten van de filosoof. Twee soorten licht zijn er in dit werk: het heldere, koude daglicht, en het warme licht van het vuur. Het lijkt wel een alchemistisch traktaat, over licht en duisternis, licht en warmte, kennis en wijsheid, over alchemie zelf. De filosoof zit passief in het heldere daglicht, en kijkt hoe het op de grond valt. Achter hem, laag bij de grond, is nog een deurtje: een wereld die donker is, terwijl er toch vol het daglicht op staat. Zijn contact met boven is evident, daar komt immers het licht vandaan. Maar de bron ervan ligt buiten zijn kamer, en bovendien kijkt hij naar de vloer. De vrouw bij het vuur lijkt in een omgekeerde wereld te wonen. Zij is actief, en wordt van onderaf belicht. Precies waar het bij haar licht is, is het bij de filosoof donker, en andersom. Zij staat lager dan hem, maar dichterbij haar bron van licht. De linker- en de rechterkant van dit schilderij zijn in alle opzichten tegengesteld, maar komen in wisselwerking, door de slingerende trapleuning en de dynamiek van de compositie. Bovendien worden ze overkoepeld door n gezamenlijk rond gewelf, waar ook de trap vandaan komt. Je zou kunnen zeggen dat

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

de trap de hoofdpersoon is in dit werk, want zij bemiddelt de wisselwerking tussen de twee leefwerelden links en rechts. Die verbeelden voor mijn gevoel verschillende psychische leefgebieden: het heldere hoofd en het stille creatieve vuur, kunst en wetenschap, tussen welke de wisselwerking zo belangrijk is. Zou dit dan de Goetheaanse vorm van alchemie zijn? Er zijn ook verschillende soorten duisternis in het werk: in de rechterkant van het schilderij maakt de duisternis deel uit van de binnenwereld. De vrouw leeft erin en is er thuis, het is hr duisternis. De filosoof heeft die verbinding niet: hij leeft in het licht, en de duisternis dient vooral om te zorgen dat hij niet gaat zweven. Heel zijn ruimte is verlicht en in dat licht leeft hij. De duisternis is functioneel, maar hij heeft er weinig contact mee, zeker niet met de duisternis buiten het gewelf. Die wordt daardoor toch wat onkenbaar, misschien wel een beetje eng. Zoiets geeft te denken, nietwaar. Ik heb nu veel gezegd, en toch heb ik het gevoel dat ik lang niet alles gezegd heb. Het is alsof Rembrandt subtiel duidelijk maakt, dat kunstenaars ook zo hun kennis hebben. Hoe dan ook, ik ken weinig kunstwerken die zo rijk zijn als deze. Evelien Nijeboer

Scholingswegen (deel 1)
door Jac Hielema

Deze poster de brede weg en de smalle weg hing vroeger bij mij thuis op de wc.

vragen die de actualiteit mij stelt Graag zou ik in De Aardespiegel ervaringen en inzichten willen uitwisselen met betrekking tot het gaan van een innerlijke scholingsweg. Gewoon om van elkaar te leren. Tegelijkertijd vind ik het moeilijk om hierover te schrijven, omdat ik het eng vind,

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

Misdaad levert duizenden miljarden op Misdaad heeft in 2009 wereldwijd maar liefst 2,1 biljoen dollar opgebracht, omgerekend ongeveer 1500 miljard euro. Dat is bijna 4 procent van de wereldeconomie, lees ik in een bericht van 26 oktober op nu.nl. Vooral de handel in drugs levert veel op. Dat blijkt uit een onderzoek dat de VNorganisatie tegen misdaad Unodc dinsdag 25 oktober heeft gepresenteerd. Criminelen proberen het grootste gedeelte van de misdaadopbrengsten wit te wassen. Autoriteiten slagen er nauwelijks in dat tegen te gaan. Stel dat we de handel in drugs zouden legaliseren, dan zou de misdaad opeens veel minder opbrengen. En omgekeerd: als we de handel in wapens zouden verbieden, dan zou de misdaad juist weer veel meer opbrengen. Maar als we de criminele handel in kapitaal, arbeid en natuur zouden verbieden, dan zou opeens 97% van de wereldeconomie misdadig zijn. Jac Hielema

omdat ik me dan kwetsbaar opstel en me ook zo voel, omdat er een taboe op lijkt te rusten. Ik kan alleen maar voor mezelf spreken. Toch doe ik het, omdat toch iemand die onderwerpen eens moet aansnijden; we kunnen er niet altijd omheen blijven draaien. Bovendien dringen we zo mijns inziens niet alleen door tot de essentie van het menszijn, maar ook tot werkelijke vragen die de actualiteit aan ons stelt, namelijk: willen we een samenleving waarin we ruimte scheppen voor elkaar om steeds meer mens te zijn of willen we van de samenleving een soort arena maken waarin we steeds beestachtiger vechten om het meeste, het mooiste, het grootste enzovoorts. Kortom: willen we elkaar mogelijk of onmogelijk maken? Als antroposoof wil ik vanzelfsprekend mezelf en anderen mogelijk maken. Wil ik dat echt? Ja, ik wil voor mezelf en voor anderen de voorwaarden scheppen waarin we steeds meer mens kunnen zijn. Daarin verschil ik niet eens zoveel van andere betrokken en toegewijde mensen die zich niet antroposoof noemen. Als antroposoof heb ik misschien wel een extra verantwoordelijkheid, omdat Rudolf Steiner mij aanwijzingen heeft gegeven die me helpen om vanuit liefde en in waarheid die voorwaarden te scheppen. Veel mensen zien in dat ideen van een betere samenleving of een betere mens niet door middel van geweld aan anderen kunnen worden opgelegd, maar hebben er verder geen idee van hoe die ideen dan wel tot verwerkelijking kunnen komen. Rudolf Steiner gaf aanwijzingen hoe ik de ontwikkeling van mezelf tot een beter mens in eigen handen kan nemen en hoe ik mijn relaties met anderen liefdevoller en waarachtiger kan aangaan en verzorgen. aanwijzingen van Rudolf Steiner Enerzijds ga ik op basis van de aanwijzingen van Rudolf Steiner een innerlijke scholingsweg, anderzijds verzorg ik op basis van zijn aanwijzingen mijn betrekkingen met mijn medemensen, niet alleen mijn directe naasten, maar vooral mijn onbekende en lijdende medemensen elders. Dagelijks vlieg ik gemiddeld zon 4362 keer uit de bocht. En om me heen zie ik heel veel mensen niet eens proberen te werken aan een rechtvaardigere samenleving. Maar ik ga niet over die andere mensen, niet eens over andere mensen die zich antroposoof noemen, ik ga alleen maar over mezelf. Ik vergeef mezelf gemiddeld zon 4362 keer per dag en begin steeds weer op nieuw. Welke aanwijzingen geeft Rudolf Steiner om de innerlijke ontwikkeling in eigen handen te nemen? In het eerste hoofdstuk van De weg tot inzicht in hogere werelden geeft hij er drie. Die zou ik in dit kader nader willen onderzoeken. De eerste aanwijzing of richtlijn is: ontwikkel eerbied en liefde voor de waarheid. ontwikkel eerbied en liefde voor de waarheid We leven in een tijd waarin het bestaan van de waarheid in twijfel wordt getrokken. Terecht, denk ik. Niemand, ik niet, Rudolf Steiner niet en zelfs Jezus niet, heeft de waarheid in pacht. Er zijn ook heel veel mensen die de waarheid gewoon ontkennen, die zeggen dat er geen waarheid is of in ieder geval niet n waarheid. Ze zeggen dat iedereen zijn of haar eigen waarheid heeft. Maar als iedereen zijn of haar eigen waarheid heeft, dan is er mijns inziens eigenlijk geen waarheid. Misschien ervaart iedereen slechts zijn of haar deel van die ene waarheid? Het is misschien 21 jaar geleden dat ik voor het eerst De weg tot inzicht in hogere werelden van Rudolf Steiner las en me voor het eerst bewust voornam om eerbied en liefde voor de

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

Massale vechtpartij in Rotterdam Tijdens een feest in de Maassilo in Rotterdam brak vannacht een massale vechtpartij uit waarbij 9 mensen gewond raakten. Eerst probeerde de beveiliging de groepen nog uit elkaar te houden. Maar toen dat niet lukte, werd de politie erbij gehaald. Van de negen gewonden zijn er zes naar het ziekenhuis gebracht. Ze hadden snijwonden, vermoedelijk door glas dat bij de vechtpartij werd gegooid. En gewonde had een slagaderlijke bloeding. De Rotterdamse politie heeft niemand gearresteerd. Waarom vliegen we elkaar voortdurend weer in de haren? Leren we dan niets van Shakespears Romeo en Julia of Bernsteins West Side Story? Het was toch feest? Jac Hielema

waarheid te ontwikkelen, maar pas sinds een jaar of twee, drie heb ik een gevoel van wat de waarheid is en hoe ik die lief kan hebben, zoals ik ook geliefden lief heb. De waarheid begrijp ik niet als een canon van regels, die ik kan leren en die voor eens en voor altijd waar zijn. De waarheid is ook niet alles wat Rudolf Steiner gezegd heeft, wat in de bijbel staat of een ander heilig boek. De waarheid is niet iets dwingends, iets waar ik aan dien te gehoorzamen of waar ik me tegen kan verzetten, nee, de waarheid heb ik leren ervaren als iets wat leeft en zich ontwikkelt. De waarheid bevrijdt me, is liefdevol en vol vertrouwen, het vergeeft me als ik uit de bocht vlieg en glimlacht me bemoedigend toe als ik het weer opnieuw probeer. De waarheid raakt me en ontroert me, maakt me aan het lachen en aan het huilen, de waarheid troost me. Ik ben de weg, de waarheid en het leven. En ik prijs me gelukkig dat ik af en toe de directe aanwezigheid van de waarheid, van Christus, mag ervaren. Maar ook al beleef ik Zijn aanwezigheid maar af en toe, ik weet dat Hij er altijd is en in elke situatie, als ik s ochtends wakker word en me klaar maak voor de dag, mijn kinderen wek en met hen ontbijt, als ik mijn werk doe, boodschappen doe of kook, als ik samen met mijn zoon op de tribune van een voetbalstadion zit en naar een voetbalwedstrijd kijk of met mijn vriendin wandel door een bos of als ik ruzie zoek of juist vrede. Judith von Halle formuleerde de aanwezigheid van Christus in n van haar boeken zo: Hij dringt zich niet aan mij op, Hij probeert mij niet voor Hem te winnen. Hij stelt geen voorwaarden op grond van redelijke argumenten; Hij doet me niet geloven dat ik heel wat ben. Hij staat daar slechts, alleen, als een manend liefhebbend geweten, ernstig en stil, en toont pas Zijn volle schoonheid als ik me uit vrije wil tot Hem wend. Ook weet ik dat Hij niet alleen altijd en in elke situatie bij mij is, maar ook bij ieder ander mens. Het is daarom niet mijn taak om anderen te analyseren, te redden of te verbeteren, maar om hen lief te hebben. Zoals ik innerlijk eerbied en liefde oefen voor de waarheid, oefen ik uiterlijk eerbied en liefde voor de ander. Eigenlijk is er geen onderscheid tussen innerlijk en uiterlijk. Intussen begrijp ik de eerste aanwijzing van Rudolf Steiner zo dat ik minimaal twee momenten per dag de tijd neem om me de aanwezigheid van de waarheid bewust te maken en me uit vrije wil tot Hem te wenden met alle vraagstukken en zorgen die ik heb. De rest van de tijd vervul ik zo goed mogelijk de in overleg met Hem gestelde levensdoelen. ontwikkel een rijk innerlijk leven En dan kom ik nu op de tweede aanwijzing die Rudolf Steiner in De weg tot inzicht in hogere werelden geeft: ontwikkel een rijk innerlijk leven. Sinds ik me minimaal tweemaal daags (als een geneesmiddel) de aanwezigheid van Christus bewust maak en met Hem communiceer, is het niet zo moeilijk om een rijk innerlijk leven te ontwikkelen. Mijn uiterlijk leven beperkt zich meer en meer tot het verzorgen van de betrekkingen met mijn medemensen er is uiterlijk eigenlijk niets meer nastrevenswaardig, behalve het liefdevolle verzorgen van ware betrekkingen met mijn medemensen. Innerlijk daarentegen wordt het leven steeds rijker, want behalve de aanwezigheid van Christus, neem ik innerlijk waar wat ik tot nu toe van mezelf heb gemaakt. En dat is nou niet direct iets of iemand om trots op te zijn. Ik ben me pijnlijk bewust van mijn onvolkomenheden, van de behoeften waar ik me voor schaam, van de slechte gedachten die ik

10

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

2005 YU55 scheert langs Vannacht om 00.28 uur scheert de asterode '2005 YU55' op een afstand van 300.000 kilometer langs de aarde, dat is dichterbij dan de maan. De asterode heeft een diameter van 400 meter, de grootte van een vliegdekschip en is niet met het blote oog te zien. Maar met een telescoop is hij vanaf het noordelijke halfrond te volgen. Volgens de gangbare wetenschap zijn asterodes niets meer en niets minder dan grote brokken steen, maar hoe kun je ze vanuit de antroposofie begrijpen? Waar komen ze vandaan? Waar gaan ze naartoe? Wat is de zin van een aterode? Jac Hielema

heb. Kortom: ik vind mezelf niet altijd zo leuk om mee samen te leven. Tijdens de momenten dat ik me innerlijk richt tot Christus, kijk ik ook zo goed mogelijk naar mezelf, d.w.z. naar wat ik tot nu toe van mezelf heb gemaakt. Ik kijk ernaar zonder mezelf te veroordelen, zonder mezelf te willen redden, verbeteren of analyseren. Ik leer mezelf liefhebben. Een innerlijke scholingsweg gaan is eigenlijk kinderlijk eenvoudig; je hoeft namelijk helemaal niets te doen, alleen maar naar jezelf leren kijken en jezelf leren liefhebben. Zo wordt het steeds makkelijker om met mezelf samen te leven, en hoef ik naar buiten toe steeds minder te compenseren; ik hoef niets meer van anderen ook hen kan ik steeds beter accepteren en liefhebben. Ik begrijp hun angsten, hun woede en hun verdriet. En ik begrijp dat als het mij steeds beter lukt om gewoon te doen waar ik van houd, ik tegelijkertijd de ruimte schep voor hen om te doen waar zij van houden. Al oefenend wordt mijn innerlijk leven nog rijker, want naarmate het me lukt om mijn betrekkingen met mijn medemensen liefdevoller te verzorgen, leef ik met de innerlijke gestalten van mijn kinderen, mijn vrienden en vriendinnen, van de mensen die me dierbaar zijn, maar ook van de mensen aan wie ik een gruwelijke hekel heb, die ik niet kan volgen. Van al die mensen, dood of levend, ervaar ik regelmatig hun innerlijke gestalten, ik hoef ze niet per s live te zien om te zien hoe het met hen gaat, of ze gelukkig zijn of verdrietig, even extra ondersteuning nodig hebben of dat er juist grenzen gesteld dienen te worden. Het uiterlijke boodschappen doen, eten koken en gezamenlijk de maaltijd gebruiken en het innerlijke verzorgen van al die mensen die het me mogelijk maken om berhaupt zulk lekker eten te kunnen kopen, koken en gebruiken, vallen meer en meer samen. Er is eigenlijk geen verschil tussen innerlijk en uiterlijk. de vrije wil van de ander En dan kom ik nu toe aan de voorlopig laatste aanwijzing die Rudolf Steiner geeft in zijn De weg tot inzicht in hogere werelden voor hen die een antroposofische scholingsweg willen gaan: richt al uw woorden en daden zo in dat u nimmer ingrijpt in de vrije wil van de ander. Deze waar te nemen richtlijn, zo stelt Rudolf Steiner, is nodig om innerlijke rust te verwerven. Met andere woorden: zodra ik dwingend spreek of handel, ontstaat er onrust en verlies ik mijn verbinding met de waarheid en verarmt mijn innerlijk leven. De innerlijke gestalten met wie ik leef, vervagen en ik zie alleen nog de uiterlijke mensen. Zodra ik dwingend spreek of handel (en dat doe ik gemiddeld zon 4362 keer per dag) val ik uit de liefde en kom ik in de angst en controle. De wereld wordt dan plat en leeg, ik word bozig en gerriteerd en de ander ervaar ik als lastig en dom. vragen Waarom wil ik eigenlijk het thema scholingswegen aansnijden? Omdat Ivar Rmer mij de volgende vragen stelde: Beste Jac, Jij hebt wel eens verteld dat je niet begrijpt hoe antroposofen enerzijds integer een scholingsweg gaan en anderzijds een hypotheek nemen, pensioen- en andere premies betalen en in loondienst werken. Ik voel me aangesproken omdat ik ook een

11

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

Zorg voor later veroorzaakt honger nu Volgens de Wereldbank leden door de voedselspeculaties in 2007 en 2008 zo'n 100 miljoen extra mensen honger. Ook Nederlandse verzekeraars en pensioenfondsen speculeren met voedsel. Om die reden roept Foodwatch, dat onlangs een rapport publiceerde over de speculatie in voedselgewassen, banken en pensioenfondsen op om niet in voedsel te speculeren. Met name bestuursvoorzitter Josef Ackermann van de Deutsche Bank wordt opgeroepen de voedselspeculatie door zijn bank te stoppen. Hij is namelijk ook voorzitter van het International Institute of Finance (IIF), de (lobby-)organisatie van 's werelds 420 grootste commercile en investeringsbanken en verzekeraars. Wie gelooft serieus dat het opzij leggen van geld een rustige oude dag verzekert als het nu honger en dood creert? Jac Hielema met dank aan Ro Naastepad rapport: Foodwatch (2011) The Hunger Makers. How Deutsche Bank, Goldman Sachs and Other Financial Institutions Are Speculating with Food at the Expense of the Poorest. link: artikel.

scholingsweg ga en een hypotheek heb en pensioenpremies betaal. Ik begrijp echter niet waarom dit fout is. Kun je me dat uitleggen? In relatie hiertoe begrijp ik ook niet hoe je het ziet dat jijzelf momenteel een uitkering geniet (hoewel ik weet dat je je best doet om daar uit te komen) die toch betaald wordt door de premies en belastingen die ik als loondiener afdraag? En hoe zit het bijvoorbeeld met het huurhuis waar je in woont? En de eventuele huursubsidies die je ontvangt? Het huurhuis wordt toch ook betaald door huurbazen die misschien zelf weer hypotheken op de huizen hebben? Hartelijke groet, Ivar Rmer Om deze vragen te kunnen beantwoorden, vind ik dat deze inleiding nodig is. De volgende keer ga ik op de vragen in. Jac Hielema

OORZAKEN VAN DE FINANCILE CRISIS (deel 1)


door Ro Naastepad

* Dit stuk bespreekt alleen normale, economisch gerechtvaardigde kapitaalvorming. Het gaat niet in op het monetaristische beleid van de afgelopen dertig jaar, dat een overvloed aan kapitaal (besparingen) heeft gecreerd door, met name in landen als de VS en het Groot Brittanni zon 10-15% van het nationale inkomen weg te sluizen van de onderste 90% naar de rijkste 1%. Dit soort kapitaalvorming heeft geen economische basis, maar is het gevolg van machtspolitiek. Doordat de 1% rijksten dit geld niet nodig hadden voor hun levensonderhoud, zijn ze ermee aan het speculeren gegaan. Dit is een van de belangrijkste oorzaken van de huidige financile crisis.

Financiert kapitaal de mens of de mens het kapitaal? Kapitaal* raakt steeds losser van de menselijke gemeenschap. Bewustzijn van dit feit groeit met als gevolg bewegingen als Occupy Wall Street. Hoe kunnen we kapitaal weer met de samenleving verbinden? Het is belangrijk om het probleem zo precies mogelijk te stellen. Kapitaal raakt voortdurend los van de economie. Dat is op zich niet vreemd of onnatuurlijk; het ligt in de aard van kapitaalvorming. De vraag is, of dit uit-de-economie-losgemaakt of bevrijd kapitaal zich opnieuw met de samenleving verbindt. Laten we eerst kijken naar hoe kapitaal ontstaat. steeds grotere arbeidsproductiecapaciteit Een opmerkelijke eigenschap van het voorzien in de materile behoeften van de mens is dat de mens voortdurend probeert om de vereiste goederen en diensten met behulp van steeds minder fysieke arbeid te produceren. Het menselijke intellect denkt

link: Occupy in Nederland link: Occupy in de Verenigde Staten link: Occupy radio

12

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

Over een jaar Over een jaar zijn er weer verkiezingen in de Verenigde Staten van Amerika. Dan neemt een republikeinse kandidaat het op tegen de huidige president Obama. Wie? Vannacht presenteerden de republikeinse kandidaten zich tijdens een eerste tv debat. De media melden het. Maar zoals gebruikelijk in de media, zo lijkt het wel, worden de kandidaten niet gedegen voorgesteld, zodat je een beeld krijgt van het geheel, nee, er wordt slechts een detail uitgelicht, een blunder van n van de kandidaten in dit geval, een nietszeggend detail dat de aandacht van het geheel afleidt. Misschien omdat het geheel een poppenkast is? John Perry zei dat hij drie federale ministeries wil opheffen, maar op de herhaalde vraag welke dat zijn, kon hij er maar twee noemen: Handel en Onderwijs. Pas zo'n vijftien minuten later herinnerde Perry zich dat hij ook het ministerie van Energie wil opdoeken. Aan het Republikeinse debat deden onder anderen ook Mitt Romney, Herman Cain en Ron Paul mee. Ron Paul zal hoogstwaarschijnlijk niet door de voorronden komen, het eerste wat hij zou willen doen als hij president zou worden, is de Fed, de Amerikaanse centrale bank, afschaffen. Jac Hielema

alsmaar nieuwe manieren uit om fysiek werk te verminderen door (i) de reorganisatie van arbeid en (ii) technische ontwikkeling gericht op het besparen van arbeid, vooral fysieke arbeid. Enorme hoeveelheden menselijke denkkracht worden gewijd aan het uitvinden van alsmaar slimmere manieren om in de levensbehoeften te voorzien. De voortdurende pogingen om de hoeveelheid arbeid te verminderen zijn zichtbaar in een enorme uitbreiding van machines en apparatuur, met als gevolg een continue stijging van de arbeidsproductiviteit. In moderne kapitalistische economien groeit de arbeidsproductiviteit de hoeveelheid goederen en diensten die een eenheid arbeid kan produceren gemiddeld met zon twee procent per jaar. (Omgekeerd: de hoeveelheid arbeid benodigd om een eenheid productie te vervaardigen daalt met gemiddeld twee procent per jaar.) De voortdurende stijging van de arbeidsproductiviteit bevrijdt mensen van de noodzaak om te werken. Als de productiviteit stijgt, kan dezelfde hoeveelheid arbeid meer goederen en diensten produceren, of dezelfde hoeveelheid goederen en diensten wordt geproduceerd met minder arbeid. Dit wordt genoemd het productiviteitsdividend. nieuwe bestemming in het leven Productiviteitsgroei bevrijdt niet alleen mensen van werk hetgeen hen in staat stelt om nieuwe bestemmingen in het leven te vinden; het bevrijdt ook kapitaal uit zijn huidige aanwending en maakt het mogelijk dit kapitaal een nieuwe bestemming te geven. Productiviteitsgroei genereert vrij kapitaal. Want de extra (productiviteitsverhogende) machines die worden ingezet sparen niet alleen arbeid uit, maar ook het geld dat aan deze arbeid werd besteed. Dit geld (na aftrek van de kosten van de nieuwe machines) is nu vrij om naar een nieuwe bestemming te gaan. Nu zijn er twee mogelijkheden. Een ware economie een economie zoals deze bedoeld is is gericht op het voorzien in de goederen en diensten die het mensen mogelijk maken te leven en zich te ontwikkelen. Een gezonde economie genereert voldoende goederen om het leven van ieder mens op aarde mogelijk te maken, n stelt iedere mens in staat om zich te ontwikkelen door middel van participatie in de samenleving. In een gezonde economie fungeert kapitaal zoals bloed in het menselijk organisme. Bloed stroomt door het organisme om de functie van ieder orgaan mogelijk te maken. Het stroomt bijvoorbeeld naar het hoofd om mogelijk te maken wat het hoofd produceert. Net zo stroomt, in een gezonde, ware economie, kapitaal naar mensen opdat een diversiteit van menselijke talenten en karakters tot ontwikkeling kan komen. Dankzij deze activiteiten lost kapitaal op het krijgt de vorm van goederen en diensten en is niet langer kapitaal. Kapitaal is dienstbaar aan de samenleving. winstmaximalisering in tegenstelling tot menselijke ontwikkelingsmaximalisering In ons huidige economische stelsel echter is de kracht die de inzet van kapitaal drijft niet de diversiteit aan menselijke talenten en karakters, maar: winstmaximalisering. De gangbare economische theorie zegt dat dit principe kapitaal automatisch doet vloeien naar plekken waar het t meest nodig is. De hoogste winsten namelijk zullen daar worden behaald, waar de grootste vraag is naar een product. Als dit klopt, dan is het nog niet zo gek om kapitaal te

13

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

laten leiden door winstmaximalisering. In werkelijkheid echter blijkt dat kapitaal niet doet wat economische theorie veronderstelt. Kapitaal dat onder bewind staat van financieel rendement richt zich niet op de gezondheid van de sociaal-economische constellatie als geheel. In de periode voorafgaand aan de crisis bijvoorbeeld de opmaat tot de huidige crisis waren winstvoeten aan de rele kant van de economie bepaald niet laag: gemiddeld 4,5 procent in de jaren 1980 en 9,4 procent in de jaren 1990. Maar dit was toch nog minder dan de rendementen van respectievelijk 11,6 en 14,7 procent die werden behaald in de financile markten. Kapitaal dat (zoals economische theorie voorschrijft) wordt geleid door financieel rendement, stroomt dan niet naar de rele kant van de economie om zichzelf op te lossen in de productie van goederen en diensten maar poogt zichzelf in stand te houden en te vermeerderen, onafhankelijk van de economie. handel in kapitaal en grond of handel in goederen Financieel kapitaal is belegd in huizen, grond en aandelen. Het is gebruikt om te speculeren op grondstoffen voornamelijk brandstoffen zoals olie en gas, maar ook metalen zoals aluminium, ijzererts, koper en nikkel. In toenemende mate wordt er ook gespeculeerd in landbouwgoederen waarvan wij afhankelijk zijn voor onze dagelijkse overleving, zoals granen (tarwe, rijst, soja, mas) en ook in andere landbouwgewassen (cacao, katoen). Volgens de Wereldbank leden in 2007 en 2008 wereldwijd zon 100 miljoen extra mensen honger als gevolg van de voedselspeculaties door financile instellingen als de Deutsche Bank, Goldman Sachs, Morgan Stanley, evenals vele (ook Nederlandse) verzekeraars en pensioenfondsen. Momenteel wordt in hoog tempo land opgekocht in Afrika en Latijns-Amerika. Dat speculatieve landaankopen het levensonderhoud van velen in gevaar brengt, doet er kennelijk niet toe. Land has become more valuable than the people living on it, zegt Saskia Sassen*. De speculatieve functie van kapitaal drijft de prijzen van grond, huizen, grondstoffen, aandelen, op tot hoogten die normale bedrijfsvoering onmogelijk maken, de consumptie uithollen en het leven van velen in gevaar brengt. De financile crisis laat zien dat het aanstellen van winstmaximalisering als bewindvoerder over kapitaal (zoals de gangbare economische theorie het wil) de rol van kapitaal perverteert: kapitaal financiert niet langer de economie, maar de economie wordt gebruikt om rendementen te verschaffen aan kapitaal. Regulering van de financile sector (de dominante reactie op de financile crisis) zal geen soelaas bieden. De krachten in het marktsysteem zijn zo sterk, dwingend en vindingrijk, dat ze altijd de mazen in het net zullen vinden. De oplossing ligt in het vinden van een nieuw principe dat vrij kapitaal kan leiden van plaatsen waar het ontstaat naar plaatsen waar er de meeste behoefte aan is. De vraag is welk principe dat kan zijn. Beantwoording van deze vraag vergt een gezamenlijk zoeken naar nieuwe grondslagen voor de economie die in overeenstemming zijn met het wezen van de mens en de economie. Ro Naastepad

* Saskia Sassen (2010) A savage sorting of winners and losers: Contemporary versions of primitive accumulation, Globalizations 7 (12) 2350.

14

terug naar boven

In een latere De Aardespiegel zal op de vraag, gesteld aan het eind van dit stuk, nog worden teruggekomen. Maar omdat beantwoording van deze vraag een gezamenlijk bouwen vergt, nodigt de redactie lezers uit om ideen aan te dragen voor mechanismen die kapitaal kunnen geleiden van zijn bron (de plaats waar het ontstaat) naar bestemming (plaatsen waar het nodig is).

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

Crisis en alternatief
Robert Jan Kelder De sociale organica als alternatief De Aardespiegel van 27 oktober besteedde ruim aandacht aan Occupy, met name de manifestatie in Amsterdam, nadat al eerder de landelijke kranten erover berichtten. In zijn wekelijks column in Trouw schreef Rob de Wijk, directeur van het Clingendael Instituut in Den Haag, dat in binnen- en buitenland alle partijen die ooit regeringsverantwoordelijkheid hebben gedragen medeverantwoordelijk zijn voor de ontstane situatie en dat populistische oppositiepartijen bij de Occupy beweging niets te zoeken hebben. Juist op dat punt werd in de eerste week van de manifestatie op de stoepen van het Amsterdamse Beursplein druk gedebatteerd en heb ik als deelnemer geprobeerd de onderliggende redenen voor de machteloosheid van politici en falen van de financile sector duidelijk te maken. Ook poogde ik een alternatief te schetsen in de vorm van de door Rudolf Steiner na het einde van de Eerste Wereldoorlog in midden Europa gelanceerde idee van de driegeleding van het sociale organisme of ook wel de sociale organica (ik blijf uit traditionele en systematische gronden de term sociale in plaats van maatschappelijke organisme hanteren). Aan het einde van mijn betoog verwees ik naar een tekst Crisis en alternatief zingevend recht en rechtvormende zingeving in de sociale organica van Rudolf Steiner van Herbert Witzenmann, die als studiemateriaal van het Willehalm Instituut voor Sociale Organica aan belangstellenden op het plein (ook aan de daar aanwezige verslaggever van De Aardespiegel Joris Boermans) was uitgedeeld en die op de leestafel buiten naast allerlei folders werd neergelegd. (Op een volgend bezoek aan het Beursplein reageerde ik op een notitie met een verzoek aan geleerden om lezingen te houden over politiek en economie, waarover ik nog in gesprek ben.) In dit bestek nu een poging om de hoofdlijnen van dit alomvattende alternatief van de radicaalste aard aan te duiden als een reactie op de uitnodiging van Jac Hielema om stukken te schrijven die zowel publiceerbaar zijn in De Aardespiegel als in te brengen in de gesprekken bij Occupy. nieuwe wetenschap van de wereldeconomie Volgens de nieuwe wetenschap van de wereldeconomie, zoals ontwikkeld door Rudolf Steiner in zijn cursus Wereldeconomie (uitverkocht, heruitgave lang gepland) uit 1922, vormt de hele aarde, als economisch organisme gedacht, het sociale organisme. We zouden vandaag de dag ook kunnen spreken van het milieu of het ecosysteem, dat immers een symbiose is tussen de mensheid en de aarde. Dit sociale organisme wordt gevormd door de drie economische productiefactoren: natuur, arbeid en kapitaal (of geest, daar kapitaal in principe gerealiseerde geest is). Door de toepassing van de factor arbeid op de factor natuur (grondstoffen) ontstaat de ene soort economische waarde; de andere economische waarde wordt gevormd door de toepassing van de factor intelligentie (geest) op de arbeid, waardoor deze

15

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

bespaard dan wel productiever wordt. Door het voortdurend samenwerken van deze twee waardestromingen ontstaat de prijsvorming; rechtvaardige, eerlijke prijzen echter, waardoor de hele globalisering staat of valt, ontstaan evenwel niet door de zogenaamde onzichtbare hand van de vrije markt zoals het (neo)-liberalisme beweert en al helemaal niet door ingrepen van de overheid. Rechtvaardige prijzen en als bijgevolg ook een rechtvaardige verdeling van het nationale inkomen kunnen daarentegen alleen ontstaan door het sturen en bijstellen van de twee waardestromingen door nog op te richten economische associaties: adviesorganen bestaande uit producenten, handelaren en consumenten, dus lieden van organisaties werkzaam binnen het economische leven. Op zon manier kan op basis van de ontstaansvoorwaarden van het sociale organisme een binnen-economisch waardescheppend recht gecreerd worden dat waarlijk aan de eisen van de tijd voldoet. Het politieke spectrum Als je nu kijkt naar het politieke spectrum hier te lande (in andere landen is het niet veel anders), dan zie je over t algemeen dat elk van deze drie productiefactoren zijn eigen politieke stroming en lobby heeft die een deelbelang najagen, groeperingen die elkaar bestrijden en het leven zuur maken en alleen na verkiezingen met veel moeite en gekrakeel tijdelijke verbintenissen aangaan. Zo vertegenwoordigen de VVD en een deel van het CDA hoofdzakelijk het kapitaal, de PvdA en SP staan vooral voor de factor arbeid, en de groene partijen voor de factor natuur. D66 en het andere deel van de CDA liggen daar ergens tussenin, maar vertegenwoordigen idealiter ook niet het algemeen belang, omdat de democratie als gelijkheidsprincipe in zijn beperktheid alleen van toepassing is op het rechtsleven van de staat (politiek) en niet op het culturele leven (kunst, wetenschap en religie), waar eerder het ideaal van vrijheid zijn beslag vindt c.q. dient te vinden en evenmin op het economische leven, dat al veel meer als men beseft op broederschap is gebaseerd vanwege het feit dat door de wereldwijde arbeidsdeling niemand meer, zoals in de middeleeuwen, zichzelf en zijn naasten verzorgt. De PVV met haar hoofdaccent op de bestrijding van de politieke uitwassen van de Islam is eerder een culturele beweging. Geen van alle partijen in het huidige politieke stelsel en het op het egosme gebaseerde neo-liberalisme is dus structureel in staat om, zoals De Wijk ook in zijn column stelt oplossingen te bedenken die het enge nationale belang overstijgen en de Europese Unie als geheel uit het slop te krijgen zonder over hun eigen schaduw te springen. Wat dan wel? Welnu, binnenkort verschijnt het derde en laatst deel van de reeks sociaalorganische studies onder de titel Sociale organica Ideen voor de hervorming van de economie van de filosoof/antroposoof n industrieel Herbert Witzenmann. De sociale organica wordt daarmee nu opgeroepen om uit haar schaduwbestaan te treden en als serieuze kandidaat voor de hervorming van de wereldeconomie het podium te bestijgen. Robert Jan Kelder

16

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

Recensies:
boeken boek: Ilija Trojanov en Juli Zeh (2010) Aanslag op de vrijheid, de veiligheidswaan, de controlestaat en de aantasting van burgerrechten. Breda: De Geus (Oorspronkelijke titel: Angriff auf die Freiheit, verschenen bij Carl Hanser Verlag) Dit boek beschrijft hoe in deze tijd burgerrechten, zelfs constitutionele rechten, worden afgebroken - rechten waarvoor onze voorouders honderden jaren hebben gevochten om ze te verwerven - en dit alles in naam van "de strijd tegen het terrorisme". Voortdurend stellen de auteurs de vraag of de afbraak van rechten werkelijk te maken heeft met het bestrijden van "terrorisme". Ze geven veel voorbeelden en cijfers die deze verklaring onwaarschijnlijk maken. Maar wat is dan wel de verklaring? Tot het eind toe blijft het boek spannend, omdat deze vraag wel gesteld maar nog niet beantwoord wordt. Op het laatst wordt dan toch een verklaring gegeven. De staat beschermt ons niet tegen terroristen, maar zichzelf tegen ons. Na eeuwen van emancipatie bevrijding van de hirarchien van kerk, klasse, sekse en staat heeft de staat nauwelijks nog middelen om ons in van hogerhand gewenste banen te leiden. Wij communiceren met elkaar via internet en organiseren ons via deze weg. We spelen elkaar informatie toe die ons kritisch maakt op beleid. Hierdoor nemen wij niet meer zomaar aan wat de overheid ons voorschotelt. Dit is wat in ons land, in de tijd van de protesten tegen de Mexicaanse griepprik en de HPV vaccinatie, mensen als Ab Klink en Roel Coutinho deed verzuchten dat het internet het voor de overheid onmogelijk maakt om beleid te maken. In Nederland werd de mogelijkheid geopperd om 'banners' te plaatsen op websites die kritische informatie verspreiden. Inmiddels schijnt er een procedure in voorbereiding te zijn die het de regering mogelijk maakt via de officier van justitie (zonder tussenkomst van de rechter) websites uit de lucht te halen. We worden eindelijk zelfstandig denkende mensen en wellicht past dit niet bij een staatsvorm zoals wij die nu nog kennen. Ro Naastepad televisie televisieprogramma: dinsdagavond 8 november, Nederland 2, 19.25 uur. "Heb ik genoeg....?", een kennismaking met antroposofie in het kader van de "maand van de spiritualiteit" bij de KRO. Antroposofie op de televisie, dat riep wel wat enthousiasme in me op, want ik kon me niet heugen wanneer ik voor het laatst iets over de antroposofie vernam in de media. Totdat ik laatst de vergeelde knipsels tegenkwam van een paar columns van Piet Vroon. Piet Vroon, inmiddels overleden, lag voortdurend in de clinch met antroposofie en vooral met antroposofen. Daarvan deed hij dan met grote stelligheid kond in zijn columns. Maar ja, dat was ergens in de jaren tachtig.

Een interessant interview met Juli Zeh in de NRC, is bereikbaar via deze verbinding: link.

17

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

Antroposofie: een feerieke werkelijkheid? De eerste beelden van de weelderige bloementuinen van De Vijfsprong maken duidelijk dat hier niet de intellectuele invalshoek gekozen zal worden. De man die de verslaggeefster, Karin de Groot, ontvangt, beantwoordt haar vragen met het voorstel eerst maar eens rond te lopen over het mooie terrein van de boerderij. "Eerst beleven dan uitleggen. Waarnemen," zo zegt de man, "is de basis van antroposofie." Later in de gesprekjes die ze voert met de medewerkers, komen een aantal antroposofische wijsheden ter sprake. Het gaat om het beleven van samenhang tussen alles. Het gaat om in en met de natuur te zijn. Spiritualiteit is verbinden en de boer legt uit hoe hij dat beleeft in zijn werk. Hoe hij zich persoonlijk verbonden voelt met de bodem en de groei van de gewassen. Hij legt uit wat biologisch-dynamisch betekent. Vandaag is het bloemdag, een andere keer is het worteldag. Dat hangt samen met werkingen uit de kosmos, met de maanstanden. Altijd is er de liefde voor de plant. De boer laat er geen twijfel over bestaan dat hij in deze werkelijkheid van aardskosmische samenhangen leeft. "Hoe hou je dat vol, de hele dag bewust zijn, in verbinding zijn?" vraagt Karin zich af. Op haar logeeradres na de eerste dag, krijgt ze een aanwijzing mee: de terugblikoefening. 's Avonds voor het slapen gaan de dag achterstevoren doornemen. Hoe is de dag verlopen? Het is een oefening voor het scherpen van de waarneming. Je wordt er bewuster van, vertelt iemand haar. De volgende dag terug op de boerderij verzucht Karin dat ze een dubbel gevoel heeft over wat ze te zien en te horen kreeg. Enerzijds komt het haar zo natuurlijk voor, maar anderzijds is de verantwoordelijkheid ook veel van het goede. "Alles klopt zo, maar zakken jullie nou nooit eens onderuit?" Ze doet mee aan een euritmie-oefening. De mensen zwieren in lange kleurige gewaden door de ruimte. Ook hier staat het beleven centraal. Hoe je in de beweging je plaats als wezen tussen kosmos en aarde kunt beleven. Hoe je deze bij elkaar kunt brengen. Nog sterker wordt dit beleven zichtbaar in het verzorgingstehuis waar Karin een oudere vrouw opzoekt wiens man een paar maanden geleden is overleden. Ze vertelt hoe hemels gelukkig ze zich voelt in de (onzichtbare) aanwezigheid van haar man. Hij is nu bezig met de evaluatie van zijn aardeleven en toch is hij heel dichtbij. "Dank je voor de zonnekusjes.", zegt ze tegen hem als ze buiten op een bankje geniet van de zon op haar gezicht. Ontroerend. Als afsluiting van haar bezoek aan de boerderij krijgt Karin van een medewerker een bloem. Een roze-rode Cosmea, een plantje dat zich thuis voelt op de grens van licht en schaduw. Een zogenaamde grensganger, en toepasselijk vind hij, voor een journalist die zich steeds ergens in en uit begeeft. Karin sluit af met de conclusie dat ze een klein schatkistje heeft overgehouden aan haar verkenning. Een schatkistje met mooie kleine dingen en hoe rijk je daarmee kunt zijn. Het programma was duidelijk bedoeld als kennismaking met de antroposofie. Dus niet bedoeld voor iemand als ik die al veel weet van antroposofie. Daarom heb ik iemand die niets van antroposofie weet gevraagd dit programma te bekijken. Is het programma in zijn opzet geslaagd? Ze vertelt dat ze weinig nieuws heeft gehoord, behalve

18

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

over de gewasdagen, de zaai en oogstkalender. Maar verder, deed en wist ze alles al. Door haar jarenlange betrokkenheid en oefening in spiritualiteit - in de ruime zin van het woord - voelde ze alleen maar herkenning. Als kunstenaar leeft ze met de fenomenen van waarnemen-verbinden-kijken. Het kwam haar allemaal sympathiek voor. En dat is wat ik kan beamen. Het programma laat zien hoe de antroposofie enerzijds is ingebed in de huidige stroom van spiritualiteit, maar zich anderzijds ook onderscheidt door het daadwerkelijk gaan van een scholingsweg. Het vergt enerzijds discipline en anderzijds moet je er ook ook lol in hebben zoals een vrouw in het programma zei. Het beeld dat geschetst wordt laat de feerieke kant van de antroposofie zien. Het helpt me om niet te vergeten dat antroposofie behalve controversieel ook gewoon van een geniale, levensechte eenvoud is. Harry Fiegel vakcongressen antroposofen over communicatie Op 4 en 5 november jl. werd de allereerste keer in Duitsland een vakcongres georganiseerd voor woordvoerders, PR-verantwoordelijken n journalisten die berichten over antroposofie, antroposofische instellingen en aanverwanten. Verantwoordelijke voor de organisatie was KoPrA, een informele kring van journalisten en woordvoerders met antroposofische achtergrond, die reeds sinds 1997 tweemaal per jaar samenkomt om van elkaar te leren. Er is voornamelijk in Duitsland de jongste tijd heel wat veranderd in de verhouding tussen de antroposofie en de pers bijvoorbeeld. Waar voorheen de pers ofwel onwetend ofwel negatief over de antroposofie en haar toepassingen berichtte, is dat ten laatste sinds de megatentoonstelling in Wolfsburg van 2010 grondig veranderd. Verder was er de biografie die Helmut Zander van Rudolf Steiner schreef: die is verre van volledig en ze is in menig opzicht voor zware discussie vatbaar, maar ze heeft er wel voor gezorgd dat overal te lande over Rudolf Steiner wordt geschreven, nagedacht, gepraat. Peter Sloterdijk formuleerde het laatst nog erg kernachtig: Steiner is geen goeroe meer, maar een doodgewoon genie. Een heikel punt dat gedurende het hele congres op de voorgrond aanwezig was: de nauwe verbondenheid van (bedrijfs)communicatie met (bedrijfs)leiding. Aangezien echter in vele antroposofische instellingen een horizontaal of toch een niet-hirarchisch organisatiemodel wordt gevolgd, ligt daar een belangrijke vraag: stel dat een vrije school met de pers wil communiceren, moet dat dan gaan over datgene wat de hele schoolgemeenschap van ouders, leraren en schoolleiding beslist heeft, of is enkel de laatste aan zet als het over communicatie gaat? Meteen daarmee verbonden is de rol die communicatie in een organisatie speelt. Communicatie doet een organisatie veranderen, ontwikkelen. Sterker nog: als die organisatie daartoe niet bereid is bewust bereid dan zal die organisatie niet goed kunnen communiceren! Communicatie is immers geen vat vol tips en trucs, maar is een onderdeel van de organisatie en als dusdanig een onderdeel dat meer nog dan andere onderdelen het beleid, het lot en de toekomst van de organisatie mee bepaalt. Tegelijk is het goed te beseffen dat je met communicatie gn interne problemen kunt oplossen hoogstens legt

19

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

communicatie dat soort problemen bloot Nu, begin eenentwintigste eeuw, is Rudolf Steiner tenminste in het Duitse taalgebied in de Europese canon aangekomen. Niemand kan nog om hem heen, en al zeker niet met een schouderophalen of een glimlachje. Dit is het moment dat ook antroposofen opnieuw over hem moeten beginnen spreken, niet met het vererende Herr Doktor van weleer, maar op een nuchtere, zakelijke manier. De hoogst actuele vragen naar meer ethiek en naar een andere economie behoren allebei tot de kernpunten van de antroposofie. Het is een uitdaging maar tegelijk een kans om een taal te vinden waarin het waardevolle van de antroposofie op een begrijpelijke en aantrekkelijke manier kan worden gepresenteerd als een mogelijke weg naar meer menselijkheid. Werner Govaerts

Reacties van lezers:


Het stuk Occupy me! in De Aardespiegel van 3 november lezend, vraag ik me af wat Werner Govaerts de indruk geeft hier van doen te hebben met een groep die passief en verongelijkt hun ongenoegen ten toon spreidt over de tekorten in hun eigen portefeuille? Ten eerste zou ik willen bestrijden dat hier sprake is van passief beschuldigend gedrag uit louter persoonlijke motieven. Uit wat ik verneem uit de manifesten, de media en persberichten, maak ik toch iets heel anders op. Dan begrijp ik dat het hier gaat om een verzet tegen wereldwijde onrechtvaardigheid die zich op vele levensterreinen manifesteert. Dan lees ik over sociale wantoestanden die, vooral in Amerika, diep ingrijpen in de leefomstandigheden van de meerderheid van de burgers. Ook wordt genoemd, het klimaat, de natuur, het gevangeniswezen, de rechtspraak, het oorlog voeren, etc. Op de diverse sites lees ik hoe geprobeerd word gesprekken te voeren, kennis en inzichten te delen, democratische beslissingen te nemen, kortom, hoe men zich inspant om tot een dialoog te komen met elkaar en de elite waartegen ze stelling nemen. Ten tweede zou ik willen bestrijden dat hier sprake is van een groep. Een van de kenmerken van Occupy is juist dat het geen groep is. Het is een samen opgaan van individuen met een gemeenschappelijk doel. Dat Werner Govaerts de beweging dan ook nog indeelt bij het type groep/mens dat passief naar de overheid wijst in de verwachting dat daar de oplossingen vandaan moeten komen, kan ook slechts uiting zijn van een vooringenomenheid. Naast wat ik al genoemd heb in de vorige alinea, is het meest typerende van de beweging juist dat men geen enkel heil meer verwacht van de overheid en de financile instellingen. Dat op zichzelf vind ik de kern van de zaak. Dat men het vals spelen van overheden doorziet. Het is een soort wakker worden uit een droom die een nachtmerrie bleek te zijn. Dat is heel bijzonder, omdat met name in Amerika het geloof in de "american dream" diep geworteld is. Van jongs af aan is het er in gedreund, die grote drie: winst, concurrentie en vrije markt. (Iedere Amerikaan heeft de kans om van loopjongen uit te groeien tot magnaat.) Deze leugen zit er diep in. Dat deze droom tot zo'n omvangrijke massapsychose heeft kunnen leiden, kun je duiden als een groot succes van n van de grootst opgezette propaganda- en marketingprojecten uit de geschie

20

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

denis, vergelijkbaar met die van het nationaal-socialisme, communisme en voor mijn part de jihad. Je kunt de beweging dus ook duiden als een uiting van bewustwording of van emancipatie. Men gelooft niet meer wat hen al decennia lang is in gestampt. Dat op zichzelf is een bevrijding van externe benvloeding. Dus wel degelijk in de zin van het ethisch individualisme die zich losmaakt van aangeleerde opvattingen en overtuigingen. Misschien kun je zeggen dat het een beetje laat is. Je zou mensen kunnen verwijten dat ze niet eerder wakker werden. Maar hoe kan Werner Govaerts weten waar deelnemers aan de beweging hun boodschappen doen, of waar ze hun geld onderbrengen? Of ze wel eens gemediteerd hebben en een artikel geschreven? Heeft hij het gevraagd aan een deelnemende moeder of een vader, aan een student of een werkloze, aan een bejaarde of aan een jongere? Ten derde zou ik willen bestrijden dat je de mensen kunt indelen in grofweg twee groepen. De actieven (zelf doen, aan de slag gaan) en de passieven (aangeleerde hulpeloosheid). Dat is een generalisatie die geen recht doet aan een werkelijkheid die zoveel genuanceerder is. Een generalisatie ook die nooit kan voortkomen uit de serieuze geesteswetenschappelijke onderzoeksjournalistiek waar Werner Govaerts als redacteur van dit blad voor staat. Harry Fiegel

column door Werner Govaerts


Nog iets gehoord uit Libi? Het is al van 20 oktober geleden dat we in de krant nog een voorpaginabericht over Libi mochten lezen toen prijkte op alle covers de foto van de doodgeschoten Khaddafi. Het moest het eindpunt vormen van een maandenlang volgehouden belangstelling van de West-Europese media voor het Noord-Afrikaanse land. Dat aan die belangstelling nu een eind is gekomen, wil niet zeggen dat het daar nu allemaal peis en vree is, daar tussen Tripoli en Sirte. Al was het maar omdat de duizenden doden die de oorlog in Libi heeft gemaakt, nog niet vergeten zijn. Ze moeten nog begraven worden, al die mannen en vrouwen, altijd iemands kind, vaak iemands vader of moeder. Misschien niet letterlijk, maar wel in de geesten van de mensen. De trots die afstraalt van mensen als Sarkozy of De Crem, alsof het hun persoonlijke verdienste is dat de Libische dictator is gevallen, is dubbel en dik misplaatst. De oorlog heeft vl mr geld en middelen gekost dan oorspronkelijk gedacht. Oorlogen kosten altijd meer geld dan gedacht! Dat is al zo sinds Vitnam nog steeds heeft het rijke Westen niets uit de geschiedenis geleerd. Nog meer dan tijdens de oorlog blijkt achteraf ook hier weer dat de aanleidingen vals waren: er was helemaal geen genocide bezig op het Libische volk, zodat het door ons moest gered worden. Er was ook helemaal geen massale opstand tegen Khaddafi, zoals dat in Egypte en Tunesi wel het geval was. En diegenen die wl in opstand kwamen, deden dat niet vreedzaam, zoals in Egypte en Tunesi wel het geval was. Zie verder het uitstekende artikel Dood van Khaddafi: Tien mythes over de oorlog tegen Libi op www.dewereldmorgen.be.

21

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

Het staat ver van mij om een schertsfiguur als Khaddafi te willen verdedigen. Ja, hij was een dictator. Ja, hij was gek. Ja, hij beloog en bedroog zijn land. En andere landen. Enzovoorts. Maar ook: nee, voor mij is dat geen reden om de soevereiniteit van een land zowel via de lucht als via het land te schenden. En nee, voor mij is dat geen reden om zonder enige vorm van proces de man om te brengen. Ik ben daarin wellicht naef, maar het is en blijft desondanks mijn overtuiging: als de Libische bevolking die trouwens verre van een volk vormt! dictator Khaddafi zo lang (42 jaar!) heeft getolereerd, dan was dat omdat de baten hen nog altijd groter leken dan de kosten. Dat was in Egypte en Tunesi heel anders: de bevolking had daar het gevoel helemaal gn baat meer te hebben bij hun leiders. En op zon moment onderneemt een volk actie. In tegenstelling tot vele verwachtingen, gebeurde dat in die islamitische landen dus tamelijk vreedzaam. D hamvraag die zich bij internationale kwesties steeds weer voordoet, is of het noodzakelijk, menselijk, humaan enz. is om in te grijpen in situaties die volgens ons niet door de beugel kunnen, maar die door de bevolking ter plaatse worden getolereerd. Uiteraard kun je dan denken dat die bevolking te machteloos is, of te bang of wat dan ook. Maar omgekeerd, vanuit een heel ander perspectief, zou je bijvoorbeeld ook de Europese bevolking als te bang en te machteloos kunnen beschouwen om iets te ondernemen tegen de almacht die de politici aan de financile speculanten blijven verlenen. Stel je even voor dat een buitenlandse mogendheid ik laat even in het midden welke dat zou kunnen zijn zou beslissen om ons in Europa te komen bevrijden van dat juk! Uiteraard niet met grondtroepen, maar met gerichte bombardementen op de instellingen van de macht (de centrale banken bijvoorbeeld, en de ministeries van financin). Eventueel ondersteund met anonieme elitetroepen die die mogendheid op ons afstuurt, voornamelijk om de overal wel te vinden professionele relschoppers de knepen van het vak te leren en de vuilste zaakjes te laten opknappen. (Het is dat laatste wat in Libi is gebeurd: gespecialiseerde commando van Frankrijk en Groot-Brittanni, gesteund door elite-eenheden van Jordani en Qatar, hebben de oorlog in Libi gewonnen niet de Franse en Belgische F16s!) Europa zou terecht niet accepteren dat een vreemde mogendheid het Europees grondgebied zou binnenvallen. Libi accepteerde dat trouwens ook niet en toch ging het internationaal geweld door. Als morgen de kaarten anders liggen dan vandaag, en de vreemde mogendheid in kwestie haar kans schoon ziet om eindelijk te doen wat ze al zolang wilde doen maar niet durfde, dan wordt Europa ingelijfd! Het allerenige wapen dat hiertegen bestand is, is democratie. Nu is democratie een trage werker, die zoveel tijd heeft dat het wel generaties kan duren vooraleer er iets verandert. Het modelland inzake democratie Zwitserland, om het niet te noemen is in de ogen van veel politici, opinion makers, politologen e.a. zo oerconservatief dat het voor hen een reden wordt om tegen de democratie te zijn. De kwaal van onze tijd is het ongeduld waarmee ieder de veranderingen die hij wenst, gerealiseerd wil zien. Dat geldt voor de Amerikanen en alle andere militaristen die het regime van Khaddafi weg wilden en dat geldt voor al diegenen die denken dat veranderingen moeten worden opgelegd en doorgevoerd, met de wet en de strafmaat in de hand. Ik verwijs hierbij graag naar de woorden van de bekende Duitse filosoof Peter Sloterdijk, uitgesproken bij de opening van

22

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

de tentoonstelling Die Alchemie des Alltags in het Vitra-Design Museum in Weil am Rhein.* Hij betoogde er dat de nutteloze 20ste eeuw bewezen had dat politieke revoluties alleen maar schade berokkenen en dat Rudolf Steiner dus gelijk had met te stellen dat de hervorming van het leven bij jezelf begint. Zulke hervormingen, die uitgaan van het innerlijke van de mens, zijn veel juister gebleken! Ik voeg daaraan toe dat zulke hervormingen, vooraleer ze maatschappelijke een grotere schaal bereiken, eerst door de poort van de democratie moeten gaan. Moeten gaan. Als ze dat niet doen, zijn het uitingen van dictatuur of van schadelijke (r)evoluties. Werner Govaerts

link: Steiner, Sloterdijk und der Imperativ zur Vernderung

column door Stephan Vollenberg


Wordt 2012 een tropenjaar voor het Tropenmuseum? Toen ik vernam dat ook de bibliotheek van het Tropenmuseum dreigt te verdwijnen, moest ik terugdenken aan een werkstuk dat ik als lagere schoolleerling schreef over Tanzania en er boeken leende over dat land. Alsof er niet meer Nederlanders zijn, die zich mede door het Tropenmuseum bewust werden van wat inmiddels een uitgekleed en vaag begrip geworden is, namelijk duurzame ontwikkeling? Bewustwording van ontwikkelingssamenwerking, van natuur en milieu, daar en hier. Bewustwording van andere volkeren, andere geschiedenissen. Een andere band dan deze, als 'fan' van dit museum, heb ik er niet mee. Nu goed, als het Tropenmuseum en haar theater en haar bibliotheek verdwijnen moet en het stichten van een nieuw koloniaal rijk (om daarmee onder andere het Tropenmuseum te financieren) minstens zo belachelijk zou zijn als gesloten museumdeuren, rest er n oplossing (als marktwerking weer eens niet echt lekker werkt): het Tropenmuseum onder dat ministerie laten vallen waar zoveel andere musea onder vallen: het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. En dan desnoods maar allemaal onder een pijnlijke, maar eerlijke kaasschaaf. Maar het is net of zoiets als een cultureel leven niet meer gewaardeerd en genoeg begrepen wordt, naast het economische en politieke gedoe. Of het is net of het kabinet een vette ballon opgelaten heeft, als shocktactiek, dat later dan het Tropenmuseum open blijven kan, maar ondertussen is de toon toch gezet, dat dit kabinet af wil van een soort van subsidie-automatisme, maar nooit echt van plan was het Tropenmuseum te sluiten. Dat zou trouwens ook zeer onrechtvaardig zijn, naast alle andere musea die niet dicht gaan. Het gaat niet aan het culturele leven subsidie te ontzeggen en marktwerking en sponsoring door de strot te douwen. Het mag een mix van beide zijn, maar een cultureel leven is nu eenmaal niet zoiets als een groente- en vismarkt, waar vraag en aanbod veel directer werken. Cultuur is eerder creatie dan productie. Verder, a.u.b., geen gezeur over de rechtvaardiging van het Tropenmuseum, van het K.I.T als geheel. Dat zou geeneens betoogd hoeven te worden. Haar geschiedenis, haar veelzijdige en samenhangende takenpakket, haar prachtige gebouw, monumentale ligging in Amsterdam, vlakbij Artis. Misschien moet de klaarblijkelijk staatssecretaris van Ontwikkelingssamenwerking zijnde Ben Knapen eens naar de film Bennie Stout, over een jongetje dat niet echt stout is, maar zich op de lijst van stoute kinderen in het grote boek van Sinterklaas zet, als excuus om naar Spanje te kunnen, op zoek naar zijn daar verblij

23

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

vende vader. Het zou geen verbazing hoeven te wekken als Ben Knaapje nu reeds behoorlijk bovenaan deze lijst bungelt, waarmee zijn snode plannen voor 2013 voorkomen worden, en zo 2012 als laatste jaar, als tropenjaar voor dit prachtige museum. Stephan Vollenberg

Feuilleton door Joh. Askeladde


het karma van Wibren Olyslagers (aflevering 9) In de nabijheid van de man met het wollen mutsje voelde Wibren Olyslagers zich opgenomen in een gespannen tijdloze sfeer. Het leek wel alsof hij naar een muntstuk keek dat eeuwig tolde op een tegel. Wibren kon het rinkelende geluid van metaal op beton bijna horen. Zou de beweging vertragen? Zou het geldstuk tenslotte toch vallen, kop of munt? Wat de uitslag ook mocht zijn, de man leek die bij voorbaat al te accepteren. En wat nog bevreemdender leek, weliswaar zat de man met het wollen mutsje met een blik bier in beide handen, maar hij had er nog niet van gedronken. Het blik was nog ongeopend. Wibren opende zijn mond om een vraag te stellen. Hoe gaat het met u? Spreekt u Nederlands? Waar komt u vandaan? Waar gaat u naartoe? Dat scheelde niet veel h? Of ik had uw rolkoffer omvergereden? Onzinnige vragen, hij kon geen keuze maken. Wat scheelt eraan, vriend? Kan ik u helpen? Kan ik u ergens mee van dienst zijn? Wibren overwoog om een grapje te maken of zomaar over het weer te beginnen of iets te vertellen over wat hij laatst had meegemaakt met Pjotr. Hij slikte en sloot zijn mond weer. En toen stond hij op, zomaar, een ingeving. Hij pakte de strader uit de fietstas, tilde het met beide handen op als een schaal en legde het ongeveer een meter voor de man man met het wollen mutsje op de stoeptegel waarop hij in gedachten het muntstuk zag tollen. Voor een eventuele derde persoon die van een afstandje toekeek, leek het alsof Wibren voor hem knielde en hem een kostbaar geschenk aanbood. Wibren was zichzelf bewust van een eventuele derde persoon en van het gebaar dat hij maakte. Behoedzaam liet hij de strader los en stond weer op. Nog even keek hij van de strader naar de man die zich niet verroerde en weer terug, en ging toen weer naast hem zitten. De vreemde tijdloze sfeer was er nog, maar de spanning was verdwenen. Vragen stellen hoefde niet. Een grapje maken of zomaar over het weer beginnen evenmin. Het was goed zo. Alles was goed. De peuken her en der tussen de stoeptegels, het lege wietzakje dat daar lag, de gemeentenarcissen waarvan er eentje geknakt was en een spreeuw die in een zakje met boterhammen pikte dat een scholier zomaar had weggegooid. Vervolgens stond op zijn beurt de man met het wollen mutsje op, gooide het ongeopende blik bier in de vuilnisbak naast de bank en ging weer zitten. Joh. Askeladde

24

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

Vragen van lezers:


Beste Evelien, In het artikel 'Kunst en filosofie' in De Aardespiegel van 27 oktober schreef je over het creatieve proces van de kunstenaar. In het bijzonder troffen mij de volgende zinnen: "Ook voor de kunst zelf, maar misschien indirect - het beste werk maak je toch met de inhouden die je diep in jezelf (kant en klaar, uit vorige levens) al voorhanden hebt. Daarin nieuwe dingen integreren kost veel tijd en moeite (en wie heeft tijd), maar het is niet onmogelijk." Hier denk ik een antwoord te hebben gekregen op vragen waarmee ik al vijfenveertig jaar rondloop. Het feit wil dat vanaf mijn zestiende tot tien jaar geleden complete muziekstukjes of muziekfragmenten vanuit het 'niets' opdoemden. Kant en klare muziek, waarvan ik het idee had dat ik die nooit vanuit een bewust zoeken had kunnen schrijven. Ik heb me altijd afgevraagd waar die muziek vandaan kwam. En zie hier het antwoord! Toch vraag ik mij af hoe het werkelijk zit. De imaginaties en inspiraties zijn min of meer in een eigentijdse stijl: klassiekachtig, jazz, latijns-amerikaans of pop. Beslist geen muziek die in vorige levens geklonken kan hebben. Zou je hier iets aanvullend over kunnen zeggen? hartelijke groeten Imke Jelle van Dam Beste Imke Jelle, Bedankt voor je vraag, ik weet niet direct antwoord, maar een paar dingen kan ik er wel over zeggen. Al vaker heb ik jonge kunstenaars gezien die een heel specifiek en eigen soort werk maken, dat op hun twintigste al 'af' is en helemaal uit gevormd. Het was er al, de kunstenaar hoefde het alleen maar vorm te geven. Dat kan eigenlijk niet anders dan afkomstig zijn uit een vorig leven, want het proces om iets inhoudelijk nieuws te ontwikkelen duurt minstens tien jaar (aan bewuste en gerichte inspanning). Ooit mocht ik iemands karma zien, dat nu in dit leven als sfeer in diens ziel aanwezig is, heel af en toe zichtbaar in stemming en gedrag. Ik dacht na over dit gedrag, over dit verborgen aspect van deze persoon, en in de herinnering aan deze denkpoging ontvouwde zich het beeld van dat vorige leven waarvan die stemming de vrucht was (hij had in dat vorige leven een sterk christelijk idealisme). In dit leven toonde zich die stemming als dromerige sfeer waarin hij somtijds verkeerde, ongevormd en min of meer halfbewust in de ziel aanwezig. Het kwam eruit middels creatieve bezigheden (vooral natuurbeleving: een bloemstuk maken, zich dichterlijk uitdrukken). Jouw ervaring, dat je bewust en direct vanbinnen muziek hoort, is misschien een beetje anders (je schreef geen muziek, het kwam direct in je bewustzijn, toch?). Maar het moet inderdaad oud zijn (als het zomaar in je opkwam dan was het er al). Het is op zich logisch dat de 'vorm' waarin zich de ziele-inhoud toont modern is (klassiek-achtig, jazz etc) - je referentiekader voor muziekvormen en - genres heeft zich opgebouwd aan de muzikale indrukken van dit leven. Wat zich daarin uitdrukt bedient zich daar waarschijnlijk van. Ook een factor: wat nu aan 'inhoud' in je zit, heeft een metamorfose doorgemaakt in de tijd tussen twee (of meer) levens. Ooit viel me in, dat de beeldend kunstenaars van nu in

25

terug naar boven

www.aardespiegel.nu - donderdag 10 november 2011 - eerste jaargang Nr. 7

een vorig leven natuurwetenschapper zijn geweest. Dat verklaart ook de drang tot objectiviteit in de beeldende kunst. Maar ik zou eerlijk gezegd niet weten waar het vermogen tot componeren op terug grijpt, misschien wiskundige patronen (zoals bij de Kelten) of iets literairs (verhaallijnen), maar dat is speculatie. Ik kwam op de intutie over natuurwetenschap en beeldende kunst door na te denken over wat er nu speelt in de kunstwereld, wat de ongeschreven opvattingen zijn, hoe mensen erin staan. Enerzijds, hoe verschillend ze erin staan, maar vooral ook: wat zijn de overeenkomsten die je ziet tussen verschillende soorten musici en componisten. Leef met vragen en benoem niet te snel wat je ziet. Misschien zijn er nog andere karma-vorsers die hier iets zinnigs over kunnen zeggen (Frank Berger misschien)? met hartelijke groeten, Evelien Nijeboer

26

terug naar boven

Você também pode gostar